Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HET LIJDEN VAN JOB

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET LIJDEN VAN JOB

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat is de oorzaak van alle leed in de wereld? De Bijbel alleen geeft ons het juiste antwoord: de zonde. Toen God de mens schiep en de hof van Eden gaf als zijn woning, was er geen leed.

Door de zonde is de wereld één groot tranendal geworden. Denk aan de ziekenhuizen, de inrichtingen, de slagvelden, de kerkhoven, de onderdrukking en de vervolging in de landen van de derde wereld en achter het ijzeren gordijn, de ontrouw tussen man en vrouw. Wie zal al de ellende in de wereld kunnen wegen?

Voor het kind van God heeft Christus de oorzaak van alle ellendie, namelijk de zonde, weggenomen. Nochtans wordt het niet gevrijwaard van lijden. Nee, juist bij hen zien we het lijden. Dat zien we in de geschiedenis van Job. De Heere zei van hem: „Niemand is op de aarde gelijk hij, een man oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad". Doch wat een lijden heeft hem getroffen.

Hetzelfde vinden we ook in de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus. Ook Asaf spreekt in Psalm 73 over de voorspoed der goddelozen, maar dat zijn bestraffing elke morgen nieuw was. In het boek Openbaring lezen we: „Dezen, die bekleed zijn met de lange witte klederen, wie zijn zij en van waar zijn zij gekomen? En ik sprak tot Hem: Heere, Gij weet het. En Hij zeide tot mij: Deze zijn het die uit de grote verdrukking komen; en zij hebben hun lange klederen gewassen en hebben hun lange klederen wit gemaakt in het bloed des Lams".

Zij zijn door God geliefd. Zij zijn gekocht met het bloed des Lams. En dan toch zulk een lijden. Hoe is dat te verenigen? Hoe is dat mogelijk?

Hét antwoord op de vraag naar liet lijden

Het boek Job geeft ons een antwoord daarop. De achtergrond van het lijden, zo leert ons het eerste hoofdstuk, is de strijd tussen God en satan. Het is de worsteling tussen het rijk des lichts en het rijk der duisternis. Deze achtergrond zien we dikwijls voorbij. Ook de vrienden van Job hadden daar geen oog voor. Zij hebben van zijn lijden gehoord en zij komen om hem te vertroosten. Als zij hun vriend, aan wie alles ontvallen is, zien, dan worden ze met stomheid geslagen. Zij zien, dat het lijden van Job groot is. Zij weten geen woorden te vinden om daarop te spreken. En als zij zeven dagen en naohten stilzwijgend bij hem hebben gezeten, gaan zij spreken. Wat zeggen zij dan? Wel, zij brengen het lijden van Job in verband met de zonde. Voor een andere achtergrond zijn zij blind. Het lijden van Job is vreselijk, dus de zonde die hij gedaan heeft, is ook zeer groot.

O, wat een misstap. Ditzelfde vinden wij ook bij de discipelen. Als zij een mens zien, blind van de geboorte af, dan vragen zij: „Rabbi, wie heeft er gezondigd, deze of zijn ouders, dat hij blind geboren zou worden". En Jezus antwoordde hun, zeggende: „Noch deze heeft gezondigd, noch zijn ouders. Maar dit is geschied opdat de werken Gods in hem geopenbaard zouden worden".

Het gaat in alle lijden niet in de eerste plaats om de mens, ook niet om zijn zaligheid, maar om de eer van God. Satan, die door de zondeval de gehele wereld als zijn wingewest zag, zal dat moeten loslaten. Dit heeft God direkt na de zondeval tot onze eerste ouders Adam en Eva gezegd. Ook satan heeft dit gehoord. Door een Zaad der vrouw zal zijn kop vermorzeld worden. Een geweldige strijd is er ontketend. De beslissing is gevallen op Golgotha. Daar is satans kop door Christus vermorzeld. Toch is de strijd niet gestaakt. Nee, deze gaat voort tot de laatste dag toe.

Satan is zijn macht nog niet kwijt over de mensheid. In plaats daarvan vergroot hij juist zijn macht. Zo gaat deze wereld naar de jongste dag toe.

Aan die strijd is het lijden van Job en alle lijden in deze wereld' onlosmakelijk verbonden.

