Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Water en toerisme omspoelen vervelen, maar indrukwekken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Water en toerisme omspoelen vervelen, maar indrukwekken

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Venetië: wat een betoverende klank. Wat een hoop romantische onzin ook. Wat een prachtige pleinen, kerken, paleizen en bruggen. Wat een verschrikkelijk verval en nagelaten onderhoud ook. <br />

Venetië en Giethoorn lijken op elkaar, zegt men? Wat een ontoelaatbare flauwekul. Hebt u ooit een punteraar over de veenkanalen op weg naar de Beulaker Wijde in het maanlicht liefdesliederen horen kwelen terwijl zijn motor vrolijk tufte? Nee, Giethoorn is noord en Venetië is zuid en nooit zullen beide elkander ontmoeten. Meen dus niet dat u het Dogenpaleis en de Brug der zuchten hebt gezien als u museum ,,De Speelman" bezocht aan het Binnenpad.
Voorts: het Overijsselse veendorp en de Italiaanse kunststad zijn allebei een bezoek ten volle waard en het toerisme heeft dat dan ook allang ontdekt. Ik was echter in Venetië vóór de grote toeristenstroom het Plein van St. Marcus overspoelde en vóór de kanalen verstopt raakten met gondels die in eikaars vaarwater zitten. En ik raakte licht verward door deze oeroude stad op palen in de lagune, want men kan op velerlei wijze Venetië „zien".
Als toerist bijvoorbeeld, die oppervlakkig kijkt en ronddraaft en die alles mooi vindt en niets echt beleeft. Of als geïnteresseerde in kunst en historie, die dan stuit op de duidelijk ten onder gegane luister van de oude stadstaat met zijn opmerkelijke bestuursvorm en zijn nauwe banden met het Byzantijnse rijk.

Zinkende stad
Of als liefhebber van hedendaagse kunst die tijdens de vermaarde, maar ook min of meer veriopen, ,,Biënnale van Venetië" nog tot in september zijn hart kan ophalen aan jonge en oude kunstenaars, beeldhouwers, schilders van Armando en Dubuffet tot Joseph Beuys. Je kunt Venetië ook zien als waterbouwkundige en dan vernemen dat de stad langzaam wegzinkt in de golven, tenzij de mede door de TH Delft ontwikkelde stormvloedkeringen eindelijk hun plaats vinden bij het Lido en andere eilanden.
Een veelheid van indrukken derhalve voor wie enigszins voorbereid een bezoek brengt aan deze vroeger zo trotse koopmansstad, die veel soorten kunstenaars inspireerde. Of dat nu de schilder Canaletto was of de dichter Shakespeare met zijn ,,De koopman van Venetië" of muziek (,, de Solisten van Venetië") of de roman (zoals,,Najaar" van P. H. Dubois) of de bouwkunde (van de Franse Azuren kust ligt Port Grimaud bij Saint-Tropez, een moderne kopie van Venetië, ontworpen door de Elzasser FrangoisSpoerry).

Kortom, Venetië hield en houdt nog de geesten bezet en wie de stad op beide manieren genaderd is, per trein vanuit Milaan of per boot vanaf de Adriatische Zee, beseft waarom dit het geval is. Want ondanks verval en toeristische kitsch, ondanks de vervuiling der kanalen en het op instorten staan van de Accademiabrug over het,,Grote Kanaal" is Venetië mooi en indrukwekkend. De tand des tijds heeft eraan geknaagd en groeven en rimpel^es in het eertijds zo gave gelaat achtergelaten, maar de ware minnaar van deze stad laat zich door die oneffenheidjes niet weerhouden van zijn diepe gevoelens jegens haar. Venetië was vroeger letterlijk ongenaakbaar, tenzij men vanover het water haar belaagde. Thans snellen wij erheen via de ijzeren weg van Milaan Centraal naar Stazione Santa Lucia van de Ferrovie Statale. Die treinreis door Noord-Italië is op zich al de moeite waard. Niet zozeer vanwege het landschapsschoon — de trip langs het Lago Maggiore naar Milaan is mooier maar om de oude kunststeden langs de route: Bergamo met zijn Renaissanceschilders, Brescia met Sirmione aan het Gardameer, Verona, waar een schilder als Tintoretto werkte, Vicenza, het middeleeuwse Padua.

Dan, bij het begin van de lange dam met spoor- en autoweg die naar de eilandjesstad voert, kom je door Venezia-Mestre, de moderne en vervuil(en)de industriestad die het tegendeel is van wat oud-Venetië nog altijd te bieden heeft. Eigenlijk zou je onderweg bij elke grote stad even willen uitstappen, maar het besef dat je in La Venezia (waarnaar menige ijssalon vernoemd is) nog genoeg kerken en paleizen zult zien weerhoudtje.

Fascistisch station
De binnenkomst op station St. Lucia is meteen raak: aan het Canal Grande, naast een barokke kerk (Chiesa degli Scalzi) en de aanlegsteiger van de gondels. Het station is zeer fascistisch: het is gebouwd onder de Duce Mussolini in de monumentale, streng klassiek doorademde, stijl van zijn fascisme die ook het hoofdstation van Milaan kenmerkt.
Te voet gaan we over bruggen, langs smalle terrasjes en kaden, voorbij kerken en winkeltjes vol Venetiaans glaswerk en San Marcokerkjes in alle maten en prijzen naar de grote steiger waar de cruiseschepen voor de Adria en Griekenland aanmeren. In ons geval een Joegoslavische schuit die vast ligt aan de kade van het Canale della Giudecca tegenover het gelijknamige eilandje. Als we later wegvaren en na een aantal dagen terugkeren is er één punt waar onze ogen niet weten wat ze het eerst zouden willen zien: daar waar het Grote Kanaal uitmondt in het San Marcokanaal, ter hoogte van het eilandje San Giorgio Maggiore (St. Joris de Grote, of wellicht: het grote eiland St. Joris). Want daar is het uitzicht op de beide waarmerken van de stad het mooist: de basiliek van St. Marcus met het door duizend duiven bevolkte plein en pal ernaast het oude paleis van de stadstaatheersers, de gekozen Doge (afgeleid van ,,Dux", hertog, en hetzelfde als ,,Duce" en ,,Führer").

