Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor de zoveelste maal „vaccinatie"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor de zoveelste maal „vaccinatie"

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Verscheidene artikeltjes heb ik reeds geschreven over de inenting en het verkrijgen van vrijstelling hiervan. Toch krijg ik n*og steeds vragen, hoe het nu toch precies moet om vrijstelling van de inenting te verkrijgen. Ware de zaak niet zo belangrijk ik zou er zeker niet meer over schrijven maar aangezien nog vele jongens en vaders met moeilijkheden zitten wil ik er nog wel eens een artikel over schrijven. Ik hoop dan voor het laatst. Bewaar toch uw „Daniels", dan kunt ge anderen en uw zelf van raad dienen. Laat ik in 't kort de zaak nog even opfrissen.

We hebben 17 Sept. 1953 de „Wet Immunisatie militairen" gekregen. Deze wet is afgekondigd in het Staatsblad van 28 Aug. 1953, nr. 432. De inhoud heb ik meegedeeld in „Daniël" en ik moge hier daar wel naar verwijzen. De Minister van Oorlog heeft per Legerorder no. 280 1953 deze Wet bekend laten maken aan de militairen. In deze Wet krijgen de ministers van Marine en de minister van Oorlog de bevoegdheid om de militairen de verplichting op te leggen zich te laten inenten en herinenten tegen pokken en andere ziekten.

In art. 5 en 6 van genoemde Wet krijgen de bovengenoemde ministers de bevoegdheid om verzoeken om vrijstelling van inenting wegens gewetensbezwaren (art. 5) of geneeskundige bezwaren (art. 6) in te willigen. Bij erkenning van de gewetensbezwaren door de minister wordt de militair blijvend van de inenting vrijgesteld. Om deze gewetensbezwaren te onderzoeken is door de minister een commissie ingesteld die advies uitbrengt aan de minister. De minister beslist echter.

Van de dag af, waarop het verzoekschrift is ingediend, tot de dag, waarop de beslissing door de minister is genomen, wordt de inenting achterwege gelaten. Dat is in t kort de Wet.

Hoe kom ik nu aan vrijstelilng ingevolge art. 5 van de Wet? Dat is de kwestie die onze mensen nog steeds moeilijkheden oplevert.

De minister heeft deze regeling om vrijstelling te verkrijgen bekend gemaakt per Legerorder en wel voor de le maal in Legerorder no. 364 van 1953. Deze legerorder is echter ingetrokken en voor de '2e maal is de regeling nu te vinden in een nieuwe Legerorder en wel Legerorder 54300 L-Lu code no. 55.5/13. In „Daniël" 8e jaargang no. 15 heb ik die eerste Legerorder op laten nemen. De laatste Legerorder is aangevuld met een nieuw punt vijf. Men neme daar toch goede nota van. Dit punt luidt als volgt:

„Ten slotte wordt onder de aandacht gebracht, dat in requesten als bedoeld iri art. 5 der Wet (verzoeken om vrijstelling van immunisatie op grond van aan godsdienstige overtuiging ontleende gewetensbezwaren), indien de betrokkene behoort tot een kerk of kerkgenootschap, melding moet worden gemaakt van het adres van het bestuur (kerkeraad) van die kerk of dat kerkgenootschap, alsmede van de naam en het adres van de predikant of voorganger bij wie eventueel inlichtingen kunnen worden ingewonnen omtrent de aangevoerde gewetensbezwaren." Tot zover de aanvulling die m.i. zeer belangrijk is. Ik kom daar straks nog wel op terug.

De laatste Legerorder die verschenen is over deze materie is Legerorder 55035 L-Lu codenr. 55.5/13a.

Een oppervlakkige lezer zou door deze legerorder verontrust kunnen worden want daarin besluit de minister aan militairen van de Koninklijke Landmacht en de Koninklijke Luchtmacht de verplichting op te leggen zich te onderwerpen aan inenting en herinenting tegen cholera, typhus, paratyphus A en B, diphtherie en tetanus. In deze legerorder wordt over vrijstelling niet gesproken.