Alle lijden wijst ons op Christus, Die satan verdrijven zal van de aarde. Door Hem zal er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde komen, waarop gerechtigheid zal wonen. Dit kan satan in al zijn woeden niet tegenhouden. Diie overwinning heeft Christus reeds behaald op Golgotha. Dit mocht Job in zijn diepste lijden door het geloof omhelzen. Dan horen we hem uitroepen: „Want ik weet, mijn Verlosser leeft en Hij zal de laatste

Hoe sprak de Heere Jezus over het lijdien wat Hem door de overpriesters zou worden aangedaan? „De drinkbeker die Mij de VADER gegeven heeft, zal Ik die niet drinken? " Hoewel de satan alles gedaan heeft wat in zijn vermogen lag om de tweede Adam tedoen vallen gelijk hij de eerste Adam tot ongehoorzaamheid verleid heeft, toch was hij het niet die de Heere Jezus de lijdenskelk toegereikt heeft maar Jezus' hemelse Vader. God heeft ons aller ongerechtigheid op Hem doen aanlopen, opdat Hij zou boeten voor de zonden Zijns volks en zij vergeving en eeuwig leven zouden ontvangen om Zijnentwil, want God wil dat aan Zijn gerechtigheid genoeggedaan wordt.

Het kwade dat Gods kinderen overkomt in dit leven is ten dele te wijten aan hun eigen zonden. Het was niet de duivel maar de HEERE die bijvoorbeeld Davids zonde met Bathseba bezocht door hun kind weg te nemen en het zwaard niet van Davids huisgezin deed wijken. Het was de duivel niet die een geweldige storm deed opsteken toen Jona van het aangezicht des Heeren vluchtte, maar de HEERE. Zo zouden er vele voorbeelden te geven zijn uit de Bijbel. Ook Gods kinderen zondigen niet goedkoop, al heeft de HEERE hun zonden om Christus' wil vergeven.

Het bekende gezegde in Ps. 32: „Wie God verlaat heeft smart op smart te vrezen" heeft zijn waarheid bewezen door alle eeuwen heen.

Toch is er nog een ander „waarom" van het kwade. Er is kwaad dat ons overkomt door het toedoen van anderen. Zowel duivelen als mensen zijn (onder de toelating Gods) de oorzaak van veel kwaden in deze wereld. De geschiedenis van Job is wel een zeer duidelijk voorbeeld daarvan. Ook is de vervolging van David door Saul daar een voorbeeld van. Wat kan de satan het mensen bang maken. Denk maar aan de door de duivel bezetenen. Denk ook maar aan hetgeen de satan de Heere Jezus aandeed. Was satan het ook niet die Paulus met vuisten sloeg (2 Cor. 12 : 7)? In al de genoemde gevallen was er geen verband tussen bedreven kwaad en het kwade wat hun overkwam. Denk ook maar aan het kwade dat Jozef overkomen is. Zowel hetgeen hem overkwam van de zijde van zijn broers als hetgeen hem overkwam omdat hij niet voldeed aan de wensen van Potifars vrouw, had niets te maken met zonde. Integendeel. Hoewel het spreekwoord waar is, dat er geen wonden zouden zijn als er geen zonden waren, toch mag men dat spreekwoord niet van toepassing maken op iedereen die kwaad overkomt. Dat was de grote fout die de vrienden van Job maakten. Zij pasten de waarheden Gods verkeerd toe en maakten het door Job te dragen leed onnoemelijk veel zwaarder. Hun wangedrag en de openbaring van de Heere dat zij Zijn heilig ongenoegen zich op de hals gehaald hadden met hun onoordeelkundig, onbarmhartig, liefdeloos gebruik van woorden, die op zichzelf wel waarheid bevatten maar op Job helemaal niet van toepassing waren, moge voor ons allen een ernstige waarschuwing zijn om uiterst voorzichtig te zijn met het uitspreken van beoordelingen over het waarom van iemands tegenspoeden.

Het waartoe van liet kwade

De Heere heeft een bedoeling met het kwade dat Hij ons toeschikt of dat Hij, om welke reden dan ook, toelaat over ons te komen.

