Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ANGST VOOR DE ISLAM?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ANGST VOOR DE ISLAM?

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

GEWELD

Bij het nadenken over deze titel heb ik me afgevraagd waarom deze vraag naar boven komt. Een vraag over angst voor het hindoe geloof of over het boeddhistisch geloof kom je eigenlijk nooit tegen. Wat is de achtergrond dat deze vraag wel vaak gesteld wordt in verband met de islam?

Om een antwoord te geven op deze vraag komen we al gauw terecht bij de aanslag van 11 September 2001, waarbij bijna 3000 mensen de dood vonden toen twee vliegtuigen opzettelijk in de twee torens van het World Trade Centre in New York vlogen, maar ook bij andere aanslagen en oorlogen waar moslimgroeperingen bij betrokken waren. En wie denkt in ons land niet aan de moord op Theo van Gogh? Niet lang geleden wees paus Benedictus XVI in een redevoering op de gewelddadige kanten van de islam. Hij werd onmiddellijk door veel reacties in de moslimwereld in het gelijk gesteld. Natuurlijk kan een hele wereldgodsdienst met haar vele stromingen niet gekarakteriseerd worden door uitingen en daden van minderheden. Maar opvallend is wel de frequentie en de intensiteit van veel gewelddadige uitingen, niet alleen extreme uitwassen in het groot, maar ook gewelddadigheden in de kleine kring van families, indien afwijkingen van de gangbare opvattingen en tradities naar voren komen.

ANGST?

Hoewel angst voor islamitisch extremisme te begrijpen is, wil dat niet zeggen dat we in ons dagelijkse leven in angst zouden moeten leven, alsof er voortdurende dreiging zou uitgaan van de kant van islamieten bij ons in de buurt.

Elk jaar verblijven mijn vrouw en ik een maand of vier in Mamasa, in Indonésie, een islamitisch land. We hebben nooit een angstig gevoel gehad in onze omgang met islamieten. We hebben wel gezien dat openlijk werd gecollecteerd in Makassar voor de godsdienststrijd tegen christenen op Ambon. We hebben ook van dichtbij meegemaakt dat enkele jaren geleden in het Mamasagebied zelf grote spanningen heersten tussen islamieten en christenen, waarbij doden zijn gevallen aan beide kanten. Tot op dit moment durven christenen niet terug te gaan naar het dorp waar de spanningen ontstonden. Huizen van christenen staan nog steeds leeg en het kerkgebouw wordt al enkele jaren niet gebruikt. Onlangs spraken we met mensen die destijds verjaagd zijn. Ze durven nog steeds niet terug te keren naar de huizen die ze hebben verlaten. Is het angst? In elk geval voorzichtigheid en bezorgdheid dat geweld opnieuw zou kunnen oplaaien. Gelukkig is de situatie de laatste tijd aanzienlijk verbeterd. De nieuwe gouverneur van de provincie is afkomstig uit dit gebied. Hij is islamiet en heeft een matigende invloed op zijn geloofsgenoten. Bovendien zijn er beloften gedaan dat deze streek een zelfstandig district zal kunnen worden, los van het overwegend christelijke Mamasa.

VERMENGING MET POLITIEKE MOTIEVEN

Het is duidelijk dat de conflicten die waren gerezen nauw samenhingen met politieke machtsverhoudingen en werden opgestookt door islamieten van buiten het gebied. Ze waren niet in de eerste plaats godsdienstig van aard. En zo gebeurt het vaak. Juist de islam heeft sterke politieke kanten. Waar de mensen van deze religie in de minderheid zijn, kan men vreedzaam samenleven met anderen. Dan zijn het alleen extreme elementen die soms proberen hun opvattingen hoe dan ook door te drukken. Maar van de meerderheid van de mensen die in een minderheidssituatie leven, zal geen dreiging uitgaan. In Nederland hebben we dan ook, voorlopig, weinig reden tot angst en kunnen we onbekommerd omgaan met onze islamitische buren. Het zal nog lang duren, als het ooit gebeurt, dat zij in de samenleving een meerderheid gaan vormen. Maar er is nog een andere kant.

ISLAMITISCH ZELFBEWUSTZIJN

Na de eerste aanslagen van de al-Qaeda, waardoor in de westerse wereld de bezorgdheid ten aanzien van een agressieve islam is gegroeid, is ook de islamitische wereld veranderd. Steeds nadrukkelijker presenteert men zich als islamiet. De hoofddoeken bij islamitische vrouwen en meisjes, tot soms zelfs de kleinste kleuters, tonen een steeds sterker wordend zelfbewustzijn. Men wil zich graag als gelovig islamiet presenteren. En dat niet alleen tijdens het vrijdaggebed, maar ook in het dagelijkse leven. Dan moeten wij onszelf wel de vraag stellen: hoe is dat bij ons, christenen? Op welke wijze treden wij naarbuiten als gelovigen?

