Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het wonder van de vijfde scheppingsdag: de vogel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het wonder van de vijfde scheppingsdag: de vogel

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„En God zeide: Dat de wateren overvloediglijk voortbrengen een gewemel van levende zielen; en het gevogelte vliege boven de aarde, in het uitspansel des hemels. Op de vijfde dag schiep God alle gevleugeld gevogelte naar zijn aard. Ruim 9000 soorten, die stuk voor stuk bewondering afdwingen voor hun Schepper. Een vogelveer is al een wonder op zich!

Vogels zijn bijzondere dieren, ze hebben nagenoeg geen kale delen op hun lijf en ze hebben veren in plaats van haren. De meeste vogels kunnen vliegen. Er zijn vogels die op één plek blijven, terwijl andere soorten de halve wereld over trekken. De een heeft een lange snavel, de ander een korte. Er zijn vogels met heel felle kleuren en vogels met eenvoudige gedekte tinten. Vogels kun je overal tegenkomen, in de meest droge woestijn, midden op de oceaan, in dichte bossen, in de stad of in een cultuurlandschap. Op aarde leven ruim 9000 soorten vogels. De een zingt of roept, de ander is zwijgzaam. Zoals alles in het leven heeft dit allemaal een doel bij dit wonder van de vijfde scheppingsdag.

Verenkleed
Een vogel is een gewerveld dier en heeft botten die met gewrichten zijn verbonden. Botten zijn zwaar en om te vliegen kun je dat gewicht niet gebruiken. Bij de vogel zijn de botten dan ook hol en inwendig verbonden met een prachtig systeem van versterkingsschotjes. Daardoor zijn vogelbotten licht van gewicht en dat komt goed van pas bij het vliegen. Het stevige borstbeen is de aanhechtingsplaats voor de sterke borstspieren. Deze sterke spieren heeft een vogel nodig om met zijn vleugels te kunnen slaan. Bij de meeste vogels is het reukzintuig slecht ontwikkeld, des te beter is het echter gesteld met het gehoor en het zicht. De ogen zitten niet bij alle vogels op dezelfde plaats. Sommige soorten hebben de ogen aan de zijkant van de kop, andere hebben de ogen naar voren gericht (uilen). Alles is aangepast op jachttechnieken of om een goed zicht naar voren en naar achteren te hebben. Een vogellichaam is verder perfect aangepast op de inspanningen van het vliegen. Door de relatief kleine longen stroomt continu lucht en wordt er niet, zoals bij mensen en zoogdieren, lucht in- en uitgepompt. Een optimale zuurstofafgifte aan het bloed is het gevolg.
De huid van de vogel is bedekt met veren, variërend van isolerend dons tot krachtige slagpennen om goed te kunnen vliegen. Maar soms dienen veren zelfs voor de sier, zoals bij reigers en lepelaars. Bekijk een vogelveer eens goed en je ziet een wonder. Een veer is opgebouwd uit hetzelfde materiaal als nagels en haren. Aan weerszijden van de schacht zitten zijtakken die bijeengehouden worden door microscopisch kleine haakjes. Om dit verenkleed in goede staat te houden besteedt een vogel veel tijd aan het onderhoud ervan. Vogels nemen een waterbad, een zandbad en poetsen hun verenkleed om alles weer op een goede manier te rangschikken. De veren die het vogellichaam bedekken zijn soepel en de veren die dienen om te vliegen (slag- en staartpennen) zijn lang, stug en stevig. Minimaal één maal per jaar wordt het gehele verenkleed vervangen, want veren slijten. Deze rui-periode kost een vogel veel energie en er zijn soorten, vooral eenden, die tijdens de rui niet kunnen vliegen. Een jonge vogel verandert zijn verenkleed met het volwassen worden en volwassen vogels kennen een zomer- en een winterkleed. Er zijn vogels die er jaren over doen om volwassen te worden en dat is aan het verenkleed te zien. Er wordt dan ook gesproken over een eerste, tweede en zelfs een derde zomer- of winterkleed. In de overgangsperiode van het ene naar het andere verenkleed spreken we van het eclipskleed. De kleur van de vogel wordt eveneens bepaald door het verenkleed. De meeste vogels zijn door de kleur en de tekening in het verenkleed herkenbaar, maar er zijn ook vogelsoorten die binnen een familie sterk in kleur kunnen variëren. Een bekend voorbeeld hiervan is de buizerd. Er zijn witte buizerds, maar ook zwarte en alle variaties in licht en donkerbruin er tussen in.
Om te imponeren hebben sommige vogels zeer uitbundige kleuren. Meestal heeft het mannetje de mooiste kleuren. Tussen mannetje en vrouwtje zijn er soms zeer grote verschillen. Als een vrouwtje de eieren uitbroedt, moet ze niet opvallen. Het vrouwtje van een wilde eend is heel goed gecamoufleerd. Vogels die in holen of boomholtes broeden hebben deze camouflage niet nodig. Bij de koolmees of de pimpelmees kunnen we weliswaar verschil zien tussen mannetje en vrouwtje, maar beide zijn ze fraai gekleurd.

