Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Niet starten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Niet starten

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

We spraken met ds. J. Mijnders, die sinds 1991 als emerituspredikant de gemeenten nog met lust mag dienen. Hij was predikant van de gemeenten Rijssen-Zuid, Ridderkerk en Veenendaal, van 1970 tot 1991.

Een predikant met een opmerkelijke levensloop, die gewaagt van de bemoeienissen des Heeren. Een oude broeder die mag spreken over 'het grootste wonder' in een mensenleven, Gods genade in Christus Jezus'.

Sterven

Jan Mijnders werd geboren op 11 juni 1921 te Dordrecht. Hij doorliep de mulo en werd aangenomen als leerling boekbinder in Dordrecht. In 1938 leerde hij Sjaan Kijkuit kennen met wie hij zich in 1940 verloofde. Hij leefde tot zijn 21e jaar naar het goeddunken van zijn hart, tegen beter weten in. Toen zijn vader aan tafel Psalm 91 las, schoot de Heere een pijl in zijn hart, waarop hij uitriep: 'O God, ik ben onbekeerd en sta buiten die schuilplaats, wat inhoudt: sterven!'

Dit bleef voor de omgeving niet verborgen. De eerste ontmoeting met zijn verloofde in die dagen staat nog als in zijn geheugen gegrift. 'Ik stelde haar voor de keus: of de weg van de zonde verlaten, of de verloving verbreken. Haar keus was een onvoorwaardelijke Ruths keuze, waarvan God alleen de eer'.

Mijnders werd vier maanden later in Duitsland te werk gesteld. De zondag daaraan voorafgaand, op 12 februari 1942, mocht hij, maar ook zijn verloofde onder een preek van ds. W.C. Lamain geloven dat hij weer zou terugkeren naar Nederland. Hij was bepaald bij de woorden uit Hebreeën 13:5b: 'Ik zal u niet begeven en Ik zal u niet verlaten.'

Bij het afscheid in de consistorie zei de dominee: 'De God, Die in Holland regeert, is ook in Duitsland.' Op 6 juni 1945 keerde Mijnders terug naar huis. Deze bijna twee en een halfjaar in Duitsland werd voor hem een tuchtschool, een oefenschool, maar ook een 'vruchtschool'. Ze trouwden een jaar later en gingen wonen in Den Haag, waar hij werk kreeg bij de staatsdrukkerij.

Dienen

Mijnders werd na enige tijd diaken. Ruim twee jaar later werd hij tot ouderling gekozen, maar hij voelde zich onbekwaam tot dit ambt. Toch mocht hij dit ambt door een onmogelijke weg aanvaarden, wat zijn vrouw tot haar verbazing in de kerk moest horen. Mijnders zelf moest die zondagmorgen bij de kinderen blijven. 'Toen is de Heere overgekomen met de woorden uit Psalm 27: 'Want mijn vader en mijn moeder hebben mij verlaten, maar de HEERE zal mij aannemen. Toen mijn vrouw na die dienst thuiskwam, had ik haar wat uit te leggen, maar mocht ik ook vertellen hoe goed de Heere was'.

Mijnders legde samen met zijn onvergetelijke ambtsbroeder ouderling Th.Verweij veel bezoeken af en mocht tevens een ambtelijke leerschool doorlopen.

De Heere nam de lust uit zijn dagelijkse werk weg. Mijnders trad in dienst bij een grafisch bedrijf in Utrecht. Korte tijd later werd hij in Utrecht tot ouderling gekozen.

Afgewezen zeker?

Op zekere keer reed hij met ds. C. Harinck mee, die van 1962 tot 1971 de gemeente van Utrecht diende. De broeders kwamen uit Dordrecht. Onderweg zette ds. Harinck de auto stil en vroeg hem onverwacht: 'Loop jij soms met een roeping voor het leraarsambt? '

Ds. A. F. Honkoop had aan ds. Harinck verteld dat zijn vader, ds. P. Honkoop, vast te geloven had gekregen dat Mijnders nog eens op de preekstoel zou komen. Mijnders moest bekennen dat hij daarmee liep te tobben, maar had dat nog tegen niemand willen zeggen.

In de nacht van Pasen 1965 kwam hij in grote zielennood, waarin de Heere overkwam met de verschijning na de opstanding aan Maria Magdalena, met de woorden uit Johannes 20:17: 'Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren tot Mijn Vader; maar ga heen tot Mijn broeders, en zeg hun: Ik vaar op tot Mijn Vader en uw Vader, en tot Mijn God en uw God.' Hij mocht daar als de grootste der zondaren in aanbidding aan Gods voeten neervallen en een levende Jezus ontvangen.

Ds. Harinck vroeg enkele dagen later of hij zin had mee te gaan naar de synodepreek van ds. A. Hofman. Deze nam als tekst: 'Niet door kracht, noch door geweld, maar door Mijn Geest zal het geschieden.' De Heere kwam terug op de woorden: 'Ga heen, zegt Mijn broeders...'

In een nacht van strijd bepaalde de Heere hem bij Genesis 45:28: 'En Israël zeide: Het is genoeg, mijn zoon Jozef leeft nog; ik zal gaan en hem zien, eer ik sterve.' Toen mocht Mijnders capituleren. Hij vroeg een attest en kreeg dat ook, maar werd vervolgens door het curatorium afgewezen. Bij thuiskomst zei zijn vrouw: 'Afgewezen zeker? Ja, de Heere kan geen mensen gebruiken die al dominee zijn voordat ze dominee zijn.' Na een veelbewogen jaar mocht hij opnieuw naar Rotterdam en werd hij aangenomen.

Niet starten

Mijnders volgde samen met L. Blok de lessen op de Theologische School. Eens moest hij voor docent Van Bochove een verhaal schrijven over Luther. Het was Bochove vooral om de Nederlandse taal te doen en Mijnders kreeg zijn verhaal terug met de opmerking: 'viel niet tegen'.

Na enkele jaren was de tijd aangebroken dat hij een proefpreek moest houden. Mijnders had gelegenheid gekregen om te spreken, maar het bleef langer dan een minuut stil. Hij wist geen woord uit te brengen. 'Dan duurt een minuut erg lang. Toen pas opende de Heere mijn mond'. Na de bespreking van de preek sprak ds. L. Rijksen: 'Ja Mijnders, het valt niet mee, hè, als de motor niet wil starten.'

Eerlijk

Aan de ene zijde was er een opzien en een onmogelijkheid, aan de andere kant tegelijk een uitzien en verlangen om de algenoegzaamheid van de Zaligmaker aan zondaren bekend te maken. Het was voor hem een wonder dat het hem vergund was een stichtelijk woord te gaan spreken.

Zijn eerste gemeente was Enkhuizen. Die bewuste zondag liet de Heere Zich niet onbetuigd en mocht Mijnders Zijn ondersteuning en hulp kennelijk ervaren. Hij moest natuurlijk op school verslag doen van die zondag. Hij wilde niet huichelen of vroom doen en dus zei hij: 'Dominee, ik zou jokken als ik zou zeggen dat het niet gegaan is.' Waarop ds. Rijksen antwoordde: 'Nu heb ik er eentje die tenminste eerlijk is.'

De Deur

Mijnders slaagde voor het laatste examen op de Theologische School en werd beroepbaar gesteld. Er was een opzien en ook een uitzien of de Heere Zelf de weg wilde wijzen. Op 12 juni 1970 viel de eerste beroepsbrief in de bus: uit Veenendaal. Meerdere gemeenten volgden. Mijnders zei tegen zijn vrouw: 'Als de Heere de weg niet in de dadelijkheid wijst naar een andere gemeente, dan gaan we naar Veenendaal'. Waarop zij antwoordde: 'Wat trekt je? ' Zijn antwoord was: 'De liefde'.

De gemeente van Rijssen werd echter op zijn hart gebonden, al wilde hij er niet naartoe. In de laatste nacht voor de beslissing belde Geertje Haasse 's morgens om half 5 met de vraag: 'Domi, hoe staat het met het beroep van Riessen? ' Mijnders antwoordde: 'Je hoort het wel' en legde de hoorn neer. Toen mocht hij zich overgeven om naar Rijssen te gaan.

Het classikaal examen vond plaats op 21 juli 1970. Mijnders' proefpreek ging over Johannes 10:9: 'Ik ben de Deur; indien iemand door Mij ingaat, die zal behouden worden; en hij zal ingaan en uitgaan, en weide vinden.' Hij werd op 26 augustus 1970 bevestigd door ds. K. de Gier.

De andere gemeenten

Na drie jaar kreeg hij een beroep van de gemeente Ridderkerk. Hij kon die gemeente niet kwijtraken, maar schreef toch een bedankbrief. Zijn zoon zou die brief de volgende morgen posten, maar de Heere maakte hem die nacht bekend dat Gods weg naar Ridderkerk leidde. Ds. Mijnders riep de kerkenraad bijeen en deelde mee dat hij naar Ridderkerk moest. Ouderling Koster zei in tranen: 'Dominee, hier staat de schuldige. Ik kon u altijd aan de Heere kwijt, en toen u het beroep van Ridderkerk kreeg, meende ik dat het wel zou meevallen. Ik dacht dat u wel zou bedanken en ben er niet mee op de knieën gegaan'.

Ds. Mijnders had een goede tijd gehad in Rijssen en voelde zich nauw aan de jeugd verbonden. Hij werd als het ware van de gemeente losgescheurd.

Na zes jaar ontving hij een beroep uit Veenendaal, wat hij mocht aanvaarden. Mevrouw W. Verweij-Van Zuilichem vertelde hem later dat zij, toen hij kandidaat was en het beroep uit Veenendaal ontving, mocht geloven dat hij naar Veenendaal zou komen. De Heere heeft het waargemaakt, al was het na Rijssen en na Ridderkerk. Op 1 juli 1991 kreeg hij eervol emeritaat.

Ontmoetingen

Onvergetelijk waren de gezelschappen met geoefend volk van God. Op de dag dat de 'oude Dika' in Rijssen honderd jaar werd, was haar woning vol gasten. Ze was bezig uit haar leven te vertellen, toen plotseling de burgemeester voor de deur stond. Ze zei: 'Geef de burgemeester een stoel en laat hem even wachten.' Het bezoek van de Koning der koningen ging bij haar voor.

Op de vraag wat de predikant aan jonge studenten en jonge predikanten wil meegeven, antwoordt ds. Mijnders: 'Ik ben oud, maar eigenlijk sta ik nog steeds aan het begin. De tijden zijn donker, maar de Heere zal met Zijn werk doorgaan. Daarom, jongens, op de knieën in jullie studeerkamer. Onderzoek en doorzoek het Woord, opdat je nieuwe en oude dingen mag voortbrengen. Dat er in de gemeenten toch een opwas in de genade zou mogen zijn, om de verdienste van Christus. Hij, Die geen zonde gekend heeft, is tot zonde gemaakt en heeft volkomen genoeg gedaan aan het recht Gods. Want de Heere maakt het waar: 'En zie. Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld.' Dan zal het grootste wonder zijn, als ik de goede strijd gestreden heb en mag ingaan om eeuwig de Koning groot te maken'.

Enkhuizen, K. Boeder
Rhenen, J. van Rijswijk


STUDENTEN SPREKEN EMERITI

De komende maanden gaan studenten van de Theologische School in gesprek met de emeritus predikanten van onze gemeenten.
Deze maand: ds. J. Mijnders

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 april 2009

De Saambinder | 16 Pagina's

Niet starten

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 april 2009

De Saambinder | 16 Pagina's