Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zending in Korea

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zending in Korea

Tussen tivee oorlogen

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zending in Korea Tussen tivee oorlogen

De druk door de Japanners op de kerk was zwaar geworden. Er zijn aanwijzingen om te geloven, dat er plannen hestonden om in Augustus 1945 de Christenen in Korea uit te roeien. De eeuwen door is het echter herhaaldelijk gebleken, dat uitroeiing van de Christenen nooit gelukt. Er zouden verscheidene voorbeelden hiervan gegeven kunnen worden. Als de duivel een aanval waagt op de kerk, dan komt hij steeds te laat. Ook hier zou het niet gelukken. Wat gebeurde? In Augustus 1945 kwamen van het noorden de Russen en van het zuiden rukten de Amerikanen op, met het gevolg dat de Japanners de strijd moesten opgeven. De bevrijding van Korea was een feit geworden. De Japanse invloed was afgelopen.

Het schiereiland was bevrijd, maar van vrijheid was nog niet vee] sprake. Er werd een kunstmatige scheidingslijn getrokken, de beruchte 38ste breedtegraad, die al tot zoveel ellende aanleiding heeft gegeven. Het zuiden was bezet gebied geworden van de Amerikanen en het noorden zat onder de Rus. Er wordt verteld, dat de omstandigheden onder de Japanners slecht waren, maar dat het onder de Russen nog drie-tot viermaal erger was.

In Zuid-Korea was de oorlogsschade gering; de kerken, scholen en ziekenhuizen waren intact, wat een groot voordeel was, maar de kerken (gemeenten) waren verzwakt en verscheurd uit de strijd te voorschijn gekomen. Toch werd de opbouw met bekwame spoed ter hand genomen, een teken hoe diep de zending wortel had geschoten: het bestaan der kerk was niet meer afhankelijk van zendingsarbeid.

De opleving van de kerken zou rijke vruchten afgeworpen hebben, als er niet een remmende factor aanwezig was geweest. En die remmende invloed kwam door het oude bepi'oefde middel van satan: de verdeeldheid. Hoeveel triomfen heeft de duivel al behaald door deze list! Eendracht maakt macht, maar tweedracht verzwakt. En van verzwakking van Christus' bolwerk moet de hellevorst het hebben. Om tot die verdeeldheid te komen gebruikt hij kleinigheden, belachelijk-nietige dingetjes. Maar die nietige dingen worden als een sneeuwbal vergroot; het kleine vonkje wordt aangeblazen en de zaak staat rondom in brand; de standpunten komen scherp tegenover elkander te staan en onheilig vuur brandt lustig op het altaar. Er wordt geen breidel meer voor de mond gebruikt, het hart is koud en het leven wordt dor als een droge stoppel. Dat zijn de vruchten en satan heeft zijn doel bereikt.

De methodisten en de presbyterianen, die tijdens de Japanse overheersing schouder aan schouder stonden, scheidden zich nu vaneen. Daar kwam bij, dat men ging twisten wie er te veel met de vijand had samen gewerkt en wie er niet ver genoeg was gegaan in het verzet. Gaat maar eens uitzoeken waar de grens moet liggen. Men komt er nooit uit. Wij hebben in ons land de droevige ge\ r olgen gezien van het niet grondige oplossen van het collaborateur-probleem!

Verder deden nog verschillende persoonlijke kwesties opgeld, die steeds in roerige tijden de zaak vertroebelen en die instee van de kerk op te bouwen ze te gronde richten. Ook belette de gescheidenheid van de Protestantse kerken door de kunstmatige breedtegraad voor een groot gedeelte de opbouw der kerk. De opleidingsinrichtingen in het noorden (Pjongjang) hadden voor het gehele land betekenis gehad en nu was het zuiden, hiervan afgescheiden. Er was voorts een jammerlijk gebrek aan leidinggevende personen, daar in de Japanse tijd verscheidene vooraanstaande personen waren gedood. Voor heel Korea gold de uitspraak: „Opperlieden hebben wij volop, maar we hebben geen metselaars, om van de bazen maar niet eens te spreken." Dit gezegde was ook van toepassing op de kerken.

Als we dit alles beschouwen, de verdeeldheid, de armoede van een na-ooriogse tijd, de gescheidenheid van elkander, het gebrek aan voldoende leiding, dan moet het ons ten zeerste verwonderen (en het pleit voor de diepgang van het Christenvolk), dat er in 1947 alleen in Seoul in wel 25 presbyteriaanse kerken godsdienstoefeningen werden gehouden en in ongeveer even zoveel kerken van de methodisten! Het moet ons wel verbazen, dat er weer plannen worden beraamd voor opleiding van predikanten, voor uitbouw, voor hulpverlening aan vluchtelingen, enz. In datzelfde jaar was weer een groot aantal zendelingen in Korea teruggekeerd. Een groep van een vijftal bestuursleden van de presbyteriaanse zending, die Zuid-Korea bezocht, was diep onder de indruk van het nieuw opkomende leven, en zagen met verwondering de offervaardigheid van de

Zuid-Koreanen, die toch door de oorlog straatarm waren geworden.

Helaas, een nieuwe storm zou over het schiereiland gaan, een schrikkelijke oorlog, die momenteel nog niet ten volle is beëindigd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 augustus 1953

Daniel | 8 Pagina's

Zending in Korea

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 augustus 1953

Daniel | 8 Pagina's