Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HET FORMULIERGEBED

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET FORMULIERGEBED

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Voor we het gebed zelf willen bespreken, gaan we in op de aanvaarding en het gebruik van het formuliergebed. Wanneer we ons kerkboek inzien, treffen we bij de formulieren heel wat gebeden aan. Veertien in getal. Ze hebben betrekking op de diensten en het dagelijkse leven. Verrichtingen in het kerkelijk leven, persoonlijk leven en dagen van ziekte. Acht formulieren zijn voor bepaalde gebeurtenissen in de dienst. De algemene gebeden en dan denken we aan de veertien zijn gegeven als leidraad en steun in het gebedsleven. De anderen, te beginnen bij het doopsformulier, zijn gesteld om te komen tot eenheid in het belijden. We mogen dankbaar zijn dat de Reformatoren van het eerste uur met zoveel zorg en ijver deze formulieren aan de kerk van de reformatie hebben geschonken en zo sterk voor de invoering en het gebruik in de eredienst van de gemeente hebben gepleit. Met name als het gaat over de leer en de inhoud van de sacramenten. Hun principiële argumenten hiervoor waren:

a om de gemeente te onderwijzen omtrent de dienst die verricht zal worden.

b Om de eenheid der kerken te doen uitkomen in een gelijke wijze van dienstverrichting.

c Om alle willekeur en subjectivisme tegen te gaan en de objectiviteit der kerkelijke handelingen te bewaren

d de gereformeerde formulieren wortelen in de gereformeerde belijdenis.

Na vier eeuwen is de waarde van de formulieren niet verdwenen. Althans zo moet het bij en voor ons zijn. Want het gebruik vindt nog regelmatig plaats. Zo ook het uitspreken van het formuliergebed. Hiertegen is verzet geweest. De felste opponenten waren ds. Jacobus Koelman predikant in 1633-1695 te Sluis in Zeeuws-Vlaanderen en ds. Jodocus van Lodensteyn. Hij stond in Utrecht in de jaren 1620-1677. Het verzet tegen het gebruik van formulieren kwam voort uit het gevoel dat, denkend aan het Avondmaal, het vieren ervan en het lezen van een formulier een innerlijke tegenstrijdigheid was. Ze werden gedreven door vrees voor een geesteloze “sleur- en slenterdienst”, zoals zij dat noemden. Ze waren ook tegen het gebruik van formuliergebeden omdat het van buiten geleerde gebedsformules waren, die de persoonlijke omgang met de Heere zouden moeten vervangen. Dit protest op zich mogen we niet naast ons neerleggen. Maar het wil niet zeggen dat formuliergebed in de samenkomst met de gemeente moet ontbreken. De bekende predikant, zo mag ik het toch wel zien, nl. Alexander Comrie, heeft in 1750, staande te Woubrugge, lezenswaardige dingen geschreven. Hij ging in op de hardnekkige bestrijding van het gebruik van de formuliergebeden bij Doop en Avondmaal. Men beschouwde ze als niet- werkelijke gebeden. Van Comrie lezen we: Ik heb achting voor de bidformulieren voor de Nederlandse Kerken geschikt. Ze zijn klaar en voor de eenvoudigste verstaanbaar, behelzen datgene dat een Christelijke gemeenschap van God naar Zijn wil te bidden heeft, vertonen een rechte verootmoediging, een waarachtig geloof, een vurige worsteling met God, een reine liefde, hoedanigheden die in een recht gebed moeten zijn: waarom ik de inhoud derzelve zo goed ken, dat ik ze dikwerf leze en herleze, mij bij de bediening van Doop en Avondmaal aan dezelve binde en de kinderen het morgengebed en het avondgebed lere. Wanneer we nu denken aan het gebed in het avondmaalsformulier dan wordt dit met een enkele zin ingeleid Daarin wordt onze afhankelijkheid beleden. Wij brengen de geestelijke gaven niet mee, maar verheffen onze harten tot God opdat dit alles, nl. het werk van Christus voor en in de zondaar, het machtige werk van de Heilige Geest tot mij zal komen. Versterkend het leven des geloofs en de onderlinge band. Dat afsmeken vraagt verootmoediging. Immers aan tafel komen zondaren, maar bezittend het waarachtig geloof, want bijzonder blijkt dit in het vragen om genade. Alles wordt ontvangen door genade alleen. Alles werkt en wordt versterkt door genade alleen. Avondmaalgangers behoren hiervan kennis te hebben en door de jaren heen meer. Wordt dat beseft? Leven predikanten daarbij? Ook voor zichzelf?

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 augustus 2003

Bewaar het pand | 8 Pagina's

HET FORMULIERGEBED

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 augustus 2003

Bewaar het pand | 8 Pagina's