Zuchtbrug
Naast de schitterende campanile (klokketorcn) en de San Marco vol Byzantijnse bouwinvloeden en naast het Dogenpaleis voert een beruchte, ,Brug der zuchten" naar de ernaast liggende,,prigioni" (gevangenissen). Een gids van de stad, die ons vergezelt, vertelt vermakelijke en trieste details over dat eeuwenoude gebouw met zijn kasteelachtige uiteriijk. Maar je kon vroeger beter zetelen in het Palazzo Ducale dan aan de kant van deze brug van het geweeklaag.
Dit Dogenpaleis grenst aan het zogeheten Kleine San Marcoplein en wie de - tijdens ons bezoek in staat van restauratie verkerende - Marcuskerk beklimt krijgt een fraai uitzicht over de beide pleinen met de grote bogengalerijen, op de beide Moren die de uren hameren, op de vier oude Romeinse bronzen paarden uit de tijd van keizer Marcus Aurelius, die zó van de fagade dreigen te steigeren.

Bronzen paarden
Het zijn trouwens getrouwe kopieën; de echte staan in een museumpje in de kerk. De paarden kwamen van verre: Constantijn de Grote liet ze al uit Rome naar Byantium (zijn Constantinopel) halen, maar in later eeuwen zorgden Venetiaanse kruisvaarders annex veroveraars ervoor dat ze in de Marcuskerk belandden. Die kerk is een pronkjuweel, zij het ook een mengeling van stijlen en invloeden. Maar de oosterse Orthodoxie is duidelijk herkenbaar, ook in het schitterende mozaïekwerk, daar waar de westerse kerken vooral fresco's aan de wanden hebben. De San Marco, zich beroemend op echte overblijfselen van Marcus de Evangelist, toont ons ook het geblinddoekte jodendom en de heidense voorlopers van de Pax Augusta. En die elementen in de rooms-katholieke theologie zijn na vele eeuwen nog altijd niet verweerd, al heten de Joden niet meer in elke mis de Godsmoordenaars.

Ghetto en ambacht
Overigens komt ook de term,,ghetto" vooreen afgezonderde stadswijk waar bepaalde categorieën mensen wonen, uit Venetië vandaan. Daar had het niet direct betrekking op de Joden, maar het duidde op de wijk van de smeden en ijzergieters. In middeleeuwse steden trof men immers de beoefenaars van eenzelfde ambacht bij elkaar aan: de gilden hadden hun eigen buurten. Venetië is ook middeleeuws, maar de oorsprongen gaan terug naar het oude Romeinse Rijk. In dit gebied woonde de stam der Veneti en deze regio Venetia en Histria kreeg in de nadagen van dat rijk te maken met volksverhuizing en oprukkende Longobarden. Diverse groepen vluchtten telkens naar de eilandjes in de lagune en tegen 800 ontstond de stad Venetië op de Rivo Alto (Rialto, de hoge oevervan het Canal Grande), bevolkt door lieden uit Malamocco.

„Serenissima"
Later zou het San Marcoplein tien eeuwen lang het politieke, godsdienstige en sociale centrum van de zelfstandige republiek Venetië vormen.,,Serenissima" (hoogst harmonisch) heette de machtige stadstaat, waarvan de familie Partecipazio in de eerste eeuwen liefst zeven Dogen leverde. Het is een genot op eigen gelegenheid rond te dwalen op de binnenplaats van het Dogenpaleis en zich wat te verdiepen in de rijke historie van de Venetiaanse zeevaart en koophandel: ook hier lijkt het dat hoogmoed kwam voor de val. Die val zie je alom in het verval en slechte onderhoud van palazzi en kerken in Venetië, waar men een dialect spreekt dat meer op Spaans lijkt dan op het huidige Italiaans. Wie gelegenheid heeft om de stad te bezoeken mag een tochtje naar de eilanden niet nalaten. Vooral bij avondval is het te water erg leuk, met al die door,,straatlantaarns" verlichte waterwegen waartussendoor de kapitein van ons schuitje moeiteloos zijn weg vindt.

Kristal en kant
Murano is een verplicht nummer met zijn glasblazerijen en afschuwelijke kristallen lampekappen, glasserviezen e.d. Voor een forse prijs kunt u zich hier laten beetnemen. Op het visserseiland Burano is het nu een dorado voor dames die kantwerk begeren; de oude vrouwtjes maken het vlak bij de zeer scheef staande campanile. En het praktisch veriaten Torcello met de twee bekoorlijke oude kerken van St. maria en St. Fosca (de laatste in de vorm van een Grieks kruis) in de hier erg eenzame lagune heeft een afzonderlijke aantrekkingskracht.

Als we terugvaren in het donker passeren we andere veriaten eilandjes met spookachtige ruïnes van kerken en gebouwen en scheepjes die als schimmige ,, vliegende Hollanders" voortijlen naar Nergensland.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juli 1984

Terdege | 56 Pagina's

Water en toerisme omspoelen vervelen, maar indrukwekken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juli 1984

Terdege | 56 Pagina's