Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

IS DE COMMUNISTISCHE VLOEDGOLF TE KEREN?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

IS DE COMMUNISTISCHE VLOEDGOLF TE KEREN?

16 minuten leestijd Arcering uitzetten

door B. Belder

Om kennis van en inzicht in een onderwerp te verkrijgen dient men grondig te studeren. Zo ook met ons onderwerp. Waarbij wij ons direkt haasten om te bekennen dat onze kennis schromelijk tekort schiet. In dubbel opzicht. In kennis van Goddelijke Zaken en in kennis van menselijke, hier dan communistische zaken. Om maar direkt te formuleren: m\ men het communisme doorgronden, peilen, dan zal daar toch allereerst kennis aan Gods Woord dienen te zijn, opdat de ons omringende communistische geesten, maar bovenal toch ook onze eigen geest, van omhoog beproefd worden. Het grote gevaar, het grote probleem is dat al menselijke kennis vergarende over het communisme in het algemeen en de communistisch geregeerde landen in het bijzonder wij opgaan in wat voor ogen is. Dat wij de ongetwijfeld duivelse karaktertrekken van de communistische regimes blootleggen, aan de kaak stellen op een puur rationele wijze én toch vanuit Bijbels perspektief zo totaal in gebreke blijven. Deze onmisbare component vasthoudend, ontkomen wij er niet aan (en dat mag ook niet) ons bezig te houden met communistische regiems. Een nuttige zaak. Hoeveel mensen, levend in democratisch geregeerde landen, hebben immers niet in verleden en heden geloof gehecht aan en verzinsels verspreid over communistische regiems die , , het paradijs op aarde" bezig waren te verwezenlijken. Tegenover dit soort al dan niet bewust verblinden, hun geschrijf en hun gepraat is naast kennis van Goddelijke Zaken verstandelijke kennis omtrent het reilen en zeilen van de communistische wereld een nuttige zaak.

In zijn boek „Political Pilgrims. Travels of Western Intellectuals to the Soviet Union, China and Cuba 1928-1978" (in 1981 verschenen bij de Oxford University Press, 524 biz., JC 15) heeft de Amerikaanse hoogleraar Paul Hollander naieve, kritiekloze, adorerende benadering van Stalins Rusland, Mao's China, Castro's Cuba en Ho's Vietnam door Westerse intellectuelen beschreven door nauwgezet hun reisverslagen te bestuderen en te analyseren. Een leerzaam boek omdat het verschijnsel van de politieke pelgrimage mogelijk momenteel bij Westerse intellectuelen in mindere mate voorkomt maar toch nog altijd aanwezig is. Op dat laatste verschijnsel wees de politicoloog Ben de Jong (verbonden aan het Oost-Europainstituut van de Universiteit van Amsterdam) toen hij bij zijn positieve bespreking van Hollanders boek o.a. opmerkte: , , Men kan zich afvragen of het door Hollander beschreven verschijnsel aan actualiteit heeft ingeboet. De Amerikaanse evangelist Billy Graham heeft in mei 1982 tijdens een bezoek aan de USSR onder meer verklaard dat er in dat land „in ruime mate godsdienstvrijheid" bestaat en zich ook over andere punten positief uitgelaten. Ook is naar verluid de Nederlandse feministe Anja Meulenbelt na een recente reis naar China het „slachtoffer" geworden van de gastvrijheid van de Chinese autoriteiten". Ben de Jong doelt hiermede op het boek van Anja Meulenbelt, , Grote voeten, kleine voeten”.

Zelf hebben wij eens een aantal jaren geleden een korte (hopelijk niet zinloze) ontmoeting gehad met een „politieke pelgrim" naar Cuba. De jongeman in kwestie gaf tegenover Nederlandse middelbare scholieren zeer hoog op van de militaire dienstplicht op het Cuba van Castro! Je mocht daar rustig je meisje meenemen naar de kazerne bij de vervulling van de

wachtdienst. Wij hadden toen net het essay gelezen van Juan Goytisolo (nog steeds van harte aanbevolen!; gepubliceerd in The New York Review of Books, 22 maart 1979) getiteld: „20 Years of Castro's Revolution" waar wel een compleet ander beeld van Cuba naar voren kwam in vergelijking met dat van de jongeman. Onze tegenwerpingen haalden echter niets uit: het essay van Goytisolo kende hij niet, bovendien was hij zélf op Cuba geweest.