EEN GESPREK

Terwijl ik in een fotozaak in Makassar wachtte op het afdrukken van mijn foto’s, kwam ik in gesprek met een man. Hij vroeg mijn leeftijd en het bleek dat we vrijwel op de dag af even oud waren. Zo begon een aanvankelijk vriendschappelijk gesprek. Maar de vriendelijke toon duurde niet heel erg lang. Na het uitwisselen van informatie over afkomst, woonplaats en werk, kwam het gesprek al gauw op de godsdienst. Het bleek dat deze meneer weinig waardering had voor joden en hun godsdienst en ook niet voor christenen. Tenminste, zo verzekerde hij mij, het ging hem niet zozeer om de personen, joden of christenen als mens, als wel om hun geloof. Hij kon niet begrijpen dat mensen uit de joodse en de christelijke traditie de ‘openbaring’ die Mohammed had ontvangen, niet wilden of niet konden aanvaarden. Deze openbaring kwam immers van God zelf, zo benadrukte hij. Wie daar niet van wilde weten, beledigde dus in feite God zelf. ‘Hoe denk jij daarover?’, zo vroeg hij mij. Ik heb toen geprobeerd uit te leggen wie Jezus is, als voldoende en zelfs voile openbaring van God. En ook dat wij, als christenen, de inzichten van Mohammed niet nodig hebben om ons geloof inhoud te geven. ‘Komen die inzichten dan volgens jou niet van God?’, zo vroeg mijn gesprekspartner. Ik antwoordde hem op zijn eerlijke vraag met een eerlijk antwoord. Ik zei hem dat, naar onze overtuiging, deze inzichten van Mohammed niet aanvaard behoeven te worden als boodschap van God of als aanvulling op de Bijbel. Hierop nam het gesprek een zeer spannende wending. De man werd duidelijk boos, ‘heilig’ boos, vanwege datgene wat ik naar voren bracht, wat hij ervoer als godslastering.

…BOVEN ALLE KRACHT EN NAAM

Natuurlijk komen zulke gesprekken niet dagelijks voor. En, eerlijk gezegd, stuur ik daar ook niet op aan in mijn ontmoeting met islamieten. Het brengt over het algemeen mensen niet dichter bij elkaar. Het geloof van een christen verschilt zeer wezenlijk van het geloof van, in dit geval, een moslim. Maar dat betekent in geen geval dat we ons beter maar een beetje op de vlakte kunnen houden, of dat er reden zou moeten zijn voor angst. Zeker niet als we de woorden van de apostel Paulus die we lezen aan het einde van het eerste hoofdstuk van zijn brief aan de Efeziërs, ter hart nemen:

‘…. hoe overweldigend groot is Gods kracht aan ons, die geloven’, Ef. 1:19.

Als we aan deze woorden vasthouden, hebben we geen enkele reden tot angst, zeker niet in de omgang met en in de benadering van mensen van andere godsdiensten. We mogen en kunnen in alle openheid anderen tegemoet treden en ontmoeten. Geen angst, integendeel. We mogen leven in de overtuiging dat Gods openbaring tot volle rijkdom is gekomen in zijn Zoon:

‘naar de werking van de sterkte zijner macht,

die Hij gewrocht heeft in Christus,

door Hem uit de doden op te wekken,

en Hem te zetten aan zijn rechterhand..’, Ef. 1:19,20.

Jezus zegt nog steeds tot zijn angstige leerlingen: Waarom zijt gij zo bevreesd?

Hoe hebt gij geen geloof?’ Mark. 4:40.

Ds. C.W. Buijs (1944) is predikantin zendingsdienst van 1978-1983 en 1994-heden.

Rinse Reeling Brouwer en Wim Kloppenburg (red.), Om te gedenken. Over de noodzaak van liturgie. Uitg. Kok Kampen 2009, 144 blz., € 18,50.

