Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BIJBELSTUDIES

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BIJBELSTUDIES

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De brief aan Pergamus

Openb. 2:12-17

(4)

Een belofte voor overwinnaars

De brief van de verhoogde Christus aan Pergamus eindigt, zoals alle zeven brieven, met een bemoediging. "Die

overwint. De zal hem geven te eten van het manna, dat verborgen is" (vers 17). Een belofte dus voor overwinnaars. En overwinning veronderstelt strijd. Er moet gestreden worden tegen al die slapheid, die zich ook in Pergamus openbaarde, en die zover met de wereld meekan. Er moet gestreden worden tegen de zonde, die zich ook binnen de gemeente openbaart. Daar ligt een taak voor de ambtsdragers der gemeente. Maar daarnaast en vooral, Gods kinderen vinden die Nikolaieten en degenen, die de 'lering van Balaam houden' terug in hun eigen hart. Die vijanden leven van binnen. God wat en de wereld wat, het zit zo diep van binnen. In uw eigen hart komt u Balak tegen, die God wederstaat, en Bileam, die een gewillige slaaf is van satan, en de Nikolaïet, die het op een akkoordje wil gooien met de wereld. Hebt u ze nooit ontmoet in uw eigen hart? Wat hebben Gods kinderen te strijden tegen al die verraders van binnen. Probeer ze er niet in eigen kracht onder te brengen. Welzalig hij, die al zijn kracht en hulp alleen van U verwacht! Die kracht moet van boven komen. In eigen kracht kan ik tegen die vijanden niet op. Als dat beleefd wordt dan kom ik op de knieën terecht: Twist Gij met mijn twisters, Hemelheer! Gods kerk blijft hier een strijdende kerk. Maar de gemeente Gods bestaat wel uit wonderlijke strijders. Zij hebben geen kracht. Zij strijden als machteloze strijders met gevouwen handen. De duivel is zo bang voor gebogen knieën en gevouwen handen. Dan is immers in onze krachteloosheid plaats voor de kracht van boven.

Verborgen manna

Die overwinnaars, die strijden in de kracht van boven, ontvangen "het manna, dat verborgen is". Dat doet natuurlijk denken aan het manna in de woestijn. Het manna, dat tijdens de woestijnreis uit de hemel viel en Israël in leven hield, was een heenwijzing naar Christus, Die het levende Brood is. Dat uit de hemel is neergedaald. Eten van het het manna heeft hier dan ook de betekenis van gemeenschap met Christus, genieten van de weldaden, die Hij verwierf. Zijn vlees is immers waarlijk spijs en Zijn bloed waarlijk drank. Israël at het manna in de woestijn, zo is Gods kerk een woestijnvolk, een volk van vreemdelingen en doortrekkers, dat hier niet thuis is. Een volk, dat wel in de wereld is, maar niet van de wereld. Waarom zijn Gods kinderen zo weinig vreemdeling? Omdat zij zo ver bij de Koning vandaan leven! Om in de woestijn het manna te verkrijgen, moest men eerst bukken. Waar wordt de gemeenschap met Christus ervaren? Waar wij bukken voor God, waar wij in het stof van de verootmoediging komen en alle eigenwaarde kwijtraken. Daar krijgt Christus waarde! Van dit manna wordt gezegd, dat het 'verborgen' is. Dat doet ons denken aan de gouden kruik met manna, verborgen in de ark. Zo is het leven uit en met Christus een verborgen leven. Verborgen voor de wereld. Verborgen in de linnenkamer van het gebed. Gods verborgen omgang vinden zielen waar Zijn vrees in woont. Maar dat verborgen leven blijft niet verborgen, het komt wel openbaar Als iemand dicht bij de Heere leeft in het verborgene, dan zal dat in heel de levenswandel openbaar komen, te zien en te merken zijn. Verborgen manna. Een verborgen Christus. Al wordt Hij nog zo indringend gepredikt, hij blijft verborgen voor de ziel als de Heere Zelf geen licht geeft. Gods kerk ervaart, dat Christus een verborgen Persoon is en de weg der zaligheid een verborgen weg. De Heere moet er licht over laten vallen. Is in uw leven ooit Ucht gevallen op de Persoon van Christus? Dan is Hij op dat ogenblik niet meer verborgen. Dan valt het licht op Hem. Dan is alles aan Hem gans begeerlijk. Dan is Hij de Schoonste onder de mensenkinderen in Wiens lippen genade is uitgestort. Daar hebt u de diepste inhoud van die rijke belofte voor de overwinnaars, waarmee de brief aan Pergamus besluit.

