Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een onwankelbare vastigheid 1.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een onwankelbare vastigheid 1.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

Zij gaan van kracht tot kracht, een iegelijk van hen zal verschijnen voor God in Sion. Psalm 84:8

Geliefden, Mochten wij u de vorige maal bepalen bij het gaan van de ware pelgrim naar Sion door het dal der moerbeziebomen, en zien hoe deze pelgrim verwaardigd mocht worden om de Heere tot een Fontein te stellen en dat de regen hem gans rijkelijk overdekte, wij hopen nu te zien hoe de pelgrim alzo versterkt door het geloof van kracht tot kracht mag voortgaan en in Sion voor God zal verschijnen.

Dat nu de geestelijke pelgrim van kracht tot kracht op de weg zal voortgaan, dacht ik zo: daar kon nu nooit sprake van zijn, als er dat zesde vers niet stond en door de pelgrim enigszins gekend was. Want in het zesde vers lezen wij: "Welgelukzalig is de mens, wiens sterkte in U is, in welker hart de gebaande wegen zijn." Dat is dus dat volk dat aanvankelijk enige kennis mag hebben van de gebaande wegen Gods, verheerlijkt in het hart. En zouden wij ons tekstwoord een Goddelijke belofte of onwankelbare vastigheid kunnen noemen. Want zij zullen niet alleen van kracht tot kracht voortgaan, maar er staat duidelijk in onze tekst, dat zij zekerlijk voor God in Sion zullen verschijnen. En wie geldt dit anders dan hen in wier hart de gebaande wegen zijn? Dat wil zeggen, hen in wier leven de Heere Zich niet onbetuigd heeft gelaten. Dus geliefden, geloof ik dat ik niet te veel zeg als ik ga verklaren, dat in ons tekstwoord de eeuwige en onveranderlijke Verbondstrouw verklaard wordt en wij hier iets mogen gewaar worden van de Goddelijke gedachten over Zijn ware pelgrims in dit tranendal. Want is het geen dierbare zaak als de Heere Zelf zegt: "Een iegelijk van hen zal verschijnen voor God in Sion? " Is dat niet tot troost van dat arme wankelende en bestreden volk, dat al wel duizend malen gedacht heeft: zal ik wel op de weg naar Sion zijn en mij niet bedrogen hebben? Ook al is het dat zij Sion wel eens van verre hebben mogen aanschouwen en wel eens hebben mogen geloven op de weg te zijn. O, wat kan hen alles toch ontvallen. Het wil heel wat zeggen als het praktijk gaat worden: "Wat Ik gebouwd heb, breek Ik af en wat Ik geplant heb, ruk Ik uit; zelfs dit ganse land." Als de Heere een einde maakt aan het genietend leven en overal de grond uit weg gaat nemen. Nee, dan kunnen zij echt niet bekijken dat het op Sion aangaat. In plaats van bekeerd al onbekeerder en in plaats van erbij er buiten zich waar te moeten nemen. En dat in de gewaarwording van zijn goddeloos bestaan, zijn opstandig en murmurerend hart, in alles zo onverenigd en boos op de Heere. Echt, dan zegt hij: "Op weg naar Sion? Ach, ik vrees dat ik nog alles mis en dat mijn werk geen waarheid is." Nee, dan kunnen zij echt niet zo luid zingen: Zij gaan van kracht tot kracht steeds voort enz. Dan is het bij hen: Van klacht tot klacht. En tenslotte zelfs geen ware klacht meer, maar blijft er niet anders meer over dan dorre en dode klachten. Zonder waar gevoel, liefde en levendige betrekking op God en Goddelijke zaken. Ja, het wil heel wat zeggen de grond en het leven te verliezen uit alle ontvangen weldaden en arm, ontledigd en berooid op aarde zich waar te moeten nemen. Wat was het toch anders gesteld toen zij in het dal der moerbeziebomen Hem tot een Fontein mochten stellen en de regen hen gans rijkelijk overdekte. O, wat een zalige zielsgestalte mochten zij toen beleven en door het geloof een belovend God omhelzen. Nooit hadden zij kunnen denken dat het nog zo anders zal gaan worden. En toch: "Zij gaan van kracht tot kracht!" Maar om nu goed te leren dat zij ontkracht van eigen kracht alleen in de kracht Gods zullen bewaard worden door het geloof tot de zaligheid. O, dat gedurig sterven aan eigen krachten, dat is nu een doorgaande daad in het leven van de ware pelgrim naar Sion. Maar nu zegt de Heere van dat volk: "Zij gaan van kracht tot kracht. Zou Ik het zeggen en niet doen? Spreken en niet bestendig maken? " Dan is het een Goddeljke toezegging welke zeker zal vervuld worden. De ware pelgrim naar Sion zal zijn kracht ontvangen uit Hem Die moest uitroepen: "Mijn kracht is als een scherf van sap beroofd."

