Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Karin Ooms: „Al ligt iemand onder water of onder de grond, onze reddingshonden ruiken hem"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Karin Ooms: „Al ligt iemand onder water of onder de grond, onze reddingshonden ruiken hem"

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Er wordt een kind vermist. De politie houdt rekening met een misdrijf. Een situatie waarin de reddingshonden van Hondenschool Aloysa in Klarenbeek goede diensten kunnen bewijzen. Zeer waarschijnlijk kunnen zij uitsluiten dat het slachtoffer in een bepaald gebied is. In een terrein waar het kind wèl is, zullen de honden het vrijwel zeker vinden. Karin Ooms, eigenaar van Aloysa: „Je staat er verbaasd van wat honden allemaal kunnen leren.

Als wij zeggen dat iemand met zn neus gekeken hebt, is het niet best. Voor de reddingshonden van Aloysa is dat juist een kunst, die ze uitstekend verstaan. Om de stelling te bewijzen dat de honden een slachtoffer negen van de tien keer vinden, verplaatsen we ons naar een bos in de buurt. Redelijk dicht en met veel dood hout op de grond. Als een van de medewerkers, voorzien van een deken, het bos in gaat, verdwijnt ze na een meter of honderd uit het zicht. Ze gaat nog dieper het bos in. Daar wikkelt ze zich in de deken en gaat ze onder een hoop takken liggen. Zij is vanmiddag het slachtoffer.
De Mechelse herders Agathon en Roswitha komen met hun begeleiders uit de bus. Ze voelen wat er verwacht wordt. Een kort bevel Zoek is genoeg. Roswitha neemt het bos linksom, terwijl Agathon de rechterkant neemt. Zou er een vermist mensenkind in het bos zijn?
Ze hebben de wind in de rug, en dat maakt het moeilijk. Ze zullen het slachtoffer waarschijnlijk eerst voorbijlopen. Het gaat bepaald niet snuffelend. Als een ree springen en hollen ze door het bos. Een en al lenigheid. Na een paar minuten kunnen we begeleiders en honden niet meer zien. Ze zijn opgenomen door het dichte bos. Maar nog een paar minuten later horen we beide honden uitbundig blaffen. Karin Ooms haalt opgelucht adem: „Ze hebben hun prooi te pakken. De proef is geslaagd.

Leren kokertje
„Zo hebben we indertijd ook het bos bij Doorn uitgekamd, een aantal dagen na de ME, herinnert Karin Ooms zich. „Er werd een meisje vermist en de politie vreesde dat ze in een bepaald bos achtergelaten zou zijn. De ME heeft die 10 hectare meter voor meter doorzocht en geen spoor gevonden. Ook de honden roken later niets. En ze zouden een mens geroken hebben, zelfs al was die een meter diep begraven. Later is het meisje inderdaad ergens anders gevonden.
De reddingshonden van Aloysa zijn geen speurhonden. Een speurhond volgt een spoor op basis van geurherkenning. Zelfs een getrainde speurhond van de politie houdt dat niet lang vol. Het vereist topconcentratie en met een goed uur is dat op. Bovendien verflauwt de reuk van de sporen binnen korte tijd. De speurhond is ideaal wanneer hij snel ingezet kan worden voor een korte actie. Bijvoorbeeld de achtervolging van een verdachte door akkers en bossen.
Wat is dan een reddingshond? Karin Ooms: „Een reddingshond is afgericht om vermiste mensen op te sporen. Dat doet de hond met zn neus en met niets anders. Met de neus ruikt de hond of er een mens in de buurt is. Al ligt die mens onder water of onder de grond. De hond ruikt het, vast en zeker. Hij ruikt het soms al op een afstand van 150 meter. Dichterbij komend, gaat hij het doel lokaliseren totdat hij het bereikt heeft. De hond kan zn vondst op twee manieren melden. Hij begint luid te blaffen, maar blijft wel bij het slachtoffer totdat er hulp gekomen is. De andere methode is een leren kokertje dat aan zn halsband zit. Hij neemt het kokertje in zn bek en komt ermee terug. Vervolgens leidt hij de hulpverleners naar de plaats waar het slachtoffer ligt. We noemen dat bringselen, maar dat kan niet altijd, want er zijn veel plaatsen waar we de hond geen halsband om willen doen. Veel te gevaarlijk, stel je voor dat hij ergens achter blijft haken.
Karin praat erover met groot enthousiasme: „Het is ook zulk mooi werk. Je staat er verbaasd van wat de honden allemaal kunnen leren. En wat een nut hebben ze hierdoor voor de samenleving. Maar ze moeten wel opgeleid en begeleid worden. Dat mogen wij doen met een team dat al even enthousiast en gemotiveerd is als de honden.

