Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Grepen uit de Letterkunde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Grepen uit de Letterkunde

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

(33.)

Jadob Cats. I.

Het is zo'n groot verschil wat we onder gedichten verstaan; ook is een voorname factor, die meespreekt, over welke onderwerpen het gaat; daar komt nog bij, de tijd waarin werd geschreven. Dit alles moeten we goed voor ogen houden om zo neutraal mogelijk een figuur als Jacob Cats te belichten. Zö populair is Cats geworden, dat de veelzeggende naam „vader" er bij is gekomen, zodat we nu nog kunnen horen: „Vader Cats zou zeggen "

Waar dankt Jacob Cats die populariteit toch aan? Wel, in zijn schrijven was hij zeer begrijpelijk, laag-bijde-grond; zijn verzen werden gegoten in een gemakkelijke vorm; er zit steeds dezelfde eentonige maat in, die 'voortdreunt als de stappen van een sleperspaard, en dan... de rijm!

Het werk van Cats heeft hoegenaamd geen literaire waarde. Cats heeft tienduizenden rijmende regels geschreven en we kunnen er van zeggen, dat alles knap bjj elkaar is geflanst, maar dat het met kunst niets heeft uit te staan.

Cats is als een kip, die öp wil vliegen, maar het niet verder brengt dan enige meters. We vinden nergens het schallende lied van de leeuwerik, die

„Vleuglings vindt de gouden wegen Waar zijn aadmen juichen wordt, Tot zijn zang in vuren regen Naar de koele vore stort."

Hoor slechts, wat hij van zichzelf rijmende vertelt:

„Ik was het vierde kind, dat God mijn vader, gaf, Maar die ons had gebaard, die leide 't loven af. Mijn ouders roemden nooit van edel bloed te wezen, Ook was mijn ijdel hart zo hoge nooit gerezen. Mijn vader zat gestaag daar midden in de Raad, Hij zocht geen groot beslag en ook geen hoger Staat."

En zo zijn we ongemerkt gekomen bij de levensgeschiedenis van Cats. Hij werd te Brouwershaven geboren op de 10de November 1577, uit het huwelijk van Adriaan Cornelisz. Cats en Leenken, dochter van Jan Jacob Kreyders. Anderhalf jaar na Jacobs geboorte overleed de moeder en > vader Adriaan „nog gezond en van bekwame jaren, bevond zich wederom genegen om te paren."

De tweede vrouw van Adriaan was een Waalse. Waarschijnlijk was de stiefmoeder niet zo hartelijk voor de vier kinderen uit het eerste huwelijk, althans een oom van Jacob neemt al de kinderen bij hem in. Nu woont de jeugdige Cats in Zierikzee. Op zijn elfde jaar moet hij naar de Latijnse school en wordt dan inwonend leerling in huis van Dirk Kemp, rector van de school. Een jaar of vier later wordt hij student aan de Leidse hogeschool.

Van zijn jeugdjaren zegt Cats.

„Ik was nooit graag om op het ijs te glijden, Of met een narrenslee de straten om te rijden. Een boek, een lustig vuur, een praatje bij de haard, Dat acht ik heden nut en grote schatten waard."

Na zijn Leidse tijd gaat hij naar Leuven om te promoveren in de rechten; hij bezoekt Orleans en Parijs, keert dan naar zijn vaderland terug en vestigt zich als advocaat in Den Haag. In zijn practijk heeft hij succes: hij pleit voor een rvrouw, die van tovenarij was beschuldigd, met het gevolg, dat de vrouw wordt vrijgesproken. Verder verdedigt hij als advocaat een jonge man, die een ander had gedood bij de verdediging van zijn vader. De jonge man wordt ook op svrije voeten gesteld.

Met Cats' gezondheid ging het niet zo best. Hij kreeg de derdedaagse koorts in hevige mate; er scheen geen kruiden tegen gewassen. De doctoren raadden hem aan van lucht te veranderen, en zo volgde een reis naar Engeland. Londen werd bezocht en de twee beroemde academies te Oxford en te Cambridge werden niet vergeten. Genezing bleef echter uit. Geneesheer Butler wist geen betere raad te geven, dan naar Holland terug te gaan, met deze woorden:

„Een pleister van geduld, die zal u best genezen." Cats komt dan weer in Holland terug en daar heeft hij het geluk, dat een „Alchymist" hem door middel van één poeder, in Rijnse wijn gemengd, geneest.

Nu wordt hij stadsadvocaat in Middelburg en kwam te wonen in het huis van zijn vriend de Moucheron, die met de noorderzon was vertrokken. Hier leert hij zijn vrouw kennen. Hij zegt er van:

„Een vrouw van sneeg vernuft en geestig in [manieren; Zij kon haar huisgezin naar rechten eis bestieren. Inpiaatse dat de jeugd romanse grillen leest, Zo is Plutarchus zelf haar tijdverdrijf geweest."

De 26ste April 1605 werd het huwelijk te Amsterdam (zij was een Amsterdamse) voltrokken. In de authentieke registers staat:

„Jacob Cats van Brouwershaven, oud 27 jaren, wonende tot Middelburg, geadsisteerd met Cornelis Cats, zijn broeder, ter eenre — en Elizabeth van Valkenburg, oud 26 jaren, wonende in de Warmoesstraat, geadsisteerd met Elizabeth Michiels, hare moeder en Margriet de Vogelaer, hare zuster, ter andere zijde."

Dr Helmichius bevestigde ruim een maand later het huwelijk in de Nieuwe Kerk te Amsterdam.

INDEX.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1951

Daniel | 12 Pagina's

Grepen uit de Letterkunde

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1951

Daniel | 12 Pagina's