Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wij lazen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wij lazen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

BOEKBESPREKINGEN EN - AANKONDIGINGEN

VERSLAG van de conferentie 'SCHOOL EN OUDERS', gehouden op 4 en 5 november 1977. Uitgave van de Commissie Oiristelijk Onderwijs CVHO-CHR. MAVO.

Het hoofdthema op die conferentie viras enig inzicht te geven in de relatie 'School-Ouders'. Prof. dr. G. van Leeuwen heeft gesproken over 'De geestelijke ontwikkelingen van 12-18 jarigen'; ir. J.M. Ossewaarde over 'Betekenis van ouders voor de school, bezien vanuit de ouders' en J.W. Jansen over 'Betekenis van ouders voor de school, bezien vanuit de school'. Naast de lezingen zijn er besprekingen geweest en is er een rollenspel opgevoerd.

Alles is uitgewerkt in deze brochure. Het is goed om bij de bezinning op vragen rond de verhouding school - ouders en omgekeerd ook van de inbreng van die kant rekening te houden. Een aantal analyses spreken erg aan, bij de therapie zou je wat duidelijker Bijbelse noties en benaderingen willen zien. Dat laatste betreft ook de dagsluiting en - opening! Het is mj. hard nodig dat we ook in eigen kring aandacht geven aan het genoemde thema. De Reformatorische School heeft er enkele jaren geleden een themanummer aan gewijd. Zouden we alles wat er toen aangesneden is niet eens moeten toetsen, uitdiepen en operationeel maken voor het grondvlak waar de meesten van ons hun werkterrein vinden? Wie neemt het initiatief?

Dr. C. Bezemer: Wandelen in geloof. Uitgave van Buijten & Schipperheijn, Amsterdam. Aantal blz.: 62. Prijs: f 8, 90.

Dit deel (nr. 18) in de serie: Zicht op de Bijbel ziet er keurig uit. De schrijver, Ned. Hervormd predikant te Scheveningen, richt zich tot gelovigen en ongelovigen, 'tot allen die onderweg zijn'. Voor gelovigen tot troost en bemoediging én voor de ongelovigen tot waarschuwing en aansporing, omdat we nog in het heden der genade zijn, kunnen we nog tot bekering komen. In het boekje komen er allerlei aspekten van het geloof, c.q. van de gelovige aan de orde. Het gaat om 12 korte hoofdstukjes waarin de schrijver de bijbelse noties voor elk aspekt aan de orde stelt en ook vaak vanuit de belijdenisgeschriften het gebodene verder verduidelijkt en toe- > gespitst.

Met grote eerbied wordt er naar het Woord van God geluisterd en wordt er opgewekt om ons te verwonderen over de grondeloze barmhartigheid van God, Die in Zijn welbehagen dé Weg tot zaligheid gegeven heeft, zelfs voor de grootste van de zondags. Bij de gemeentebeschouwing onder het kopje 'Gemeenschap der gelovigen' zou m.i. duidelijker uit moeten komen, dat er in de gemeente tweeërlei kinderen des Verbonds zijn en welke gevolgen dat heeft voor de Heilige Doop, het doen van openbare belijdenis en het deelnemen aan het Heilig Avondmaal. Dit boekje zal zijn weg wel vinden, bij de individuele en gemeenschappelijke bezinning (bijbelstudiekringen).

Dr. C. van der Waal: Sola Scriptura, deel 1 (187 blz.), II (239 blz.) en III (232 blz.). Uitgave van Oosterbaan & Le Cointre, Goes. Prijs: f 9, 90 (en dat voor een keurig gebonden boek) per stuk.

De schrijver geeft in deze serie een wegwijzer bij het bijbellezen. Na de inleiding geeft hij van elk bijbelboek een korte, goed leesbare samenvatting. Ik kende deze uitgave (dit is een tweede druk, 1970) niet, maar ik had bij de voorbereiding van mijn lessen graag ook deze bron geraadpleegd. Niet dat er veel nieuwe dingen aan de orde komen, maar de schrijver luistert goed naar de boodschap van de Schrift en probeert dan de hoofdlijnen te verwoorden, zodat we zicht krijgen op de boodschap van Gods Woord.