Laat U echter niet bang maken. In art. 3 van de Wet krijgt de minister de bevoegdheid om behalve tegen pokken de militairen ook verplicht te laten inenten tegen andere ziekten. Welke ziekten hiermee bedoeld werden was nog niet nader omschreven. Welnu in de laatst verschenen Legerorder heeft de minister die andere ziekten nader omschreven. Dit is alles en heeft dus met vrijstelling niets te maken. En nu de procedure om vrijstelling te verkrijgen,

le. Om vrijstelling te verkrijgen moet men een request indienen. Denk er aan, kerkeraden, dat de verklaring door U

afgegeven niet voldoende is om vrijstelling te verkrijgen. Volgens het nieuwe pt. 5 (zie boven) moet de militair vermelden of hij behoort tot een kerk of kerkgenootschap, adres kerkeraad enz. Zo staat het precies. Nu verdient het hier zeker aanbeveling om gebruik te maken van de verklaring die onze Gemeenten afgeven. Deze verklaring kunnen veel moeite voorkomen omdat deze zeer zeker bij de Commissie van onderzoek komen en deze is door onze Deputaten Synode bij de Hoge Overheid volkomen ingelicht met de bezwaren die bij onze mensen aanwezig zijn. Ik moge dan ook een ieder ten zeerste aanraden deze formulieren bij uw kerkeraad aan te vragen.

Ik moet U er echter op wijzen dat alleen de inzending van zo'n verklaring niet voldoende is. Men moet naast deze verklaring nog even goed een request indienen.

Dit request kan rechtstreeks verzonden worden aan de Min. v. Oorlog. Deze gang van zaken lijkt mij voor onze jongens de beste. Als dit request bij het Departement is gearriveerd dan krijgt de commandant van zelf bericht.

Ook de ouders of voogden kunnen een request indienen. Ook in dit geval krijgt de commandant bericht.

Men kan zijn bezwaren ook mondeling op de dag van inenting naar voren brengen, hetzij bij de commandant, hetzij bij de dokter,

Maken we van deze gelegenheid gebruik dan moeten wij 72 uur nadien een request aanbieden aan de commandant. Bij overschrijding van genoemde termijn zullen de mondeling naar voren gebrachte bezwaren — behoudens geldige verhindering — als vervallen beschouwd worden.

Deze laatste bepaling is zeer belangrijk voor die jongens die op moeten komen voor herhalingsoefeningen. Deze kunnen wachten tot ze onder de wapenen zijn. Maken op de dag van inenting hun bezwaren mondeling kenbaar en dienen uiterlijk 72 uur later hun bezwaren schriftelijk in bij hun commandant.

Voorts is het de nadrukkelijke wens van de minister dat niet tot inenting wordt overgegaan als men bezwaren heeft. Hangende de beslissing van de Min. v. Oorlog wordt de in-of herinenting opgeschort.

Men late zich niet om de tuin leiden. De regeling om vrijstelling te verkrijgen is er en wij zijn verplicht haar te gebruiken.

Ziedaar lezers, nogmaals de materie kort uiteengezet. Mochten er na het verschijnen van dit artikel nieuwe bepalingen komen dan hoop ik U deze mee te delen. Het ligt in ons voornemen D.V. op deze zaak niet meer tenig te komen. Het zou op de duur gaan vervelen. Een ieder abonneert zich op „Daniël" en men houde de nummers in bewaring.

Tenslotte bedank ik die jongen die mij een adres in Venlo deed toekomen waar onze jongens e.v. kunnen verblijven. Ik heb dat adres direct doorgegeven aan die jongen in Venlo. Of hij er al geweest is, is mij niet bekend. Misschien hoor ik daar nog wel eens iets van.

Voor deze keer wil ik het hierbij laten en groet U allen hartelijk.

KRIJGSMAN.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 februari 1955

Daniel | 8 Pagina's

Voor de zoveelste maal „vaccinatie

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 februari 1955

Daniel | 8 Pagina's