Politieke pelgrims

Terug naar het boek van Paul Hollander. Wij zullen een paar concrete voorbeelden geven uit de Westerse reisliteratuur opgetekend door „politieke pelgrims". In het begin van de jaren '30 ontstond op het Russische platteland een afschuwelijke hongersnood waardoor een massale sterfte onder de bevolking optrad. Die hongersnood en sterfte werden rechtstreeks veroorzaakt door Stalins gewelddadige politiek van gedwongen collectivisatie van de agrarische sector alsmede door meedogenloze graanvorderingen van de sovjetregering. Welnu, ten tijde van onzegbaar leed in de Sovjet-Unie onder de plattelandsbevolking bracht de bekende

Britse schrijver George Bernard Shaw een bezoek aan Stahns land. Op weg naar de Sovjetunie smeet Shaw vlak voor de Pools-Russische grens zijn meegebrachte proviand uit de trein: hij was er namelijk van overtuigd dat de berichten in de Westerse pers over ernstige voedseltekorten in de Sovjet-Unie onzin waren. Na zijn bezoek bleek hij niet van mening te zijn veranderd! Dezelfde reiziger d.w.z. „politieke pelgrim" verkondigde tevens de enormiteit dat het verblijf in de sovjetgevangenissen dermate plezierig zou zijn dat gevangenen er na het uitzitten van hun straftermijn slechts met de grootste moeite toe konden worden overgehaald om de gevangenis te verlaten. En om een andere „politieke pelgrim", Anna Louise Strong, te citeren over de „zegenrijke" uitwerkingen van de brute, beestachtig wrede repressiepolitiek van Stalin en de zijnen: , , The labour camps have won a high reputation throughout the Soviet Union as places where tens of thousands of men have been reclaimed. So well known and effective is the Soviet method of remaking human beings that criminals occasionally now apply to be readmitted". Loog Shaw er t.a.v. dit aspect voorts op los dat in zijn vaderland een menselijk wezen de gevangenis betrad om er als een crimineel uit te komen terwijl in de Sovjet-Unie zo'n mens de gevangenis betrad „as a criminal type and would come out an ordinary man but for the difficulty (zie hierboven! - B.) of inducing him to come out at all. As far as I could make out they stay as long as they liked". Tekende Paul Johnson in The Times Literary Supplement bij bovenstaande regels van Shaw aan: „A touch of cynicism in the last sentence? One is never sure with Shaw. He knew about the murders”.

Desalniettemin verkondigde Shaw over de geheime politieke politie in de Sovjet-Unie: „We kunnen ons geen gevoelens van morele superioriteit veroorloven wanneer onze meest ondernemende buurman (de USSR)... op humane en oordeelkundige wijze een handvol uitbuiters en speculanten liquideert om de wereld veilig te maken voor eerlijke mensen". Wat het ontstaan van die bolsjewistische geheime politieke politie betreft bevelen wij van harte de lectuur van George Leggett's boek „The Cheka-Lenin's PoUtical Police" aan. Trouwens in ons taalgebied zijn momenteel diverse werken en artikelen voor handen die de moordpraktijken van de geheime politieke politie in de Sovjet-Unie en haar satellietstaten in verleden en heden eerlijk verwoorden. Neem er notitie vanïLees bijvoorbeeld om maar een greep te doen uit de literatuur Aleksandr Solzjenitsyn, Andrei Amalrik, Anatoli Martsjenko, Varlam Sjalamov, Margarete Buber-Neuman, Tarasov-Radionov enz. De artikelen van H. Verhaal en M.C. Jansen, in de afgelopen jaren gepubliceerd in de Internationale Spectator, over de concentratiekampen en politieke processen in de Sovjet-Unie zijn eveneens zeer lezenswaardig en verhelderen de kijk op het communistisch systeem. In één adem wensen wij tenslotte de lezing aan te bevelen van het Ruslandbulletin waarin vaak artikelen en bronnen worden gepubliceerd over de dagelijkse gang van zaken in de Sovjet-Unie en de diverse satellietstaten in Oosteuropa die ons op een objectieve wijze van nuttige en bruikbare informatie voorzien.