Hij is in het moerbeziedal der verschrikking gekomen onder het wraakzwaard van een heilig en rechtvaardig God, opdat Hij als Borg de schuld der Zijnen zou betalen en voor een zich schuldig kennend volk de ware Fontein zal zijn. Die geopend is voor den huize Davids en de inwoners van Jeruzalem tegen de zonden en tegen de onreinheid. Om uit die Fontein bediend, van kracht tot kracht voort te gaan. En nu zijn de beloften Gods ja en amen in Christus Jezus tot heerlijkheid van een Drieƫnig God en tot sterkte van het ware volk, reizende door het moerbeziedal der verdrukking naar het hemelse Sion. Maar de weg is toch zulk een verborgen weg naar Sion. En mochten zij nu altijd de overste Leidsman maar in het oog hebben, dan kunnen zij zingende hun weg bewandelen. Dat is toch in het leven van de ware pelgrim wel gebeurd, dat men gemoedigd zijn weg in het licht mocht opnemen. Ja, toen mocht men zingen: Zij gaan van kracht tot kracht steeds voort; elk hunner zal in het zalig oord van Sion haast voor God verschijnen. Toen mocht men het echt eens geloven en roemen in de vrije gunst des Heeren. Wat was toen hun gebedsleven innig. Het geloof werkzaam en gericht op God. De hoop levendig en de liefde uitgaande en aanklevende. Maar wat moet nu in het voortgaan op de weg naar Sion het gebedsleven gedurig gezuiverd worden van de modder van eigenliefde. Het geloof vernieuwd en versterkt. De hoop steeds weer verlevendigd worden en de liefde opgewekt en gaande gemaakt. Want de liefde kan men ook maar niet opwekken noch wakker maken. Wat wacht het dan toch alles op de invloedende bediening van de Heilige Geest. Maar toch zal het voor de ware pelgrim gelden: Zij gaan van kracht tot kracht. De Heere zal de Zijnen niet begeven noch verlaten en hen niet om doen komen in dure tijd en hongersnood. Zij zullen ervaren: "Hij geeft de moeden kracht en Hij vermenigvuldigt de sterkte dien, die geen krachten heeft." Zij zullen er gedurig achter komen, dat de jongen zullen moede en mat worden, en dat de jongelingen gewisselijk zullen vallen. Om nu ontkracht van eigen kracht de Heere te verwachten en alzo uit Hem de kracht te vernieuwen. Om weer eens op te mogen varen als met arendsvleugelen en te lopen in de gebaande wegen des Heeren en niet moede te worden, ja, te mogen wandelen met een zoet vermaak in de weg der gerechtigheid in het midden van de paden des rechts en niet mat te worden. Zo zal het zijn: Zij gaan van kracht tot kracht. Maar nog meer! Want onze tekst zegt: "Een iegelijk van hen zal verschijnen voor God in Sion."

Wordt vervolgd.

A.

V.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 1991

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Een onwankelbare vastigheid 1.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 januari 1991

De Wachter Sions | 8 Pagina's