Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jan Engelbertink bouwde in vrije tijd z'n eigen vervoermiddel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jan Engelbertink bouwde in vrije tijd z'n eigen vervoermiddel

Een trike is nergens mee te vergelijken

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Veel mensen weten het niet, maar Nederland is al enige tijd een heel nieuw soort vervoermiddel rijker: de trike. Wat een trike eigenlijk is? Dat is moeilijk te zeggen. Het is een kruising tussen een auto en een motorfiets: de achterkant is auto, de voorkant motorfiets. Na lang wikken en wegen besloot de Rijksdienst voor het Wegverkeer dat het een auto was. „Maar in feite is het niet te vergelijken met welk ander middel van vervoer ook", zegt Jan Engelbertink uit Oldenzaal, die in zijn vrije tijd een trike in elkaar zette.

Jan Engelbertink is een motorfanaat. Meer dan vijfentwintig jaar heeft hij op allerlei soorten motoren gereden en daar veel plezier aan beleefd.
Maar vanwege zijn slechte rug moest hij op een gegeven moment de motorfiets vaarwel zeggen. Dat betekende het einde van een hobby. Totdat Jan in 1986 in Amerika kwam. „Daar zie je de meest vreemdsoortige voertuigen rijden, waaronder ook trikes. In allerlei uitvoeringen en maten. Sommige zijn gebouwd rond een badkuip, andere rond een bierton; je komt de gekste dingen tegen."

Zelf bouwen
Het voordeel van een trike is dat je op een normale stoel zit, dus voldoende steun hebt voor de rug, terwijl je toch net als op een motor in de open lucht rijdt en ook dezelfde prestaties hebt als met een motorfiets. Jan Engelbertink was direct verkocht.Hij maakte foto's van de rare vehikels en terug in Nederland begon hij meteen aan het bouwen van zo'n apparaat. Negen maanden lang heeft hij er elk vrij uurtje aan besteed. Af en toe liet hij er zelfs de maaltijd voor staan.

Gemakkelijk had Jan het niet. Er bestonden geen tekeningen of handleidingen; hij moest alles zelf uitdokteren. Zelf berekenen hoe sterk de onderdelen moesten zijn, zelf bouwtekeningen maken en zelf uitzoeken wat de resultaten van een bepaalde constructie zouden zijn.

Daarbij had hij wel gemak van de vele ervaring die hij tijdens zijn motorjaren had opgedaan. „Ik heb altijd gesleuteld aan motoren, al vanaf mijn zestiende, toen ik op een brommer mocht rijden. Als de wegligging me niet helemaal beviel, verbouwde ik m'n motorfiets op eigen houtje", zegt Jan, die in het dagelijks leven procesoperator is bij de NAM.

Recept
Hoe maak je een trike? Het recept is eigenlijk heel simpel: je neemt de achteras van een VW Kever en last daar een frame met de voorvork van een motorfiets aan vast. Vervolgens monteer je de motor en versnellingsbak van een willekeurige auto. En dan maar hopen dat het apparaat goed rijdt. Het eerste prototype dat Jan maakte, bleek tijdens de proefrit een mislukking te zijn. „Het was vreselijk", zegt Jan, „het ding was met geen mogelijkheid op de weg te houden. Ik heb toen een nieuwe constructie gemaakt met een langer frame en vooral een nieuwe balhoofdbol, waardoor het voorwiel veel schuiner kwam te staan. Dat had een meesterlijk resultaat. Het ding stuurt nu als een sportwagen. Je kunt ermee gooien en smijten en alle mogelijke manoeuvres mee uitvoeren." Jan gebruikte in zijn eerste model een Kever-motor van 50 pk, die de trike volgens hem aan prestaties helpt die een Porsche niet misstaan. Dat is te danken aan het geringe gewicht van de trike. Een nadeel van de trike vindt Jan de breedte.
Het vehikel is vrijwel even breed als een gewone auto: dat betekent dat je niet makkelijk tussen files auto's door kunt laveren.

Keuring
Jan ontwierp een polyester kuip waarop de voorstoel en een achterbank (voor twee kinderen) werden gemonteerd en reed het produkt ter keuring naar de Rijksdienst voor het Wegverkeer. „Ik ging er echt met knikkende knieën naartoe, want ik had geen flauw idee hoe ze de trike zouden keuren." De keurmeesters van de Rijksdienst stonden zelf ook met de handen in het haar: aan welke eisen moet een trike eigenlijk voldoen? Uiteindelijk besloten ze dat het ding gekeurd moest worden als auto, omdat hij zwaarder is dan 400 kg (hij weegt 530 kg) en drie wielen heeft. Toen moest er nog wel het een en ander veranderd worden om de auto aan de eisen te laten voldoen: er moest een gescheiden remsysteem komen, een pedaal voor de voorremmen, een achteruitversnelling en twee koplampen die op een bepaalde afstand van elkaar staan. Jan leverde bij de keuring een heel boekwerk mee met al de berekeningen en bouwtekeningen die hij had gemaakt. Uiteindelijk waren de keurmeesters overtuigd. Jan kreeg een typegoedkeuring en mocht met de trike de weg op. Het voertuig is officieel een open auto (cabriolet). Dat betekent dat de berijders geen valhelm hoeven te dragen en dat ook veiligheidsgordels niet verplicht zijn.

Gevaarlijk
Inmiddels zijn ze in Oldenzaal en omgeving een beetje gewend aan het vervoermiddel van Jan. Maar komt hij in een andere plaats, dan is het iedere keer weer de vraag hoe men zal reageren. „Het ding trekt zoveel bekijks dat het soms gewoon gevaarlijk is", zegt Jan. „De mensen steken zomaar de straat over en letten niet meer op de rest van het verkeer." Met de politie heeft Jan enkele minder prettige ervaringen gehad.
„Tot twee keer toe is het me gebeurd dat ik bij een aanhouding bijna als een crimineel van de stoel werd gesleurd. Ze dachten dat ik een soort fantasievoertuig had gemaakt. Kom onmiddellijk van dat ding af snauwden ze me toe. Ze konden niet geloven dat ik er een typegoedkeuring voor had gekregen. Aan de hand van de papieren en de bouwtekeningen die ik altijd bij me heb, kon ik ze uiteindelijk overtuigen." Jan Engelbertink zal niemand aanraden ook zelf een trike te gaan bouwen.
„Er komt veel meer bij kijken dan menigeen denkt. Je moet kunnen lassen, metaaldraaien, met polyester omgaan, afstellen en noem maar op. Bovendien zijn de eisen waaraan het apparaat moet voldoen, erg hoog. Een typegoedkeuring krijg je niet zomaar." Veel verstandiger is het volgens hem een bouwpakket te kopen, bij voorbeeld van het Duitse merk Fecht.
„Voor twintigduizend gulden heb je een bouwpakket met alles erop en eraan, zodat je de zaak alleen nog in elkaar hoeft te zetten. In Duitsland zijn ook kant-enklare trikes te koop: die kosten iets van vijfentwintigduizend gulden."

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 maart 1993

Terdege | 80 Pagina's

Jan Engelbertink bouwde in vrije tijd z'n eigen vervoermiddel

Bekijk de hele uitgave van woensdag 24 maart 1993

Terdege | 80 Pagina's