De eenheid van de Bijbel konstateer je overal in de verwijsteksten; in de noten wordt zichtbaar dat de schrijver zich goed op de hoogte gesteld heeft voor hij ging schrijven.

Uit bepaalde voorbeelden (b.v. Rosenberg ideoloog van Hitler, Goethe e.a.) blijkt dat de eerste bladzijden al van wat oudere datum zijn en dat betreft ook de literatuurverwijzing.

De gebruikte bijbelvertaling (meestal de NV) geeft bij de studie wel wat problemen.

De schrijver hoort in de hoek van de Vrijgemaakten (Geref. kerk art. 31) en dat heeft ook gevolgen voor de visie op het verbond, de beloften en wat dat betekent voor degenen die op de erve van het genadeverbond geboren zijn/worden.

Met veel plezier heb ik van deze degelijke uitgave kennis genomen. Het beslaat niet onnodig een gedeelte van uw boekenplank thuis en/of op school. Ik hoop dat van deze uitgave niet zal gelden: wel(aan)geprezen, maar niet gelezen, c.q. gebruikt als hulpmiddel om de schat van het Woord door te geven.

I.A. Kole

GOED BEGINNEN, dagopeningen voor het voortgezet onderwijs, onder redaktie van H. vander Ent, Riet Tigchelaar en S. Tigchelaar.

Cursus 1978/1979, niveau 1. Uitgave van Boekencentrum, Den Haag. Prijs: f 8, 90 (bij aantallen reduktie).

De dagopeningen (voor elke schooldag een bijbelgedeelte met een korte aanzet tot gesprek met de leerlingen) zijn geschreven door docenten handenarbeid, wiskunde, biologie, tekenen, frans, godsdienst enz. Voor iedere schoolweek is een thema gekozen, daarbij zijn bijbelgedeelten gekozen en een foto of een tekening/cartoon.

Het thema moet in alle klassen aan de orde komen; dit boekje, dat alle leerlingen moeten hebben, is bestemd voor de brugklas (blauwe omslag); voor de onder- (rode omslag) en de bovenbouw (groen omslag) komen er voor de cursus '79/'80 handleidingen ter beschikking. Op zich is het initiatief te prijzen, want het begin van de dag loopt per leraar en klas erg uiteen. Ik weet wel: wij kunnen het niet maken, maar de praktijk maakt duidelijk dat er in de voorbereiding voor de nieuwe dag veel diversiteit is (veel te mild gezegd!), dat betreft ook de leerlingen.

Op deze manier is er veel op te vangen, vooral een stuk continuïteit. Uit wat in dit boekje geboden wordt, spreekt de vormgeving me wel aan, maar inhoudelijk zit er qua aanpak een groot verschil: hoe wordt de Bijbel gezien, de mens, de doorwerking van de zonde, de verzoening in Christus als genadegave Gods én op welke manier krijgen wij daar deel aan (het wederbarende werk van de Heilige Geest!).

Liever had ik bij elk bijbelgedeelte een korte toelichting gegeven met enkele mogelijke gespreksvragen; nu heb je kans dat de toelichting teveel tijd vraagt in de les en er alleen gepraat wordt over de 'aanzetten' tot gesprek. Wanneer komt dan de rest?

I.A. Kole

GIEN KARSSEN, "EEN VROUW NAAR MIJN HART", PAPERBACK 142 BLZ., PRIJS F 14, 90. UIT. BUYTEN EN SCHIPPERHEYN, AMSTERDAM

De schrijfster heeft zich door haar boeken "Manninne" en "Nogmaals Manninne" grote bekendheid verworven in binnen- en buitenland. In dit "Telos-boek" (boeken van christelijke uitgevers die richtinggevend en Bijbels georiënteerd willen zijn) beschrijft ze aan de hand van Spreuken 31 de kwaliteiten, die God wil dat de vrouw - in meerdere of mindere mate, al naar haar gaven - zal vertonen. Dit Bijbelgedeelte wordt meestal genoemd (vanaf v. 10) "De lof der deugdelijke huisvrouw". Het gaf de schrijfster aanleiding om aan de hand van al de deugden die hier opgesomd worden, de verschillende gaven die de Heere de vrouw gegeven heeft uitvoerig te bespreken. Ze doet dit niet theoretisch, maar op een uitermate boeiende wijze weet ze zo, met praktische voorbeelden uit het leven van onze tijd, het eigene van het vrouw-zijn en de rijkdom die ze daarin ziet, door te geven. Hierdoor kan dit boekje een belangrijk tegenwicht geven tegen de vele feministische betogen die voor de vrouw een gelijke positie als die van de man opeisen.

