Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De gulden middenweg

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De gulden middenweg

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

RONDKIJK

In mijn laatste schrijven bij de overgang van oud op nieuw liet ik even doorschemeren, dat vorig jaar over het algemeen een goed jaar is geweest. Voor de zakenman, de fabrikant, generaal genomen voor de werkgever als de werknemer. De werkloosheid neemt af en er wordt een behoorlijk loon verdiend. Zeker, alles is duur en voor een opkomend gezin met schoolgaande kinderen, die dus nog geen verdiensten thuis brengen is het zorgelijk en moeten wekelijks de eindjes aan elkaar worden geknoopt. Dat neemt echter niet weg, dat het veel beter is dan vroeger. Ik kom daar straks op terug.

Nu schreef ik, wanneer er een zekere weelde is, dat dit niet altijd bevorderlijk is voor het geestelijk leven. Een van de vrienden vroeg me, of we dan naar armoede moeten uitzien? Is dat dan de maatstaf voor een gezond geestelijk leven ? zo vroeg hij. Ik wil daar gaarne nader antwoord op geven. Wie goed gelezen heeft, zal bemerkt hebben, dat ik geschreven heb dat voorspoed naar het vlees „niet altijd" geestelijke voorspoed brengt. Dit deed ik met opzet, omdat het wel eens zo kan zijn, dat de Heere iemand rijkelijk beweldadigd met aards goed en hem daarmee in de vernedering brengt. Daar zou ik voorbeelden van weten aan te halen. Maar regel is het niet. Het volk des Heeren zegt wel eens, toen ik in omstandigheden zat, wat had ik toen een aanklevend leven, toen was het mij beter dan nu! Verfoeien ze daarmee de weldaden ? In genen dele. Ze verfoeien zichzelf omdat ze bij al de weldaden de Weldoener zo aan Zijn plaats kunnen laten. Zij onderschrijven wat in het lied van Mozes staat (Deut. 32 : 15). Als nu Jeschurun vet werd, zo sloeg hij achteruit (gij zijt vet, gij zijt dik, ja met vet overdekt geworden!) en hij liet God varen, Die Hem gemaakt heeft en versmaadde de Rotssteen Zijns heils." Agur was ook bang van weelde, hij zegt: Spr. 30) armoede of rijkdom geef mij niet; voed mij met het brood mijns bescheiden deels. Opdat ik zat zijnde U dan niet verloochene, en zegge: ie is de Heere? Of dat ik verarmd zijnde dan niet stele, en de Naam mijns Gods aantaste." De opmerker zal het gezegde nu mogelijk beter begrijpen.

Intussen is er de armoede niet

meer, die een vorige generatie heeft gekend. Wij achten dat zeer gelukkig, want naar naarheid en ellende behoeft een mens niet te staan en het valt hem niet mee om armelijke tijden door te maken. Anderzijds is onze tijd veeleisender geworden en zijn er allerlei behoeften gekweekt waaraan vroeger zelfs niet werd gedacht. De techniek is vooruitgegaan, om een voorbeeld te noemen: we wassen, strijken, stofzuigen en scheren electrisch, enzovoort. Het zijn prachtige dingen, maar het vraagt alles méér geld. De aanschaf en het gebruik moet van ons weekloon af. We hebben ook meer eisen op gebied van onze woninginrichting, onze kleding, rook-en uitgaans-genot en het kan niet worden ontkend dat de soberheid van vroeger wordt gemist. En ook de tevredenheid. We gaan met de stroom mee, in alles. En kunnen we niet mee dan is het vaak zo, dat we gemelijk en ontevreden zijn, inplaats dat we de Heere erkennen voor hetgeen dat Hij ons schenkt, want het zijn toch alle verbeurde weldaden en we hebben nergens recht op.

Ik heb veel bewondering voor onze vaderen, die hard moesten werken en niet veel genoegens hadden en toch van hun karig loon nog wisten te offeren voor kerk en school. Toen de gelijkstelling bij het onderwijs er nog niet was moesten ze leerkrachten en leermiddelen uit eigen zak betalen. Er moesten werkelijk offers worden gebracht. Daar kan onze huidige generatie een les aan nemen. Wij willen met het aangevoerde helemaal niet zeggen, dat wij van de moderne gebruiksmiddelen niet zouden mogen genieten. We kunnen de tijd niet terugzetten en dat hoeft ook niet. Maar wel willen wij er op wijzen, dat we veel tijd en veel geld nodig hebben voor ons zelf en dat daarin grote gevaren schuilen. Weelde en in weelde leven óf in weelde en genoegen willen leven is niet bevorderlijk voor ons geestelijk welzijn. Nodig is een christelijke ascese een onthouding om des Heeren wil.

Agur bezag het in het juiste licht. Hij had de bedriegelijkheid en het gevaarlijke van eigen hart lei*en kennen, waarom hij niet naar armoede uitzag opdat Hij Gods Naam niet zou aantasten. Maar rijkdom was ook zijn wens niet opdat hij niet als een Godvergeter zou voortleven en zeggen: „Wie is de Heere?

De gulden middenweg was z^n bede, niet de uitersten van armoede of rijkdom, maar het brood zijns bescheiden deels Die bede moge ons dit begonnen jaar eigen zijn, ter ere van 's Heeren Naam.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 januari 1955

Daniel | 8 Pagina's

De gulden middenweg

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 januari 1955

Daniel | 8 Pagina's