Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Grepen ui de Letterkunde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Grepen ui de Letterkunde

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

(34.)

Jacob Cats. Korte levensloop.

Uit al Cats' werken blijkt, dat zijn huwelijksleven gelukkig is geweest. Elisabeth van Valckenburg was een trouwe echtgenote en een zorgende moeder. Bovendien had ze een flink kapitaal, dat Cats ook niet onverschillig liet. Als stadsadvocaat had hij een drukke pi-aktijk, die in 1609 minder omvangrijk werd. In dat jaar brak het Twaalfjarig Bestand aan. Cats zegt daawan:

„toen Mars werd aangezegd: steek op uw bloedig mes, en houd het in de schee tot jaren tweemaal zes."

Hij legde de praktijk neer, en ging zich bezighouden met inpolderingen van overstroomde landerijen in Staats-Vlaanderen. De dichter werd een zeer vermogend man en in Grijpskerke op Walcheren werd een buitenverblijf gebouwd, waarin hij met .vrouw en kinderen vele jaren genoegelijk doorbracht.

Omstreeks het einde van het Bestand (1621) kwamen geldelijke tegenslagen en het zal voor Cats wel zeer welkom geweest zijn, toen hij een aanbieding ontving om professor in de rechten te Leiden te worden op een jaarsalaris van ƒ 900.—.

In Middelburg wilde men hem blijkbaar houden, want het gemeentebestuur van Zeelands hoofdstad bood hem het pensionarisschap der stad aan. Uit de twee aanbiedingen koos Cats de laatste betrekking, die hij nog geen twee jaren later (1623) verwisselde met het pensionarisschap van Dordrecht. In 1627 volgt een gezantschapsreis naar Engeland, en negen jaren later wordt hij Raadpensionaris van Holland.

In 1651 presideert hij de bekende Grote Vergadering, reist naar Londen om tegenover Cromwell de belangen van de Republiek te bepleiten, en neemt in 1652 ontslag, waarna hij zich weinig meer met de politiek inlaat. Hij brengt nu zijn laatste jaren door op zijn buitengoed „Sorghvliet", met de kunstig-aangelegde grotten en prachtige fonteinen, een schone bezienswaardigheid voor de Hagenaars.

Na een langdurige ziekte was reeds in 1630 zijn vrouw gestorven. Cats schrijft hiervan:

„Zij reisde naar het graf, maar met een trage gang, Geen sap of machtig grom, geen drank of edel green En kon haar ooit behulp of enig voordeel doen. Het scheiden overkomt, dat is een droeve smart En gaat tot aan het merg, tot aan het innigst hart."

De dichter is dan 53 jaar oud, maar van een tweede huwelijk is er niets gekomen. Hij voelt zich eenzaam, maar door hard werken wordt het gemis dragelijk gemaakt. Hy heeft heel wat werk als pensionaris, later als raadpensionaris. De jaren op Sorghvliet brengt hij door met tuinieren en dichten. Van dit laatste zegt hij:

„Ik heb een wijf gespaard, vermits ik konde dichten." Geregeld werd het lustoord Sorghvliet, aan de wegnaar Scheveningen, verbeterd en verfraaid. Cats had er een eigen kerk. De predikanten Croesen en Tegneüs traden er meermalen in op. Het buitenverblijf werd geregeld door gasten bezocht. Ze kwamen er jagen en vissen. Frederik Hendrik kwam er ook verscheidene keren, en Cats' dochters, die getrouwd waren, zochten vaak het schone ouderlijk huis op.

De laatste levensjaren mankeerde Cats veel aan de nieren. De 12de September 1660 overleed hij in de ouderdom van 82 jaren, 9 maanden en 23 dagen cp het buitenverblijf Sorghvliet.

„Enige dagen later begeleiden achttien rouwkoetsen, door veertig toortsen verlicht, zijn lijk van Sorghviiet naar de Kloosterkerk in 't Voorhout." Dit geschiedde bij avond.

„Hij was een man van kloeke en schone gestalte, welgemaakt en rijzig van lichaam, vrolijk en vriendelijk in de omgaving, sierlijk en vaardig van taal, in alle des Lands rechten, wetten en gewoonten, ook in vele talen, voornamelijk de Latijnse, Griekse, Franse, Italiaanse, Spaanse en Hoogduitse, zeer bedreven."

INDEX.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 februari 1951

Daniel | 12 Pagina's

Grepen ui de Letterkunde

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 februari 1951

Daniel | 12 Pagina's