Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De dood van Vader Schwartz

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De dood van Vader Schwartz

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Eerste Kerstdag 1797. De kerk in Tanjour is overvol. De dienst is nog niet begonnen. Stil wachten de mensen tot broeder Gericke zal binnenkomen om het Kerstevangelie te verkondigen.

Ineens.... gefluister in de kerk. Al cle kerkgangers rekken de halzen en kijken naar de deur. Velen gaan staan om goed te kunnen zien. Is het werkelijk waar? Bedriegen hun ogen niet? Ja, dat moet Schwartz wel zijn! Kijk, hij wordt ondersteund door twee vrienden. Die vrienden brengen de ' O zendeling naar een gemakkelijke stoel, die gereed is gezet.

Het is Schwartz!

Maar, dat is toch onmogelijk! Hij lag toch op sterven! Ja, de zendeling was er heel erg aan toe geweest. Dagen had hij bewusteloos gelegen en toen de dokter hem op een keer wakker maakte, zei de zwakke man alleen: „Mijn enige overdenking is de dood des Heeren. Dat ik Hem maar

gelijk moge worden!" Vurige gebeden waren opgestegen naar de hemel voor het behoud van Schwartz. En clie gebeden had de Heere tijdelijk willen verhoren. In het zwakke lichaam waren nieuwe krachten gekomen. De zendeling kon het bed verlaten en zelfs in de tuin gaan wandelen. En nu, nu zit hij zowaar in de kerk en luistert hij naar de preek. Voor de toehoorders is het alsof de geliefde man uit de doden is opgestaan. Wat

een blijdschap! Het jaar spoedde ten einde en het jaar 1798 had zijn intrede gedaan. Zendeling Kammerer had zich gehaast om Schwartz nog in leven te mogen zien. Hoe stond deze man te kijken, toen hij de afgeleefde broeder in cle tuin vond! Schwartz zat in een leuningstoel en was bezig de kinderen te onderwijzen.

Zou hij nog in staat zijn....? Men durfde het haast niet denken, dat Schwartz zijn zendingswerk nog zou mogen verrichten.

De hele januarimaand ging het best en iedereen dacht, dat de zware ziekte toch maar van voorbijgaande aard was geweest.

De tweede februari bezocht zijn liefste vriend Gericke hem. Er was juist een broeder aangekomen en samen gingen ze Schwartz bezoeken. Wat was cle zendeling blij! Was hij misschien té verheugd?

Die avond tenminste begonnen ineens zijn voeten dik te worden. De dokter werd geroepen, want je kon toch nooit weten. Necrose, dacht hij. Dat is het afsterven van weefsel, meestal door het ophouden van bloedtoevoer. Vroeger sprak men wel van koud vuur. Direkt werden zware medicijnen toegediend.

Het mocht evenwel niet baten. De zieke werd bij het uur zwakker. Als een kind moest hij opgelicht en gedragen worden.

Nu werd het ergste gevreesd. Gericke zou de twaalfde vertrekken, maar hij stelde zijn reis uit. Hij had een voorgevoel dat hij zijn vriend niet meer levend zou weerzien.

Het einde kwam nu heel spoedig. De stervende was in een diepe slaap gevallen. De omstanders vreesden, dat het de doodslaap zou zijn en dat Schwartz niet meer bij kennis zou komen.

Boven verwachting opende hij echter cle ogen. Een ogenblik kwam hij weer bij kennis. De omstanders waren benieuwd of hij nog iets zou zeggen. Er werd een gebed gedaan en toen clat was uitgesproken, klonk het van cle droge lippen: „Amen."

Maar er kwam nog meer. Al klonken de woorden zacht, toch konden de vrienden goed verstaan wat Schwartz zei: „Ik heb begeerte om ontbonden te worden en bij Christus te zijn. Had de Heere mij langer willen sparen, het zou mij goed zijn geweest. Dan had ik nog veel kunnen doen tot cle

eer van Zijn Naam. Nu is Zijn weg anders. Zijn wil geschiede. Dat Hij mij in genade moge aannemen. Gij hebt mij verlost, Heere, Gij getrouwe God. In Uw handen beveel ik mijn geest."

Toen viel hij weer in slaap, waaruit hij niet meer wakker werd.

Door het hele land werd het bericht over de dood van Schwartz als een smartkreet vernomen. Men wou het niet geloven, dat de zendeling voorgoed uit het midden weg was.

Prins Serfogi knielde aan de baar en was niet te troosten. Gericke, die de rouwdienst moest leiden, was zó bewogen, dat hij geen woord kon uitbrengen. Hij las een gebed uit het kerkboek. Daarna riep hij uit, terwijl hij in snikken uitbarstte: „Nu is onze vader heengegaan!"

De mensen, die met Schwartz op de een of andere manier in aanraking waren gekomen, spraken het Gericke na: „Onze vader is heengegaan!"

Nu konden zij zijn vriendelijk aangezich niet meer zien, maar zijn gedachtenis zou blijven voortleven.

Toen prins Serfogi koning was geworden, het hij een prachtig gedenkteken voor Schwartz maken. Het was uit wit marmer gebeiteld. Hij wilde dat het nageslacht de zendeling niet meer zou vergeten.

Dat marmeren gedenkteken was niet nodig, want Schwartz leefde toch wel in de harten van het volk voort.

Hij zal bekend blijven als de apostel van India.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 januari 1964

Daniel | 8 Pagina's

De dood van Vader Schwartz

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 januari 1964

Daniel | 8 Pagina's