In februari publiceerde het Reformatorisch Dagblad een onderzoek over het aantal gezongen psalmen in een aantal gemeenten gedurende één jaar. Het resultaat was ongelooflijk: slechts één psalm was niet aan bod gekomen: 55 (ik kan zelf eerlijk zeggen dat ik die wel eens laat zingen, o.a. in de lijdenstijd). Er was nog iets onthullends te lezen: op de vraag waarom in een bepaalde gemeente zo weinig gezongen was, antwoordde een predikant dat ‘meer zingen ten koste gaat van de prediking. Dat moet het middelpunt van de eredienst zijn’. Hoe waar dat laatste ook is, het is geheel onjuist om dat tegenover (de kracht en de waarde van) het gezongen lied te zetten, alsof dat alleen ‘omlijsting’ zou zijn: op een ander moment en in een ander kader immers kan men (terecht) vernemen dat het Psalmboek het meest omvangrijke Bijbelboek is… Het verraadt iets van het feit dat er in orthodox-gereformeerde kring nog een flinke bezinning op de liturgie gewenst is. Nu is dit boek daarvoor niet het aangewezen middel; daarvoor ademt het te zeer een andere basis dan de reformatorische. Niettemin kan men wel van details leren: bijvoorbeeld van lemand die zich stoorde aan de oneerbiedige houding tijdens een gebed in CU-kring (blz. 55)… of van de neigingom rond votum, groetenz. ‘praterig’te gaan doen, alsof de oude Bijbelse woorden in zichzelf geen kracht genoeg hebben (blz. 64)… of van de drang om al te gemakkelijk uit het hoofd te preken, waarbij de inhoud daaronder lijdt (blz. 101). Maar een goed boek van reformatorisch erf zou, naast en vaak tegenover het hier aangekondigde boek, geen overbodige luxe zijn.

W. Chr. Hovius, De Maan bij Nacht. Vijf meditaties over de maan; Lichtende sterren. Vijf meditaties over de sterren. Uitg. De Banier Apeldoorn 2008/2009, 55/57 blz., € 8,90/7,90.

Twee fraai uitgevoerde boekjes (mooie bladspiegel, foto’s), geschikt om ten geschenke te geven. De bekende ds. Hovius mediteert over de schepping van de maan, over diens gezette tijden en over het loflied van de maan. Die weerspiegelt de trouw van zijn Schepper.

Zo komen we achtereenvolgens bij Psalm 8, 89,104,121 en 148. Een kleinood.

In het tweede boekje worden vijf Schriftgedeelten opengeslagen waar het over sterren gaat. O.a. die over de lastige tekst in Rieht. 5:20. De meditaties spreken over de grootheid van de Schepper van deze hemellichten. Van Hem mag elk schepsel heil en hulp verwachten.

Er is ook nog een deeltje over de zon.Tot 1 September krijgt u er drie voor deprijs van twee.

Randall J. Pederson, Wandel voor Mijn aangezicht. Bijbellezen met de puriteinen. Uitg. De Banier Bunnik 2008, € 19,90.

Een Bijbelgedeelte en een overdenking voor elke dag, gedurende een jaar. Dat is de oogst van een zoektocht bij de puriteinen (waaronder I. Ambrosius, Bunyan, John Owen, Th. Watson). Het leverde korte, maar geestelijk verrijkende gedachten op. Waard om gelezen en geestelijk verwerkt te worden. Ik vond het wel jammer dat er geen duidelijke lijn in het dagboek is te ontdekken, noch wat het jaar betreff, noch wat een maand betreff. Zo wordt de goede boodschap toch wat verbrokkeld. Maar misschien was dat toch te lastig bij zo’n variatie aan schrijvers. Onderaan de bladzijde staat iedere keer in één zin de kern van de inhoud van die bladzijde en dat is weer een goede greep.

C.J. Meeuwse, Jacobus Koelman. Serie Inieidingen met kernteksten. Uitg. De Groot Goudriaan-Kampen 2008,196 blz., € 14,90.

Al verschillende keren is in ons blad aandacht gevraagd voor bovengenoemde serie. Opnieuw verscheen er een deel, van de hand van de predikant van de Geref. Gemeente te Goes. Hij verdiept zich al jaren in de figuur van Koelman (1631-1695), een van de bekendste predikanten van de Nadere Reformatie. Kenmerkende trekken van zijn optreden waren zijn verzet tegen overheidsinmenging en zijn streven naar een doorgaande reformatie van kerk en maatschappij. Dat riep heel tegengestelde reacties op, en het kostte hem op een gegeven moment ook zijn positie: hij werd verbannen uit Sluis. Maar hij bleef van zich laten horen door middel van zijn eigen geschriften. Dit boek geeft van dit geheel een neerslag.

C.H. Spurgeon, Naar Zijn belofte. Uitg. De Banier Bunnik 2008,140 blz., € 7,90.

De Bijbel is een goudmijn vol beloften. Maar, aldus Spurgeon, we moeten die wel op waarde weten te schatten. Die oproep werkt hij op de hem zo kenmerkende wijze uit: het kruis van Christus centraal; zo is Jezus de Zaligmaker, en zo wil Hij aanvaard en aanbeden worden. De zaligheid wordt niet ons eigendom door eigen streven, maar door Gods genade. Zo is dit dagboek een lofzang op Gods beloften, met het oog op de Vervuller daarvan: Christus.

Ds. H.G. Abma, Het boek Esther. Ds. G. Boer, Het hart naar boven. Uitg. De Banier Bunnik 2008/2009, 184/141 blz., € 14,90/15,90..

