Filteren
Relevantie
Relevantie aflopendPublicatiedatum
Publicatiedatum oplopend Publicatiedatum aflopendAantal woorden
Aantal woorden oplopend Aantal woorden aflopendPaginanummer
Paginanummer oplopend Paginanummer aflopendBij het begin van het jaar onzes Heeren 1895
Wederom een nieuw jaar zijn wij ingetreden. Door Gods oog bewaakt, door Zijne hand geleid, door Zijnen arm beschermd, staan wij tot op dezen dag. Dit te weten bemoedige ons, om onzen weg door dit leven te vervolgen. Mogen ons van alle kanten gevaren dreigen, moge de toekomst ons menigmaal donker ...
Overdenking van Psalm 146
„Halelujah! O mijne ziel! prijs den Heere! Ik zal den Heere prijzen in mijn leven; ik zal mijnen God psalmzingen, terwijl ik nog ben. Vertrouwt niet op prinsen, op des menschen kind. bij hetwelk geen heil is. Zijn geest gaat uit, hij keert wederom tot zijne aarde; te dienzelven ...
Het eenige nodige (Lukas 10: 38 — 42.)
Wij ontmoeten in bovenstaand verhaal twee vrouwen, Martha en Maria. Op eene eigenaardige manier teekent de Evangelist ons met zijne eenvoudige woorden reeds in het begin de verhouding tusschen die beiden. Martha schijnt naar het uitwendige veel meer te beteekenen dan Maria. „En e e n e z e k e r ...
Overdenking van Titus 2 :11—14
Het leven, dat God ons hier op aarde geeft, hetzjj bet korter of langer duurt, is eene voor- en toebereiding voor de eeuwigheid. „Welgelukzalig zijn de oprechten van wandel, die in de Wet des Heeren gaan", zoo lezen wij Ps. 119:1. Het gaat om de vreeze Gods, om de onderhouding Zijner geboden, om ...
Het doen van den wil Gods. (Jakobus 1 : 22 — 27.) (1e Gedeelte.)
Als wij den 84s t '" Psalm lezeu, of met elkander zingen: „Hoe lieflijk, hoe vol heilgenot, o Heer, der legerscharen God! zijn mij Uw huis en tempelzangen!" — dan is het niet zoozeer de woning, het huis Gods op zichzelf, dat zoo schoon is, en dat het verlangen naar hetzelve opwekt en wakker houdt ...
Het doen van den wil Gods. (Jakobus 1 : 22 — 27.) {Slot.)
Wie God vreest, maakt ernst met het gansche Woord Gods, en niet maar met het halye. Hij leest niet slechts de eerste helft van den Brief aan de Romeinen of van dien aan de Efeziërs, maar ook de tweede, en het gaat hem er om, dat het ook bij hem waarheid zij, wat daar geschreven staat; het gaat he ...
Overdenking van Markus 6 : 46—54, (1e Gedeelte.)
Gods macht alleen is het, die de ziel eens menschen in liare aanvechtingen, in hare droefheid, waarin de duivel haar wil losscheuren van Gods Woord en belofte, van Zijne genade en barmhartigheid, om haar te doen vertragen in den goeden strijd, die haar opgelegd is, •— ja Zijne macht alleen is het ...
Overdenking van Markus 6 : 46—54. (Slot.)
Terwijl nu de Heere Jesus met Zijnen Yader spreekt, terwijl Hij Zich en Zijn volk in de handen Zijns Yaders stelt, ziet Hij in de duisternis, ziet Hij neder in de diepte en op de onstuimige zee, en Hij ziet op de baren een scheepje, hevig slingerend, nu opgeheven, dan in de diepte nedergeworpen. ...
Overdenking van Markus 9 (1e Gedeelte.)
Wat ons uit den rijkdom Christi in het Woord wordt aangeboden, wat wij uit dit Woord, het dierbaar Evangelie, in geloof hebben aangenomen en aannemen, gaat zoo licht weder verloren, ais wij het ernstige woord des Heeren vergeten: „Waakt en bidt!" En zoo menigeen denkt de parel van groote waarde i ...
Overdenking van Markus 9 : 49 en 50. (Slot.)
Evenals iedere offerande met zout gezouten moet zijn, evenzoo, wil de Heere zeggen, moet een ieder, die eene Gode welbehaaglijke offerande wil zijn, m e t v u u r g e z o u t e n word e n , want zal het zout der rechte gezindheid aanwezig zijn, dan moet het noodzakelijk door het vuur heen Het war ...
Selectie mislukt
Het is op dit moment niet mogelijk om dit resultaat toe te voegen aan uw selectie.
Waarschuwing
Uw selectie wordt gewist. Doorgaan?