Eerste hond
Hoe komt iemand ertoe reddingshonden op te leiden? Karin was bezig met een opleiding voor computerprogrammeur. Echt een vak van deze tijd. Hoe ze ook haar best deed, ze kreeg het niet in de vingers en evenmin onder de knie. Ze werkte in die tijd op een kantoor en schafte op een kwade dag een verkeerde puppy aan. Toch wilde ze hem niet wegdoen en met veel geduld en vaste hand kreeg ze de puppy in het gareel. Vrienden vonden dat zo knap, dat ze haar adviseerden om er verder mee te gaan. Zo ontstond de hondenschool. En een gevolg daarvan was het ontstaan van de eigen opleiding voor reddingshonden. Die startte negen jaar geleden met als eerste hond Aloysa, die nog steeds trouw dienst doet. Samen met haar baas poseert ze graag even voor haar naambord.
Het is dus een hondenschool. Hoe ziet het lesprogramma eruit? Wat leren de honden op deze school? „Niets! Het heet wel hondenschool, maar het is een plek waar mensen leren om te gaan met hun hond. Zojuist belde er een mevrouw die even langs wilde komen met haar Golden Retriever van zeven maanden. Het beestje gaf problemen en of ik haar daarover wilde adviseren. Ik heb gezegd dat ik met jullie in gesprek was en er nu even niets aan kon doen. Later vandaag maar eens terugbellen. Zon probleem ontstaat ook niet opeens, het groeit en het kan de baas op een gegeven moment boven het hoofd groeien. En we helpen graag om de relatie weer te verbeteren of te herstellen.
We geven hier basiscursussen waarin de omgang met de hond centraal staat. Wat ik daarover geleerd heb uit de theorie en jarenlange praktijkervaring, probeer ik over te brengen op de cursisten.

Wereldverkenning
„Je kunt in de opvoeding van honden twee opvattingen herkennen. De eerste is dat je vooral lief moet doen, niet corrigeren, maar slecht gedrag negeren en goed gedrag vooral belonen. De tweede lijn volgt het gedrag van de honden in hun eigen groep. Die dwingen bepaald gedrag gewoon af onder elkaar. Onze school heeft als motto Duidelijk anders en dat betekent in het begin minder vrijheid en meer baasgericht. Eigenlijk zijn het net kinderen. Kinderen hebben in de opvoeding, zeker in de eerste jaren, duidelijkheid nodig en ze moeten zich aan hun moeder kunnen binden. Een hond kan best alleen zijn, maar het is en blijft een roedeldier, dus een gezelschapsdier. Wie alle dagen werkt moet zich ernstig afvragen, of je dan wel baas van een hond kunt zijn.
Honden worden ook gesocialiseerd. Niet dat ze in therapie moeten ofzo. Maar ze moeten uit hun beschermde wereldje komen. Mensen leren kennen, andere kamers verkennen in huis. Mee de tuin in. Wat later mee met een autoritje, naar het winkelcentrum en naar een mensenmassa. Het is een stukje wereldverkenning.
Karin ziet zich eerder slagen in een klas met honden dan in een klas met kinderen. Honden zijn volgens haar gemakkelijker: „Ze zijn recht door zee, een open boek. Je ziet wat je aan ze hebt. Ze maken altijd gebruik van de gelegenheid, bijvoorbeeld om weg te lopen of het poesje te plagen. Maar als je ze de gelegenheid niet geeft, gaat het echt niet verkeerd. Je moet een hond geen dingen vragen, maar met een zekere beslistheid moet je gebieden. Daar reageert hij goed op. En een hond leert snel. Drie keer corrigeren of drie keer belonen en het is meestal voor elkaar.

Onder het puin
Sinds kort loopt het team van de reddingshonden in Rode Kruis-kleding. In Nederland had de reddingshond geen status. In Frankrijk en België zijn zulke teams onderdeel van de brandweer. „In Duitsland horen ze bij het Rode Kruis en voor dat model hebben we in Nederland ook gekozen. Dat is ook wel logisch gezien de inzet bij reddingsoperaties. Het is wel vrijwilligerswerk, maar bepaald geen hobby of amateurswerk. Onze medewerkers volgen Rode Kruis-cursussen, cursussen met hartapparatuur, communicatie, kaart- en kompaslezen, klimmen en afdalen en noem het allemaal maar op. We zijn vrijwillige reddingswerkers en ons sterkste wapen is de inzet van onze geweldige reddingshonden.
Om die woorden te onderstrepen, krijgen we nog een staaltje te zien. In de puinhopen van een gesloopt flatgebouw (het had ook een aardbeving, bombardement of vuurwerkramp kunnen zijn) verstoppen we een mens. Onzichtbaar. Roswitha krijgt de opdracht. Het duurt een poosje, maar na een aantal omtrekkende bewegingen klimt de hond de puinhoop op en begint te blaffen. Dat is toch wel heel sterk. Dat maakt indruk. We willen het nog een keer zien, met het slachtoffer hoog boven op het puin. De fotograaf stelt zich verdekt op in een sloophuis, van waaruit hij van de eerste verdieping een mooie overzichtsplaat kan maken. Nu mislukt de reddingsoperatie bijna, want de hond ruikt de fotograaf eerder dan het echte slachtoffer. Er is slechts een kort bevel van Karin nodig om de hond te corrigeren. En opnieuw vindt de hond het slachtoffer en bewaakt ze het blaffend met haar eigen lichaam. Ze blijft blaffen tot de hulpverleners ter plaatse zijn. Het bewijs voor de woorden van Karin Ooms is overtuigend geleverd. Eerlijk is eerlijk. En wat mooi, dat honden zulke vermogens hebben. Daar word je toch weer even stil van.
„Het is te hopen dat er in Nederland meer belangstelling en waardering komt voor de reddingshonden en dat we via de band met het Rode Kruis serieus genomen worden en ook vaker ingezet zullen worden bij zoekacties. Het is de moeite meer dan waard! Met die woorden neemt Karin Ooms afscheid. Nooit tevoren heb ik zulke gehoorzame honden gezien. Aangenaam kennis te maken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 april 2003

Terdege | 92 Pagina's

Karin Ooms: „Al ligt iemand onder water of onder de grond, onze reddingshonden ruiken hem

Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 april 2003

Terdege | 92 Pagina's