Het is al bijna 50 jaar geleden dat wijlen ds. Abma (bekend o.a. van zijn voorzitterschap van de SGP) in de Oude Kerk van Putten een serie winterlezingen hield over het Bijbelboek Esther. Indertijd bewerkte hij die tot een 35-tal korte overwegingen; die vonden nun weg. Ik denk dat vele predikanten het boek in hun boekenkast hebben staan, en er gebruik van hebben gemaakt wanneer ze over dit niet zo vaak op de kansel geopende Bijbelboek wilden preken. Nog steeds is het boek bruikbaar en daarom is het mooi dat er een herdruk verscheen. Eén van zijn zoons, ds. Abma uit Gouda, ging er redactioneel doorheen en paste hier daar taal en stijl aan. Maar de inhoud en daarom ook de zeggingskracht zijn hetzelfde gebleven.

Dat geldt ook van het tweede boek, waarin de nog steeds met autoriteit sprekende ds. Boer (1913-1973) nog weer eens naar voren wordt gehaald. Deze keer gaat het om preken over de Heidelberger Catechismus, zondag 25-31: een behandeling van de sacramenten. Ze zijn indertijd gehouden in zijn gemeente van Zoetermeer. Ds. Boer preekte ernstig én gunnend en trok rechte lijnen vanuit de Schriften. Waar zoveel verwarring is rond de sacramenten doet men er goed aan zich te laven aan deze geestelijke kost.

Maarten Luther, Uw geloof heeft u behouden. De genezing van de tien melaatsen. Uitg. Den Hertog Houten 2008, 90 blz., € 11,50.

Een vers-voor-vers verklaring van Luc. 17:11-19 over de genezing van de tien melaatse mannen. Een van hen, een Samaritaan, keerde na die genezing terug om Christus te danken. Luther laat daarin zien hoe het ware geloof naar Christus verlangt en zich op Hem verlaat, ook al is er sprake van aanvechting en beproeving - die dienen om het geloof sterker te maken. Onlosmakelijk is daarmee verbonden de lofprijzing tot God. En: zoals Christus zijn weldaden wil geven aan undankbaren, zullen ook de gelovigen rekening houden met - zelfs - verachting, volgend op bewezen christelijke barmhartigheid.

Joannes Beukelman, De leer der waarheid. Verklaring van de Heidelbergse Catechismus. 2 delen. Uitg. De Banier Bunnik 2008, 700 en 768 blz., € 84,50.

De heer Joh. A. Bunt zette zich tot een heruitgave van bovengenoemde catechismusverklaring. Deze is indertijd door ds. Beukelman, die leefde van 1704-1757, in een aantal preken gereedgemaakt. In een voorrede van een Haagse collega van weleer (blz. 13-40) wordt hij wel erg verheerlijkt. Hoe het ook zij, hij mag gerekend worden tot de volgelingen van de Nadere Reformatie. Men kan dat in deze 52 preken ook goed merken: ze gaan diep, getuigen van grote eerbied voor het Woord van God en roepen tot in detail op tot waarachtige bekering, uitkomend in een innig leven met God. Of ze vandaag de dag nog in kerkdiensten te gebruiken zijn, zoals de hertaler wenst (blz. 10)? Dan moet er toch nog wel veel aan de zinsbouw e.d. gebeuren. Eerder acht ik de twee kloeke delen geschikt voor thuislezen: dan kan men de zinnen lezen, maar ook herlezen; en om de betoogtrant van de prediker echt te begrijpen, is dat wel nodig. En pas dan kan men er toch door gesticht worden.

Alison Korthals Altes, Uit coma. Verslag van een bijna-doodervaring. Uitg. Ten Have Kampen 2008, 143 blz., €14,90.

De auteur van dit boek overkwam in Zuid-Frankrijk een zeer ernstig auto-ongeluk, samen met haar dochter. Daarna zweefde ze een aantal weken tussen leven en dood, in comateuze toestand. Hiervan en van de situatie daarna, een situatie van halfbewustzijn, legt ze verslag af. Dromen, fantasieën, angsten, ontmoetingen, pogingen om met de wereld om haar heen in contact te komen… het komt allemaal in dit boek voor. Het leert ons dat ‘iemand in coma geestelijk en emotioneel zeer veel meemaakt. En dat door uitval van lichaamsfuncties communiceren hierover onmogelijk is’(prof. Van Lommel in het voorwoord, blz. 9). En dus ook, voeg ik eraan toe, dat men uitermate voorzichtig moet zijn met wat men zegt wanneer men bij het bed van een comateuze patiënt staat of zit.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 mei 2009

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's

ANGST VOOR DE ISLAM?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 mei 2009

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's