Verheerlijking

Over de dwaze verheerUjking van massamoordenaar en dictator Mao Ze-dong (de nieuwe Chinese transcriptie voor Mao Tse-toeng) van de zijde van „politieke pelgrims" licht Hollan-

ders boek ons eveneens in. Hewlett Johnson die Stalin n.b. had durven omschrijven als „a man of kindly geniality" bewierookte Mao's gezicht omdat hij daarin herkende „an inexpressible look of kindness and sympathy". Mao bezat, aldus weer een andere „politieke pelgrim" (Han Suyin in dit geval), , , an ever-present concern for the practical application of democracy". Terecht heeft de al eerder genoemde Paul Johnson erop gewezen dat „in our time politics has increasingly become the pursuit of religion by other means. The key to the twentieth century not least to its horrors - is to study what happens in practice when the transformation takes place". Passen wij deze passage toe op de Chinese communistische situatie (overigens valt er veel voor te zeggen het communisme in het algemeen te karakteriseren zowel in zijn ideologische inhoud als praktische dagelijkse invulling als een duidelijke pseudo-religie). Zo schreef Orville Schell eens dat de Chinezen de gedachten van hun Voorzitter Mao dermate in zich hadden opgenomen waardoor „the word almost literally became flesh" en Mao „had almost become transubstantiated in his people". Inderdaad bij heel wat „politieke pelgrims" toen en nu door toedoen van het zo belangrijke propaganda-apparaat van de communistische regiems, wordt telkens de zo in en in valse hoop gewekt op wonderen van de kant van mensen In dit geval van de kant van communistische partijleiders. Hollander noemt dat de , , techniques of hospitality": de in veel gevallen succesvolle pogingen van de communistische autoriteiten om Westerse bezoekers het contact met de gewone bevolking en met de politieke werkelijkheid systematisch onmogelijk te maken. Erkende een Chinese reisgids in 1979 openhartig: „We wanted to deceive you. But you wanted to be deceived”.

Droevig conformistisch doet ook de verklaring aan van het hoofd van een delegatie Canadese Presbyterianen na een bezoek aan de Chinese VolksrepubUek: „. . . we purposely excluded contact with the Church . .. Positively we wanted to give full attention to understanding the China experiment as the Chinese themselves would present it. Negatively, we felt it. .. might be embarrassing to Chinese Christians trying to carry on church activities quietly". De leider van een delegatie van Quakers naar Hanoi legde een soortgelijke ergerlijke verklaring af: „lts members did not go on an inquisitorial mission to check on allegations of repression ... if the accusations of widespread repression were true, the reUgious leaders and others would have protested rather than waiting for outsiders to speak out". Oordeelt Paul Johnson over dergehjke christelijke standpunten: „A clergyman who is the guest of a militant atheist regime which he knows persecutes religion and who deliberately eschews the opportunity to give comfort to its victims is plainly a man of little faith”.

Een droevige en tot nadenken stemmende zaak is de positieve waardering geweest die jarenlang in het Westen geschonken werd aan de binnenlandse ontwikkeling in communistisch China onder de schijnbaar onfeilbare leiding van de Grote Roerganger en Voorzitter Mao Zedong. Een waardering die juist kwam uit de hoek van deskundigen, van sinologen dus! Ter verklaring: zelf hebben wij in het kader van onze doctoraalstudie geschiedenis enigszins moeten grasduinen in de recente literatuur over de Volksrepubliek.