Ja eigenlijk geen tegenwicht, maar een ontkrachting ervan.

Want wie de Bijbel opslaat, wordt voortdurend geconfronteerd met verschillen in taak en functie tussen man en vrouw, verschillen die God gewild heeft en die in lichaam en psyche tot uitdrukking komen. Hoe kan een vrouw ooit tot ontplooiing van haar gaven komen als ze deze niet wil zien? Hoe kan een vrouw gelukkig worden als ze de haar door God opgelegde taak van zich afschudt, om - tegen haar aanleg in - elders emplooi te zoeken? "ledere vrouw, getrouwd of ongetrouwd, zal het best tot haar recht komen, als ze zich bewust is van de unieke plaats die haar is toebedacht. Als een vrouw evenwel gaat wedijveren met de man, als ze ernaar streeft aan hem gelijk te zijn, doet ze zichzelf onherstelbare schade. Ze werkt dan mee aan een streven naar unisex, die ondermijnend is voor de maatschappij", aldus de schrijfster. Op overtuigende wijze, overtuigend ook omdat ze zelf vrouw is en weet waarover ze schrijft, heeft ze de rijkdom van de gaven die God de vrouw gaf weergegeven.

Achtereenvolgens komen aan de orde de verhouding van de vrouw t.o.v. haar man, haar huis, haar werk en haar God. Bij ieder onderwerp is een onderverdeling gemaakt aan de hand van teksten uit Spr. 31, en na iedere onderverdeling zijn discussievragen opgenomen. Vooral ook deze vragen maken het boekje uitstekend geschikt voor bespreking op verenigingen. Bijbelkringen, e.d.

Naast het vele mooie, dat er te noemen valt, heb ik toch ook een aantal aanmerkingen. Allereerst t.a.v. de Bijbelvertalingen die de schrijfster gebruikt. Ze gebruikt er vele, uit verschillende talen. Als deze naast elkaar gezet worden, kan dit de verschillende aspecten van de grondtekst verduidelijken, en positief gewaardeerd worden. Toch gaat dit voordeel verloren als deze vertalingen eerst weer in het Nederlands vertaald moeten worden, of als ze niet naast elkaar gezet worden, maar slechts die vertaling genoemd, die de schrijfster het meeste aansprak. Dan dreigt het gevoelen van de schrijfster over de grondtekst te gaan domineren. Zo schrijft ze over Rom. 12:7: "Als praktische dienst je gave is", zegt hij (Paulus) in een andere vertaling, "dan moet je je daaraan geven." Alsof we Paulus de woorden van iedere (vrije) vertaling in de mond mogen leggen! Wat de auteur zegt over de positie van de vrouw is mooi en Bijbels, maar op blz. 109 wekt ze toch de indruk, dat ze van een gezagsverhouding in het huwelijk (zie ook het huwelijksformulier) niet veel moet hebben. En als ze schrijft: "De vrouw houdt de mogelijkheid tot haar geluk in eigen handen. Het hangt af van haar persoonlijke beslissing", terwijl ze doelt op haar verhouding tot God (blz. 122), dan komt dit bij mij pelagiaans over. Ook haar waardering voor de werkwijze van de Navigators en Billy Graham deel ik niet. Dit neemt niet weg, dat dit boekje ons veel waardevol materiaal biedt, dat van belang is voor iedere vrouw, die haar roeping beter vnl leren verstaan. Het is een helder geluid van een dappere vrouw, die niet meehuUt met de feministische wolven in het bos van emancipatie. En het is nuttig en nodig dat er onder christelijke vrouwen een bezinning op gang komt om niet onbewust meegetrokken te worden door deze onbijbelse emancipatiedrang. Voor deze bezinning geeft dit boekje een overvloed aan materiaal.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1978

De Reformatorische School | 44 Pagina's

Wij lazen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1978

De Reformatorische School | 44 Pagina's