Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onze adventshouding

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze adventshouding

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

<br />

Het zogenaamde "kerkelijkjaar" begint met de adventstijd. Dit ter voorbereiding op de komst van Christus in het vlees. Hoe moet onze adventshouding zijn? Wij leven tussen Christus' eerste en tweede komst. Het gaat niet aan, te doen alsof de Messias nog moet komen. Toch leert Christus' Kerk een adventsleven kennen. Zijn wederkomst zal immers zijn in heerlijkheid en majesteit. Als de grote dag van Zijn toorn komt, wie zal voor Hem bestaan? Hij zal komen als een dief in de nacht. Wee ons als die dag ons onverhoeds zal overkomen. Een levende adventsverwachting is de beste voorbereiding. Toch is hiermee niet alles gezegd. Gods volk wordt niet alleen met het oog op Christus' wederkomst een verwachtend volk. Ook met betrekking tot de vleeswording van de Zone Gods is een adventshouding nodig. Om te verstaan waartoe Hij mens werd. Om in verwondering het heilgeheim van de kribbe te kennen. Om in waarheid te knielen voor die Koning in Zijn nederige staat. Het wordt niet zomaar Kerst in ons leven! Hoe velen brengen de kerstdagen niet door met wat gemoedelijkheid en maken van de buik hun god! Dan vieren we Kerst als dwazen uit het Westen in plaats van als de wijzen uit het Oosten.

Oude Testament
De ware advensthouding vinden we op velerlei wijze verwoord in het Oude Testament. Er is sprake van een uitzien naar de Heere; een wachten op de God mijns heils; een verbeiden van de Heere Die Zijn Aangezicht verbergt, en dergelijke. Het gemeenschappelijke in die adventsgestalten is de heilbegeerte. Men hunkert naar de openbaringen Gods. Vermoeide en bestreden zielen zien ernaar uit dat de Heere overkomt en zegt:, ,Ziet hier ben Ik.'' Het is een behoeftig volk dat de Messias en Zijn weldaden nodig heeft. Ook in de volheid des tijds werd deze verwachting slechts sporadisch gevonden. Naar Gods verkiezing was er nog een overblijfsel dat de verlossing in Jeruzalem verwachtte. Bij het merendeel ontbrak de heilsverwachting. Oorzaak? Men leefde gerust in z' n godsdienstige rijkdom. Aan de eigen gerechtigheid had men genoeg. Wij zijn Abrahams zaad. Het echte adventsveriangen was hen vreemd; als verbondskinderen hoorden ze er immers bij? Maarzo was er geen behoefte aan de Koning Die kwam om zondaren zalig te maken. Er was geen plaats voor Christus en Zijn genade.

Voorloper
Ligt ook voor ons hier niet de oorzaak van gebrek aan adventsverwachting? We zijn rijk en verrijkt. Met onze wettische of oppervlakkige godsdienst hebben we aan geen ding gebrek. We zitten vol met het onze of het aardse en daardoor is er geen plaats voor Hem. Zelfs bij de getrouwen en rechtvaardigen ontbreekt vaak de beoefening van de geloofsverwachting. Toen de Heere kwam, geloofde Zacharias, staande bij het reukaltaar, het niet! Maar kunt gij zo de Koning ontvangen? Die rijke Vorst wil immers ontmoet worden door arme zondaren? Het behoeftig volk in hunne noden zal Hij ten Redder zijn. Daartoe dient nu de adventstijd. Aan de komst van de Koning der koningen gaat de heraut vooraf. Als Zijn voorloper moet Johannes de Doper de weg bereiden. In de geesten kracht van Elia. Ontdekkend wijzen op de zonden. Hoewel de Israëlieten besnedenen zijn, hebben ze de vergeving der zonden nodig. Ze zijn verbondsbrekers omdat ze geen vruchten voortbrengen van geloof en bekering. Met al hun godsdienstigheid staan ze buiten het heil. Zo baant deze profeet Gods de weg van Zijn Koning. Hartvernieuwende genade is nodig, als in de dagen van Elia. Juist de afsnijdende prediking, waarin concreet op zonde en schuld wordt gewezen, wil de Heere niet ongezegend laten. Zonder Goddelijke ontdekking geen adventsleven. De adventsweg is de bekeringsweg. Velen kwamen en lieten zich dopen. De voorloper mocht vrucht op zijn arbeid zien: er kwam een volk, den Heere toegerust. Niet slechts een enkeling, maar een volk, dat Christus als bruid zou komen werven. Dat volk moest de dood in, om in Christus het leven te vinden. Hier wordt de rechte adventshouding geboren. Treurigen zien uit naar vertroosting. Zondaren hopen op de schuldvergevende genade. Bekommerden verwachten het geborgenzijn in Christus. Ze worden toebereid tot een zodanige geestelijke behoefte, dat alleen de volle Christus die kan vervullen.

Geen doel in zichzelf
Zijn we toegerust met deze adventsverwachting? Dan dient ook beseft te worden dat het advenstleven geen doel in zichzelf heeft. We moeten bij de Heere Zelf terechtkomen. Hem toebehoren. Hem toegewijd. Sommigen komen nooit verder dan: ik bid ervoor, ik vraag erom. Waar brengt zulk een verwachten ons? Als het niet komt tot een buigen voorde kribbe, zal het ons niet baten. Wat maakt die oprechte priestersdochter en priestersvrouw Elizabet ons dan beschaamd. Haar man kreeg de boodschap van Gabriël, terwijl hij werkzaam was in de priesterdienst. Nochtans geloofde hij niet. Voor Elizabet was het voldoende dat Zacharias op een kleitafeltje de boodschap doorgaf. Was zij niet de eerste bij wie de adventshouding zich openbaarde? Zij gaf ook als eerste getuigenis van Christus. Haar begroeting aan Maria openbaart een levende adventsverwachting. Hoe bemoedigend was dat voor de moeder des Heeren. Ze stemden samen in zielsverwondering. In het veriengde van deze adventsverwachting van Elizabeth ligt ook de houding met het oog op Christus' wederkomst. Zij sprak: ,,Zalig is zij die geloofd heeft, want de dingen die haar van de Heere gezegd zijn zullen volbracht worden. '' Dat is de kern van advent: het mag gaan van geloof tot geloof. Gods beloften worden heeriijk vervuld. Volhardend verwachten —op hoop tegen hoop. Als op de jongste dag de herautroep weerklinkt: ,,De Koning komt!", zal het advenstleven overgaan in eeuwige aanbidding. Zijn volk zal geheel den Heere toegerust zijn. Een zeer gewillig volk op de dag van Zijn heirkracht. Waar de Heilige Geest deze adventsverwachting werkt, klinkt het verlangend gebed van de bruid: ,,Kom, Heere Jezus, kom haastig.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 december 1988

Terdege | 72 Pagina's

Onze adventshouding

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 december 1988

Terdege | 72 Pagina's