Laten wij positief beginnen. Wie meer inzicht wenst te verkrijgen in de aard van het totaUtaire Maoïstische regiem kunnen wij beslist aanraden twee boeken te lezen uit de helaas momenteel stilstaande Chinese Bibliotheek van de Arbeiderspers en wel „Chinese schimmen" van Simon Leys (pseudoniem van een door de Nederlandse China-kenners E. Zürcher en D.W. Fokkema, zeer geprezen in Australië werkzame sinoloog) en de verhalenbundel van Tsjen Jo-sji „De executie van districtshoofd Yin". Moeilijker literatuur, maar ook zeer de moeite waard, achten wij de diverse artikelen van professor Zürcher in recente jaargangen van de Internationale Spectator en de boeken van Dr. Fokkema, waarvan zijn „Standplaats Peking" ons geboeid heeft. Kennis van het Maoïstische verleden (en heden? !) leert ons de problemen zien waarmede de huidige Chinese samenleving tobt. En om nog een literatuur-tip op te sommen voor een zo onontbeerlijke kijk van binnenuit op het dagelijkse leven in de Chinese Volksrepubliek zij vermeld het pas in de V.S. uitgebrachte , , Son of the Revolution" door Liang Heng en Judith Shapiro.

Kritiekloos

Dat mensen, die doorgingen voor China-deskundigen, zo kritiekloos en vergoelijkend hebben geschreven over het China van Mao heeft met name Simon Leys zeer gedaan. Op een bittere, overtuigende wijze heeft Leys zulke sinologen de oren gewassen in zijn essay , , AI1 change among the China-watchers". Met name Ross Terrill, vruchtbaar schrijver van heel wat succesvolle boeken over Mao's China, moet het bij Leys ontgelden. Om de gramschap van Leys duidelijk te maken en tevens de gevaren te illustreren van dergelijke hteratuur over een communistisch land als de Volksrepubliek willen wij Leys uitvoerig citeren. Schreef Leys: „Terrill made no secret of his admiration for the Maoist regime (, , we are not proponents, but

admirers of the Chinese revolution!") - this very regime which, as we now learn (Leys schreef zijn polemiek in maart 1981 B.) from the People's Daily and from Deng Xiaoping himself (and even, to some extent from Terrill's latest writings!) went off the track as early as 1957, and ended up in a decade of near civil war and of „feudal-fascist terror". Terrill visited China several times; his most extensive investigations, resulting in his influential ..800.000.000: The Real China", were conducted during the early 1970s - a time which was, by the reckoning of the Chinese themselves, one of the bleakest and darkest periods in their recent history. The country which had been bled white by the violence of the „Cultural Revolution" was frozen with fear, sunk into misery; it could hardly breathe under the cruel and cretinous tyranny of the Maoist Gang. Though it is only now that the Chinese press can describe in full and harrowing detail that sinister era, its horror was so pervasive that even foreigners, however insensitive and well insulated against the Chinese reahty, could not fail to perceive it (though it is true, sadly, that too few of them dared at the time to say so publicly). Yet, what did Terrill see? "The 1971 visit deepened my admiration for (Maoist) China". In that hour of ferocious oppression, suffering and despair, of humiliation and anguish, he enjoyed , , the peace of the brightly coloured hills and valleys of China, the excellence of Chinese cuisine .. .". Nu bakte Terrill getuige zijn uitspraken over Mao's China het wel erg bruin: „I happen too be moved by the social gains of the Chinese revolution. In a magnificent way, it has healed the sick, fed the hungry and given security to the ordinary man of China". En wat te denken over Mao's milde optreden tegen politieke opponenten in de partij, althans volgens Ross Terrill dan: „The lack of a single execution by the state of a top Communist leader is striking . . . even imprisonment of a purgee is rare . . . Far more common has been the milder fate of Liu Shaoqi and Deng Xiaoping in 1966 .. . They lived for many months in their own homes. No doubt they lounged in armchairs and read in the People's Daily the record of their misdeeds... Liu was sent to a village, his health declined and in 1973 he died of cancer..." Corrigeerde Simon Leys deze passage als volgt: „Actually, if one did not know of Terrill's essential decency, one might suspect him of making here a very sick joke indeed; Liu, who was very ill, was left by his tormentors lying in his own excrement, completely naked on the freezing cement floor of his jail, till he died ... As for Deng, though it is true that he was less roughly treated, he confessed in a recent interview that he spent all these years in constant fear of being assassinated". Leys achtte het terecht een verwerpelijke zaak dat schrijvers als Ross Terrill en anderen eerst hun oren volstopten met, , Maoist cotton-wool" alvorens zij de Volksrepubliek gingen „verkennen”.

