Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buiten onze grenzen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buiten onze grenzen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

EINDE SANDINISTISCH MODEL IN NICARAGUA?

Hoewel we het laatste jaar wel gewend geraakt zijn aan verrassingen op het gebied van de buitenlandse politiek, blijken er toch iedere keer in deze rubriek weer opvallende dingen te melden en te bespreken. Zo eind vorige maand de verrassende verkiezingsnederlaag van de Nicaraguaanse president Daniel Ortega en zijn partij Frente Sandinista. Opnieuw een gebeurtenis waar vooral politiek links georiënteerden met gemengde gevoelens naar zullen kijken. Het Sandinistische politieke model kon daar immers altijd op de nodige sympathie rekenen. Rond deze verkiezingsuitslag zou opnieuw een discussie te voeren zijn onder de ondertussen al wat versleten titel: „Het gelijk van rechts? "

Tevreden met deze verkiezingsuitslag zal men zeker in Washington zijn. Al jaren zitten de Amerikanen met de sinds ongeveer 1980 door Nicaragua ingeslagen politieke koers in de maag. Met zorg sloeg men in het midden van de jaren tachtig de ontwikkeling, die wel werd aangeduid als „Cubanisering van Nicaragua", gade. Men ging steeds meer steun verlenen aan de guerrillastrijders die vanuit Honduras het Sandinistisch bewind in Nicaragua be­ vochten. Toen het Congres de hulp aan deze zogenaamde „contra's" terugdraaide, dreigde president Reagan in het laatste jaar van zijn tweede ambtstermijn zelfs verstrikt te raken in al of niet met zijn medeweten verleende onwettige hulp. Tot op dit moment is men in de Verenigde Staten bezig met een poging om via de rechterlijke macht de „laatste knopen" van dit , , Iran-contra schandaal" te ontwarren.

President Bush krijgt nu, en dat via wettige en democratische verkiezingen in Nicaragua zelf, in de schoot geworpen, waarvan zijn voorgangers Carter en Reagan nog dachten dat het alleen via machtspolitiek en militaire steun aan de contra's kon worden bereikt. Nu is het natuurlijk wel de vraag in hoeverre de door Reagan gevoerde politiek hier „op afstand" zijn vruchten afwerpt. Te denken valt hier ook aan de jongste ontwikkelingen in het Oostblok. De verminderde steun van de Sovjet-Unie aan allerlei door hen als „progressief" aangeduide stromingen, waartoe ook het Sandinistische Nicaragua behoorde, wordt op verschillende plaatsen in de wereld zichtbaar.

FRENTE SANDINISTA AAN DE MACHT

Ondertussen heeft men in Nicaragua geen tijd voor zulke beschouwingen, maar vergt een ordelijke machtsoverdracht alle aandacht, overleg en creativiteit. Die machtsoverdracht zal een complexe zaak worden, omdat de Frente Sandinista niet alleen een politieke partij is, maar staat voor een gehele maatschappijstructuur. Zo kent men o.a. een Sandinistisch volksleger, een Sandinistische politie en een Sandinistische vakbeweging. Daarnaast geeft het „recente verleden" van dit Midden-Amerikaanse land niet direkt vertrouwen in een verder vreedzame omgang met de jongste verkiezingsuitslag.

In de zomer van 1979 kwam een einde aan het bewind van generaal Somoza, wiens familie Nicaragua meer dan veertig jaar had geregeerd. Voordat de generaal besloot zich terug te trekken en de wijk te nemen naar het buitenland, was eerst een bloedige burgeroorlog uitgevochten. Hoewel de Verenigde Staten lang het Somoza-bewind hadden gesteund, drongen zij uiteindelijk aan op het aftreden van de generaal en begonnen zij overleg met de guerrillabeweging van de Sandinisten. Spoedig trokken nu eenheden van het Sandinistisch Bevrijdingsfront de hoofdstad binnen. Voorlopig nam een uit haar midden gevormde junta de macht over. De junta, waarin toen al Daniel Ortega zat, verklaarde het Congres voor ontbonden, stelde de oude grondwet buiten werking en onteigende de vele bezittingen van de familie Somoza. Verder verklaarde de junta dat het, gezien de toestand waarin het land verkeerde, zeker vier jaar zou duren voordat er nieuwe parlementsverkiezingen konden worden gehouden.