Een zalige ruil

Er wordt door de verhoogde Christus nog iets aan toegevoegd: "En Ik zal hem geven een witte keursteen". Wat betekent dat? Wel, voor de rechtbank werd oudtijds uitspraak gedaan door middel van een witte en zwarte keursteen. Als de rechter de zwarte steen uit een vaas haalde, dan was de beklaagde veroordeeld. Haalde hij echter de witte steen uit de vaas, dan was de beklaagde vrijgesproken. Wij hebben hier dus een beeld van vrijspraak, u mag ook zeggen van de rechtvaardigmaking. Weet u wat nu het wonder is? Christus kreeg de zwarte steen en Zijn kinderen de witte. Hij veroordeeld en zij vrijgesproken. Hij hun zonde en zij Zijn gerechtigheid. Zalige ruil! Daar zien bekommerde harten naar uit. Hun schuld staat open. Zij vinden geen betaling. En waaraan is nu die levende.

die ware bekommering te kennen? In die bekommering kan de ziel geen rust vinden dan alleen in Christus. Eeuwig wonder als die witte steen aan de verloren en doemwaardige zondaar wordt uitgereikt! Weet u, wat daaraan voorafgaat? Dat ik die zwarte steen waardig geworden ben. Als de Heere mij dan die zwarte steen zou uitreiken, dan zou dat eeuwig recht zijn. Zulke zondaren leren vallen onder het heilig recht des Heeren, zij leren dat recht omhelzen. Zij kunnen niet anders meer verwachten dan de zwarte steen, dat wil zeggen de hel. Wie kan dan het wonder peilen als zo'n zondaar de witte steen van de vrijspraak ontvangt, omdat Jezus de zwarte steen gekregen heeft. Dan is die zondaar heilig en volmaakt in Gods ogen om Jezus' wil.

De nieuwe naam

Het wordt nog heerlijker, wanneer wij lezen dat Christus daarbij zegt: "En op de keursteen een nieuwe naam geschreven, welke niemand kent, dan die hem ontvangt". Wat is de betekenis van dit beeld? De overwinnaar bij de Olympische Spelen kreeg vaak de lauwerkrans, maar ook wel een steen met zijn eigen naam erop. Zo zal het die geestelijke overwinnaars vergaan aan het einde van de aardse loopbaan. Daar staat Christus gereed om die steen met die nieuwe naam uit te reiken. Wat is die nieuwe naam? Zij zullen de naam van Sions kind'ren dragen. Kinderen des tooms tot kinderen Gods aangenomen! Dan hebben wij eerst wel onze oude naam leren spellen, onze zondaarsnaam leren bewenen voor God. Maar dan die nieuwe naam te ontvangen, "die niemand kent dan die hem ontvangt". Niemand kent die naam, dan alleen de ontvanger van die naam. Die naam heeft iets eigens, iets persoonlijks. Het is en blijft een persoonlijke zaak! Maar wat zal dat zijn voor Gods kinderen als zij aan het einde van de baan, die steen met die nieuwe naam ontvangen. Dat zal de openbaring zijn der heerlijkheid der kinderen Gods. Dan zullen zij ten volle ervaren wat die nieuwe naam betekent: eeuwig kind en eeuwig erfgenaam. Het woestijnvolk komt zeker in Kanaan. Om Jezus' wil! Dan geen strijdende kerk meer, maar een triomferende kerk. Dan geen Balak meer en geen Bileam meer en geen Nikolaieten meer. Daar zal God zijn alles en in allen. Maar het blijft een persoonlijke zaak. U kunt het niet doen met een an- der. Er staat echter ook dat die steen gegeven wordt, het is gegeven goed, het is alleen genade. En daarom kan het voor de grootste zondaar. Laat het dan uw bede zijn: Geef dat ook mijn oog, dat goede aanschouw' Hetwelk Gij, uit onbezweken trouw. Uw uitverkorenen toe wilt voegen.

Zfiist,

ds. J.J. van Eckeveld.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 mei 1997

De Saambinder | 12 Pagina's

BIJBELSTUDIES

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 mei 1997

De Saambinder | 12 Pagina's