Snavel
Vogels gebruiken hun snavel niet uitsluitend om te eten. De snavel is tevens een stuk gereedschap en wordt gebruikt bij het bouwen van het nest, het keren van de eieren, het voeren van de jongen, het onderhoud van het verenkleed en bij het zoeken naar voedsel. De snavel is aangepast op de soorten voedsel die de vogel nodig heeft. Zaad- of notenetende soorten hebben een stevige kegelvormige snavel, geschikt om de harde schaal te kraken om de vrucht te bereiken. Insecteneters hebben een lange of korte dunne snavel. Hiermee kunnen ze larven en insecten bereiken in boomschors, in de grond of tussen het gras. Er zijn ook insectenetende vogels die in de vlucht hun prooi verschalken. Roofvogels hebben een haaksnavel om prooi of aas in stukken te kunnen scheuren. Bij watervogels vinden we zeer veel snavelvormen: krom, recht, lang, kort, stomp of scherp. Alles is aangepast op de manier van voedsel zoeken in modder, diep water, ondiep water, enz. Een steltloper als de grutto heeft een lange snavel die hij in de grond kan steken. Voor in de snavel zitten gevoelige zintuigen waarmee de grutto wormen, larven of insecten in de grond kan voelen. De voorkant van de snavel heeft aparte gewrichtjes en vormt een pincet, waarmee de grutto de prooi uit de grond kan trekken. De lepelaar beweegt zijn grote lepelvormige snavel heen en weer door het water en zeeft op die manier visjes en ander voedsel uit het water. Als volleerde timmerlieden gebruiken spechten hun snavel zelfs om in een boomstam een nestholte uit te hakken.

Geluid
Bijna alle vogels brengen op een of andere manier geluid voort. Aan de zang of de roep zijn vogels te herkennen. Vogels hebben geen stembanden, maar een orgaan in de luchtpijp waarmee ze zeer uiteenlopende geluiden kunnen produceren. Meestal zingen de mannetjes om zo hun territorium af te bakenen en om een vrouwtje aan te lokken. De zang heeft duidelijk een ander doel dan de roep. Jonge vogels kunnen hun ouders attent maken op hun aanwezigheid met een bedelroep of een contactroep. Weer een andere uiting is de alarmroep. Iedereen heeft wel eens een merel alarm horen slaan als er een kat in de buurt komt. De grote bonte specht maakt naast de roep ook geluid door met zijn snavel op allerlei objecten te trommelen. Meestal op hout, maar de klank van zijn roffel op een metalen mast (bijvoorbeeld een antenne) bevalt hem ook wel. Ooievaars klepperen met hun snavel als ze elkaar begroeten. Er zijn vogelsoorten die meer dan 50 geluidsvariaties kunnen produceren en er zijn er ook (bijvoorbeeld de spreeuw) die nauwkeurig andere vogels of zelfs omgevingsgeluid kunnen imiteren.

Stand- en trekvogels
Niet iedere vogel trekt weg uit het broedgebied. Er zijn soorten die het gehele jaar op dezelfde plek blijven. Deze vogels noemen we standvogels. Koolmees en huismus trekken niet weg naar warmere streken, maar zijn heel goed in staat om te overwinteren. Door een verandering in hun spijsvertering kunnen o.a. mezensoorten eenvoudig overschakelen op een ander soort voedsel. Dit geldt niet voor alle vogels. Zo zijn zwaluwen afhankelijk van insecten en die zijn er in de winter te weinig. Daarom vertrekken ze naar warme streken in Afrika of Zuid-Europa, waar voldoende insecten aanwezig zijn. In het voorjaar keren ze terug. Deze vogels noemen we trekvogels. Er zijn ook soorten, zoals de roodborst, die wij het gehele jaar zien. Dit is echter niet hetzelfde vogeltje. De roodborsten die in de zomer in onze streken broeden vertrekken in september-oktober naar het warmere Zuid-Europa. De roodborsten die in de winter onze tuinen bezoeken zijn exemplaren die uit Scandinavië afkomstig zijn en het bij ons in de winter mild genoeg vinden. Veel steltlopers leggen enorme afstanden af. De rosse grutto broedt op de arctische toendra in Noord-Europa en brengt de winter door in West-Afrika. De Nederlandse Waddenzee is als tussenstop en tankstation voor deze vogels van groot belang. Kampioen trekvogel is de noordse stern, hij overwintert op Antarctica en broedt in het Noord-Atlantische gebied. De noordse stern vliegt zon 70.000 km per jaar

Leeftijd
Het is niet eenvoudig om nauwkeurig de leeftijdsverwachting van vogels in te schatten. Bij soorten die regelmatig geringd worden is hierover meer bekend dan bij soorten die zelden geringd worden. Ringonderzoek heeft uitgewezen dat vogels, zoals vinken, sijzen, huismussen, spechten en mezen vijf tot tien jaar oud kunnen worden, lijsterachtigen en de meeste roofvogels worden wat ouder. Er is ooit een merel van zestien jaar en een koperwiek van negentien jaar oud gevonden. Het oudst worden sommige zeevogels, een noordse stormvogel van veertig jaar is geen uitzondering en de recordhouder van de vogeltrek, de noordse stern kan gemakkelijk een jaar of 35 worden.

Het vogelleven op aarde maakt deel uit van die geweldige Schepping. Veel vragen over vogels zijn door onderzoekers beantwoord, maar gelukkig weten we niet alles. Vogels: ze dwingen respect en verwondering af.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 juli 1999

Terdege | 84 Pagina's

Het wonder van de vijfde scheppingsdag: de vogel

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 juli 1999

Terdege | 84 Pagina's