Voor onze militairen

Herhaaldelijk blijkt dat er veel onkunde en verwarring heerst t.a.v. het verzoeken om vrijstelling van vaccinatie voor onze jongens in militaire dienst.

Als vrucht van samenspreking tussen de scriba van de deputaten synodi der Gereformeerde Gemeenten bij de Hoge Overheid en een der leden van cle Synodale Commissie voor de militairen, geven wij hier nogmaals een overzicht van de te nemen stappen bij zo'n aanvraag om vrijstelling van vaccinatie. Als in het vervolg van dit artikel het woorcl „verzoek" regelmatig wordt gebruikt betekent dat het verzoek aan Zijne Excellentie de Minister van Defensie te 's-GRAVENHAGE. Gelijktijdig worden de formulieren in orde gebracht zoals de Synodale Commissie voor cle Militairen die verstrekt.

Naar gehoopt wordt zullen èn kerkeraden èn betrokkenen zich stipt houden aan het volgende:4

1e De benodigde formulieren kunnen (alleen door de kerkeraden) worden aangevraagd bij de heer B. Roest, Glashorsterdijk 34, SCHERPEN-ZEEL (Gld.)

2e Het verdient aanbeveling twee exemplaren van deze formulieren in te vullen. Deze formulieren mogen alleen door de kerkeraden worden ingevuld en moeten door praeses en scriba worden getekend. Indien de praeses géén predikant is, moet ook de óonsulent de formulieren tekenen.

3e De ingevulde formulieren moeten daarna door de kerkeraden worden doorgezonden voor een laatste handtekening naar de scriba van cle Deputaten Synodi bij de Hoge Overheid, Nieuwstraat 24 te ZOUTE-LANDE.

Indien het „verzoek" om vrijstelling van vaccinatie gereed is, dus gesteld en ondertekend, kan dat rnèt de formulieren worden meegezonden en wil de scriba van de Deputaten Synodi bij de II.O. voor verzending zorg dragen. In clat geval dienen te worden bijgevoegd twee geadresseerde en gefrankeerde enveloppen; één geadresseerd aan Zijne Excellentie de Minister van Defensie te 's GRAVENHAGE en één aan de betrokken recruut, tenzij de kerkeraad die liever zelf uitreikt.

Uiteraard kan de kerkeraad ook de beide formulieren ter ondertekening zenden zonder het verzoek om vrijstelling in te sluiten. In clat geval zal dit verzoek dan nog moeten verzonden, hetzij door de kerkeraad dan wel door de dienstplichtige Het is wel gewenst clat het verzoek om vrijstelling mèt een der formulieren tegelijk wordt verzonden.

4e Uit het in 3 genoemde blijkt duidelijk en spreekt het ook wel voor zichzelf, dat dóór of vóór de a.s. recruut een verzoek aan de Minister van Defensie moet worden gedaan. Zie voor een dergelijk verzoek het model in de WEGWIJZER voor de soldaat der Gereformeerde Gemeente.

Het is wel zeer wenselijk dat de kerkeraad zich er van overtuigt of dit „verzoek" door of voor de betrokkene is verzonden of gereed is met de formulieren gelijk te worden verzonden.

Hierbij zij aangetekend dat, wanneer verzuimd is een „verzoek" te verzenden, ook de formulieren weinig betekenis hebben en het vreemd zou zijn als de Minister zulk een formulier ontving en het „verzoek", waarheen verwezen wordt, niet zou binnengekomen zijn.

Wel kan men dan alsnog bij de inenting zijn bezwaren kenbaar maken tegen de vaccinatie en enkele dagen uitstel vragen om alsnog een „verzoek" te doen en voor de formulieren te zorgen, doch beter is dat alles tijdig te regelen.

5e Als blijkt dat de jongeman zelf niet de gave of bekwaamheid bezit een „verzoek" op correcte wijze in orde te maken, laten dan toch vooral de scriba's van de kerkeraden hun medewerking verlenen, of laten de kerkeraden een daartoe bevoegd persoon in de gemeente aanwijzen, clie zich hiermede belast, waar dat nodig is.

6e Als de a.s. recruut minderjarig is, is het noodzakelijk dat zijn vader (eventueel de moeder) het „verzoek" doet. Althans moet duidelijk zijn, dat hij of zij blijk van instemming met dit „verzoek" geeft, wat trouwens ook aanbeveling verdient, al zou de jongeman meerderjarig zijn en zelf het „verzoek" doen.

Voor het verkrijgen van vrijstelling van vaccinatie mag geen moeite worden ontzien om al deze stukken vroegtijdig in orde te hebben. Het mag niet voorkomen dat men aan een en ander pas gaat denken op het laatste ogenblik, denkende „dat komt wel in orde".

7e Het is beslist onnodig de z.g.n. verklaringen inzake de zondagsheiliging mede te zenden, ze behoeven maar alleen door de kerkeraad ondertekend te zijn en niet door anderen.

Tenslotte zij opgemerkt, dat wij tegen alle voorbehoedmiddelen zijn. Er wordt wel eens voorgehouden en daarom gedacht, dat bijv. vaccinaties tegen t.b. géén voorbehoedsmiddelen zijn, doch het is een voorbehoedsmiddel.

Laten we toch in alles principieel zijn. Alleen die ziek zijn hebben de medicijnmeester van node. Een ander geval is het onderzoek naar de mogelijke aanwezigheid van een ziekte, bijv. T.B.C. Er mag hierover verschil van mening bestaan, maar o.i. is hier geen bezwaar tegen, daar dit géén voorbehoedsmiddel is.

Laten de kerkeraden deze gegevens goed bewaren en bij de hand houden. Als deze zaak ons inderdaad „zwaar weegt" moet ook blijken dat men er de moeite voor wil doen. Een slordige wijze van handelen geeft niet alleen veel moeite, maar kan ook de nu goed werkende regeling in gevaar brengen, zodat er dan nog groter moeite zal moeten worden gedaan om cle vrijstellingen te verkrijgen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen