Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ONZE MAATSTAF bij het waarderen van 't verleden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ONZE MAATSTAF bij het waarderen van 't verleden

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

(slot)

Een tweede praktisch punt: Wanneer de bron U in de steek laat, trekt U dan zelf de lijnen door! Er leefde in de tijd van Frederik de Tweede, pas genoemd, in Duitsland menig zeer merkwaardig man. Zo leefd' er in het Rijnland, als een stille in den lande, maar met nauwelijks te schatten invloed, zelfs tot over Duitslands grenzen, een eenvoudig en bescheiden man, een kluizenaar welhaast. U raadt wellicht wie ik bedoel: Tersteegen, uit Mülheim aan de Ruhr. Een innig christen, die ontzaglijk velen geestelijk tot steun heeft mogen zijn. Tersteegen heeft, op aandrang van een vriend, zich ook eens over Frederik de Grote uitgesproken. Frederik de Grote, die als herder om zijn uiterlijk succes geprezen werd, die zich zo graag voor wijsgeer uitgaf, en die krampachtig heeft gepoogd ook letterkundig kunstenaar te zijn. Ter steegen wil erkennen dat er grote gaven in de man aanwezig waren, maar, zo vraagt hij zich af, wat heeft de koning met zijn gaven toch gedaan? Niet één ervan heeft hij in dienst van God gesteld! Zijn wijsbegeerte is iets vol van tegenstrijdigheden; zijn levenshouding is erbarmelijk. Dit oordeel van Tersteegen is zeer juist!

Maar mag men nu die twee gaan vergelijken, de zeer vereerde vorst en een der stillen in den lande? Ik geloof van wel. En dan kan naar mijn mening de conclusie helemaal niet moeilijk zijn, hoe vreemd die dan ook klinken moge: Tersteegen, de bescheidene, de in het handboek der geschiedenis haast nooit genoemde, Tersteegen was een groter man dan Frederik de Tweede, die toch zoveel bladzijden in het boek van de geschiedenis krijgt toegewezen en die men „de Grote" noemt. Tersteegen is een veel belangrijker figuur in de geschiedenis der mensheid dan die zogenaamde grote koning, wat ook de wereld er van zeggen moge. En dan weet ik wel dat Frederik de Grote in het handboek der geschiedenis ten allen tijde heel wat meer aan ruimte houden zal dan onze vriend Tersteegen krijgen zal, omdat een koning zoals deze in de grote uiterlijke feiten der historie groter aandeel heeft dan welke stille in den lande ook, maar dit moet ons toch niet het werkelijke grote in Tersteegen en het werkelijk nietgrote in de ander doen vergeten. Laat ik het heel eenvoudig zeggen: Wij maken de balans van beider leven op: Bij Frederik de Grote zeggen wij: mislukt; en bij Tersteegen zeggen wij, verwonderd: door Gods genade zeer geslaagd! Dat wat de wereld groot of klein noemt, mag het heel vaak niet in onze ogen zijn. Hier trekke men de lijnen door!

En dan, ten, derde, moet uzelf desnoods ook nieuwe lijnen durven trekken. Waarom ook niet? Wanneer U in het heden voor problemen of voor feiten wordt gesteld, dan oordeelt U toch ook? Waarom zou U dan in 't verleden niet hetzelfde doen? Omdat het U niet aangaat soms? Maar dan is ook het zich verdiepen in 't verleden waardeloos. En God zegt niettemin: Gedenkt! Geschiedenis, dat is

Gods werk, dat mag niet onverschillig laten wie zich christen noemt!

Dit is ons vierde punt: Wij moeten ons verdiepen in 't verleden om Gods werk te leren kennen. God zelf heeft ons dat opgelegd! En bovendien: Wij zijn God lof verschuldigd. Hoe zullen wij die lof Hem geven, als wij onze ogen sluiten voor hetgeen Hij deed en doet? Beloont historiestudie zich niet rijkelijk wanneer men daardoor tot verwondering om 's Heeren daden wordt gebracht?

Tenslotte is er nog een argument dat voor historiestudie pleit. Wij dienen onze plaatsen in te nemen in de tijd die God ons laat beleven. Daartoe is kennis van de noden van die eigen tijd vereist, van de problemen die de tijd ons stelt. Historiestudie kan ons mensenkennis geven, maar bovendien: wij komen uit 't verleden voort. De tijd die wij beleven, rust op het verleden, of U dat verleden dan dichtbij of over groter afstand nemen wilt. Wij moeten verder, maar de dingen waarmee wij nu worstelen, dat zijn problemen die uit het verleden zijn gegroeid. Tot goed begrip van onze tijd, om nu, in deze tijd, ter eer van God te kunnen leven is kennis van 't verleden, onder andere een eis. Maar dan een kennis die geleid wordt door die ene maatstaf: Gods geopenbaarde wil, te vinden in Zijn Woord, omdat alleen die maatstaf ons een juiste kijk op het verleden geven kan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 mei 1959

Daniel | 8 Pagina's

ONZE MAATSTAF bij het waarderen van 't verleden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 mei 1959

Daniel | 8 Pagina's