„Mijn geest doorzocht de reden waarom God die tegenheden in zulk een mate zond", zong de dichter van Psalm 77 (vers 4). Het is een goede zaak om onszelf nauw, ja zeer nauw te onderzoeken voor 's Heeren aangezicht wat de oorzaak mag zijn van het kwaad dat ons en anderen overkomt. Dat kan de weg zijn die tot een eerste of hernieuwde bekering leidt. God plaagt of bedroeft des mensen kinderen niet van harte (Klaagl. 3 : 33). Hij gunt ons de eeuwige ondergang niet. Als Hij ons met bittere tegenheden bezoekt vanwege onze zonden dan is dat uit liefde tot Zijn Recht en omdat Hij in Zijn liefde ons tot bekering roept. Voor velen zijn Gods roepstemmen in het kwade geheiligd tot hun waarachtige bekering. Dan zie je achteraf zowel het „waarom" als het „waartoe" van het kwade waarmee je bezocht wordt. Hoewel het waar is dat het meer zin heeft om naar het „waartoe" dan naar het „waarom" te vragen, toch is het vragen naar het „waarom" niet geheel zinloos.

Soms laat de Heere het kwade ons overkomen, hetzij rechtstreeks door Zijn hand of door het toelaten dat satan of mensen ons leed berokkenen, om ons bij aanvang of voortgang iets te leren van de drie stukken, die bevindelijk geleerd moeten worden om welgetroost te leven en zalig te sterven.

Voordat de beproevingen over Job kwamen die ons in het boek Job beschreven zijn, wist Job heus wel iets af van die drie stukken, maar tijdens zijn beproeving heeft hij evenals Asaf (Psalm 73) wat meer leren kennen van zijn zondige aard en heiwaardigheid. Het laatste hoofdstuk van het boek Job zegt dat Job zich verfoeide in stof en

as over hetgeen-hij tijdens zijn ellende gedacht en gezegd had, evenals Asaf die van zichzelf zei (nadat hij in Gods heiligdom nader onderwezen was): „Ik ben een groot beest bij U". Ook bestuurt de Heere het kwade opdat Zijn verlossing zal worden begeerd en ervaren, hetzij de ellenden ons overkwamen als een direkt gevolg van onze zonden, hetzij zij ons overkwamen door satan of mensen. Wat lezen wij in de psalmen menigmaal dat doorleefde ellende leidde tot het doorleven van verlossing, hetzij van schuld en zonde, hetzij van satans aanvechtingen, hetzij van 's mensen overlast.

Ook bestuurt de Heere het kwade om de heiligmaking van zondaren teweeg te brengen en te bevorderen zonder welke niemand God zien zal. Wij lezen in Psalm 119 : 67, 68 en 71: Eer ik verdrukt werd, dwaalde ik, maar nu onderhoud ik Uw wet. Gij zijt goed en goeddoende, leer mij Uw inzettingen. Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik Uw inzettingen leerde". En in Psalm 119 : 75 luidt het: Ik weet, HEERE, dat gij mij uit getrouwheid verdrukt hebt.

Is het kwaad dat de vromen overkomt niet in strijd met Gods beloften, dat geen kwaad de tent der rechtvaardigen naderen zal?

Wanneer wij vele uitspraken der Heilige Schrift lezen dan schijnt daaruit inderdaad af te leiden te zijn dat de ware vromen bewaard zullen worden van alle kwaad.

Lees echter eens nauwkeurig wat er in Psalm 121 : 7 staat. De HEERE zal U bewaren van alle kwaad; UW ZIEL zal Hij bewaren. Daar ligt de sleutel voor het verstaan van die beloften Gods die van bewaren voor alle kwaad spreken. Het kwaad dat hun zal overkomen volgens het woord, dat Gods kinderen door vele verdrukkingen moeten ingaan in het hemels Vaderland, , zal HUN ZIEL niet schaden. Zij zullen er niet onder bezwijken. Alle dingen moeten hun medewerken ten goede, zodat hun ziel er profijt van zal hebben in dit leven en na dit leven.

Wanneer wij er na gedaan onderzoek niet uitkomen waarom ons dit of dat kwaad overkwam, laat dan vooral de vraag naar het waartoe ons bezighouden onder biddend opzien tot de HEERE. Vroeg of laat zal ons dan het licht in de duisternis opgaan.

Welk kwaad ons ook moge overkomen; vernedert U dan onder de krachtige hand van God, opdat Hij U verhoge te Zijner tijd (1 Petr. 5 : 6). De Heere wil de genade schenken die nodig is om ons onder Zijn hand te vernederen. Hij schonk het Job uit genade. Hij wil het ook ons uit genade schenken om Jezus' wil, Die voor overtreders heeft geleden en gebeden.

Verblijdt U in die hoop, weest geduldig in de verdrukking, volhardt in het gebed (Rom. 12 : 12).

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 november 1979

Daniel | 20 Pagina's

HET LIJDEN VAN JOB

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 november 1979

Daniel | 20 Pagina's