Wat hier naar voren gebracht is over de Chinese Volksrepubliek geldt voor elk communistisch land: de leugen wordt naar binnen en naar buiten toe door de partijleiders gepresenteerd als de waarheid. Derhalve kunnen wij niet genoeg op ons hoede zijn voor informatie die ons uit communistische landen bereikt. Met name moeten wij óns ervoor hoeden het specifieke misleidende taalgebruik klakkeloos over te nemen. Al die marxistische of marxistisch aandoende termen verdienen welbewust tussen aanhalingstekens te worden geplaatst.

Op de middelbare scholen en universiteiten ligt hier een belangrijke en de waarheid dienende taak voor de docenten. Maar al te graag zien de communistische leiders en hun Westerse

meelopers hun ideeën, hun desinformatie kritiekloos in het nog vrije Westen aanvaard en overgenomen. Daarom is het zo noodzakelijk dat wij vanuit de Heilige Schrift, biddend om de verlichting van de Heilige Geest, tegenover het communistische systeem en tegenover de kritici van het Westen die daarom nogal eens erg veel krediet wensen te geven aan communistische regiems, een principieel en vastberaden „zo niet" laten horen, om dan van de mens vandaan naar de Drieënige God te wijzen, alwaar heil voor tijd en eeuwigheid alleen te bekomen is, alwaar uit waarlijk Souvereine Genade een mens, waar woonachtig dan ook, heilig geleid, leert vragen dat het hem/haar door God om God te doen moge zijn. Ondertussen moeten wij doen wat onze hand vindt om te doen en derhalve door studie onszelf en onze medemens op grond van de Heilige Schrift geestelijk wapenen tegen de diabolische geest van het communisme.

Kanttekeningen

Wij zijn ons er van bewust slechts hier en daar wat kanttekeningen geplaatst te hebben bij de confrontatie tussen de Westerse democratische wereld en de door communistische regiems beheerste landen. Betrouwbare informatie over de nood in deze communistische landen, met name de nood van vervolgde christenen, is uitermate belangrijk. Dit aspect geldt zeker ter ondersteuning van diverse reformatorische hulpacties, opgezet om geestelijke en materiële nood enigszins te lenigen in de landen achter het IJzeren-en Bamboe-gordijn. Daarom beklemtonen wij nogmaals het uitnemende nut van de studie der Heilige Schrift en de ons omringende werkelijkheid. Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog heeft het communistische systeem onheilspellend veld gewonnen overal ter wereld. Oost-Europa is binnen het machtsbereik van het sovjetimperium gekomen. Het reusachtig grote China is sinds 1949 op Taiwan na in verderfelijk communistisch vaarwater gekomen, zo ook het vroegere Indo-China, Cuba enz. Bovendien laat de huidige wereldpolitieke situatie zien hoe de Sovjet-Unie ongestraft en ongehinderd (op fel Afghaans verzet na) Afghanistan annexeert, het door de Sovjet-Unie gesteunde Vietnam buurland Cambodja manipuleert enz. Kortom de aanblik van deze wereld moet een ieder wel met vrees vervullen: het communistische systeem zet nog altijd zijn zegemars voort! Zeker, een opmars ten koste van veel bloed en tranen, dat tonen ons de onthutsende feiten wel van de praktijken van de communistische leiders waar dan ook ter wereld. Van nature welt dan de angstige vraag bij ons op: wat te doen om deze rode vloedgolf te keren? Dat er ten aanzien van deze nood ook in onze reformatorische kring (benevens door de verdrukten in de communistische staten) in waarheid gezongen mag worden de regels van Ps. 34, vers 3:

„Zij sloegen 't oog op God; Zij liepen als een stroom Hem aan; Hij liet hen nimmer schaamrood staan; En wendde straks hun lot.

Hij, die door smart op smart Gedrukt werd, zond tot God zijn beê; Terstond verdween 't ondraagbaar wee Uit zijn benepen hart”.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 juni 1983

Zicht | 52 Pagina's

IS DE COMMUNISTISCHE VLOEDGOLF TE KEREN?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 juni 1983

Zicht | 52 Pagina's