Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tariefverhoging openbaar vervoer

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tariefverhoging openbaar vervoer

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

door de heer Van Dis

NIET POPULAIR

Dat ik hier sta om te spreken namens de heer Van Rossum, komt omdat deze andere verplichtingen heeft. Tariefsverhogingen, voor welk doel ook, zijn nooit populair. Ook bij vorige debatten is steeds aangedrongen op terughoudendheid van de overheid, als het ging over tarieven voor het openbaar vervoer. Dat was mede ingegeven door de dreiging dat het aantal reizigore~lci}om& terSj dat dB laatste jaren neiging had om te dalen, door te rigoureuze tariefsverhogingen nog sneller zou dalen. Vooral door de sterk stijgende prijzen van benzine en dieselolie zijn de kosten van het particuliere gemotoriseerde verkeer de laatste jaren veel sterker gestegen dan die van het openbaar vervoer. De kosten van de energie zijn ook bij het openbaar vervoer sterker gestegen dan de kosten van levensonderhoud, zodat bij gelijkblijvend vervoersaanbod de tekorten op het openbaar vervoer zouden toenemen. Dat dit niet helemaal het geval is, is te danken aan de gunstige omstandigheid, dat door de sterke kostenstijgingen van het particuliere motorische verkeer veel meer mensen gebruik zijn gaan maken van het openbaar vervoer. Dat is op zich zelf sterk toe te juichen, maar plaatst de NS en de vervoersmaatschappijen voor problemen van personele en materiële aard. Het toegenomen openbaar vervoer heeft hier en daar geleid tot het aan het licht treden van een aantal knelpunten, die om een spoedige voorziening vragen. De Minister heeft daar reeds maanden geleden via een brief aan de Kamer op gewezen. Uiteraard vraagt het oplossen van die knelpunten om extra uitgaven, die maar zeer ten dele kunnen worden gedekt door extra inkomsten uit het verhoogde vervoersaanbod. Dat blijkt ook uit de brief van de Minister, die thans aan de orde is.

KNELPUNTEN

Een aantal knelpunten vraagt dringend om een oplossing, omdat dit voor een groot deel bepalend is voor de kwaliteit van het vervoer, waarbij spe^ciaal wordt gedacht aan bet handhaven van de in de dienstregelingen aangegeven tijden. Oplossen van knelpunten kost geld. Dat geld moet worden opgebracht, hetzij door de reizigers die van het openbaar vervoer gebruik maken, hetzij uit de algemene middelen, dat wil zeggen, de belastingbetalers die al , of niet van het openbaar vervoer gebruik maken. De vraag naar de kwali­ teitsverbetering komt uiteraard van de gebruikers van het openbaar vervoer en het is naar onze mening logisch dat juist zij dan ook een belangrijk deel van de kosten betalen. Gelet op de uiterst benarde financiële situatie, waarin ons land verkeert, is het bovendien zeer moeilijk om een al te grote aanslag op 's rijks kas te plegen. De oplossing die de Minister heeft gekozen om behalve de trendmatige aanpassing van de tarieven een extra verhoging per 1 oktober aanstaande van de reizigers te vragen en om dan de opbrengsten van die extra inkomsten te bestemmen voor het oplossen van de knelpunten in het spoorwegnet, lijkt onze fractie de juiste. In hoofdlijnen stemmen wij dus in met de voorstellen van de Minister.

INVESTERINGSPLAN

Behalve de knelpunten, zoals opgegeven in de brief van de Minister van 2 mei 1980, vraagt het grote investeringsplan op de lange termijn, van 1980-1988, een milj ardenuitga ve voor de aanschaf van nieuw rollend materieel, nieuwe lijnen met inbegrip van tunnels, bruggen, stations, beveiligingssystemen enzovoort. In hoeverre zullen de ombuigingsoperaties leiden tot temporisering van de vele en belangrijke werken en aanschaffingen die in dat investeringsplan zijn opgenomen? Behalve aanschaffingen en aanleg van nieuwe lijnen komen er ook voorzieningen voor, die niet alleen voor de NS van belang zijn, maar ook voor het wegverkeer. Ik denk hierbij aan de zogenaamde betonnen bevloeringen in overwegen, bepaald niet de hoogste post in het investerings programma, maar wel zeer belangrijk voor de goede en zo veilig mogelijke afwikkeling van het goederenverkeer over de weg. Vooral aanhangcombinaties kunnen bij gebrekkige bevloering van een spoorwegovergang in moeilijkheden komen en bij grote schokken is zelfs het gevaar van een loskoppeling niet uitgesloten. Ik zou dit op zichzelf al als een knelpunt willen zien, evenals trouwens een aantal onbewaakte overgangen in wegen met een geringe verkeersfrequentie. Ik vraag hiervoor de speciale aandacht, ook in verband met de verkeersveiligheid en ter voorkoming van verkeersongevallen met grote materiële schade. Soms is er zelfs sprake van gewonden en/of doden. Samenvattend: De Minister moet alles doen om ongevallen te voorkomen en om het verkeer zo goed mogelijk af te wikkelen. Dat kost geld en daarvoor lijkt ons deze extra verhoging nodig en verantwoord.

REPLIEK

PROFUTBEGINSEL

Allereerst wil ik de Minister dankzeggen voor zijn antwoord, zowel per interruptie als in zijn betoog. De voorstellen van de Minister geven voor slechts 50% van de kapitaallasten van de ƒ500 miljoen dekking. De vraag rijst dan, of de verwachtingen door dekking van de rest wel voldoende verzekerd zijn. Daar heb ik nog niet zo veel over gehoord. Die 4% extra verhoging blijft toch altijd nog maar een minimumbasis. De Minister heeft de onderlinge verbondenheid van de 6, van de 8 en inmiddels tot 9 knelpunten uitgegroeid benadrukt. Wij onderstrepen dat. Het betekent wel dat het groene licht geven aan een van die punten feitelijk betekent dat de andere zullen moeten volgen. In die zin zal het hele plan als één geheel moeten worden gezien. De Minister wees wat de financiering betreft ook op afspraken met de Minister van Financiën. Kennelijk heeft interdepartementaal overleg geleid tot het niet kunnen aanvaarden van een groter ongedekt deel dan 50%. Onze fractie wil graag weten, of dat ook zo zal blijven, gelet op de desastreuze ontwikkelingen van de rijksfinanciën. Wij vinden dat het opheffen van de knelpunten grote prioriteit moet hebben, omdat een zo goed mogelijke opvang van het toenemend aantal reizigers voorwaarde is om het „veilig en vlug" van de NS te kunnen bevorderen. Zelf heb ik de indruk dat in relatieve zin ook het „voordelig" van de NS nog steeds opgeld mag doen. Uiteraard betekent het niet verhogen van de tarieven dat in feite dan wordt gekozen voor het ook leggen van de last bij de niet-gebruikers. De Minister weet dat onze fractie vindt dat het profijtbeginsel best wel een wat grotere rol mag spelen. Dat komt wat in de mist te liggen. Als het geld dan niet gevonden kan worden - ik wees al op de precaire financiële situatie - dan zullen helaas ten detrimente van de reizigers die nodige voorzieningen achterwege moeten blijven. Daarom steunen wij het voorstel van de Minister.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 juli 1981

De Banier | 8 Pagina's

Tariefverhoging openbaar vervoer

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 juli 1981

De Banier | 8 Pagina's