OP TOTALITAIRE KOERS

In het eerste half jaar hierna nam de junta een groot aantal maatregelen die vragen deden ontstaan naar de voorgestane politieke koers. Alle banken en financiële instellingen werden genationaliseerd. Daarna werden alle verzekeringsmaatschappijen, de mijnen, de visserij- en de bosbouwsector genationaliseerd. Verder zou voortaan de regering de voor de export bestemde oogsten van koffie, suiker en katoen tegen vastgestelde prijzen opkopen. Toen enkele juntaleden, waaronder Ortega, eind 1979 de Verenigde Staten bezochten, drongen verschillende Congresleden bij hen aan op toezeggingen wat betreft de nieuwe politieke lijn van het regime en bovendien kwam in deze gesprekken de verhouding met Cuba al ter sprake!

Het regime had namelijk ondertussen de betrekkingen met Cuba, die in 1961 waren verbroken, weer hersteld. En in datzelfde najaar van 1979 kwam een Cubaanse handelsdelegatie op bezoek in Nicaragua en daarbij werd een verdrag ondertekend waarin de „zending" van duizend Cubaanse onderwijzers naar Nicaragua werd geregeld. In dezelfde periode was ook in Nicaragua zelf grote oneinigheid ontstaan over de oprichting en samenstelling van een Staatsraad. Deze raad moest gaan fungeren als een soort parlement en kreeg o.a. tot taak een nieuwe grondwet op te stellen. Na onenigheid over de samenstelling van dit orgaan namen twee gematigde leden van de junta ontslag, waaronder mevrouw Chamorro. Zij was het oneens met het voornemen van de Sandinisten om voor de Sandinistische organisaties 27 van de 47 zetels te claimen. De drie overgebleven leden van de junta zetten de ingeslagen koers echter door en vormden zo een door de Sandinisten beheerste Staatsraad. Zo hadden zij alle door hen in het leven geroepen basisorganisaties een plaats bezorgd en de overige democratische organisaties in een duidelijke minderheidspositie gemanoeuvreerd. De regering gaf nu een decreet uit waarbij alle verkiezingsactiviteiten tot 1985 verboden werden. Dit wekte grote bezorgdheid bij de gematigde politieke groeperingen waarvan een aantal besloot zich uit de Staatsraad terug te trekken. Tegenstanders verweten de Sandinisten een „totalitaire houding" en tegelijkertijd werd in de Westerse pers druk gespeculeerd over de „Cubanisering" van Nicaragua. Vooral nadat een delegatie uit Nicaragua op bezoek in de Sovjet-Unie en diverse Oostbloklanden overeenkomsten sloot over economische en culturele zaken.

STEUN AAN DE CONTRA'S

In de jaren hierna gingen de Verenigde Staten steeds meer steun verlenen aan de contra's die opereerden vanuit Honduras. In 1984 vielen 1400 Nicaraguaanse ballingen vanuit dit land Nicaragua binnen, terwijl in de bergen nog eens zo'n 1200 guerrilla-strijders vochten. Ook op andere terreinen stelden de Verenigde Staten zich steeds harder op tegenover de Sandinisten. Dit werd zowel merkbaar in een steeds meer omvattende economische boycot als in het gehanteerde spraakgebruik. Zo merkte de Amerikaanse ambassadeur bij de Verenigde Naties, mevrouw Kirkpatrick op dat „Nicaragua's onderdrukking in eigen land en agressie in het buitenland de bron van de problemen in Midden-Amerika vormden." En president Reagan zelf sprak: „Geweld is het belangrijkste exportartikel van Nicaragua." De Amerikanen maakten zich grote zorgen over de wapenstroom die ontstond vanuit Nicaragua naar buurlanden als Costa Rica en El Salvador. In dezelfde periode werd de tot coördinator van de junta benoemde Ortega in Moskou ontvangen door partijleider Andropov die zijn, , oprechte sohdariteit" met Nicaragua nog eens onderstreepte en bovendien politieke en materiële bijstand toezegde. En zo kwam het Sandinistische Nicaragua, door de onver­ standige en naar communisme „riekende" koers van de Sandinistische junta, meer en meer terecht in de „koude oorlog" tussen Oost en West.

EN NU... ?

Uiteindelijk zijn na jarenlang uitstel dan toch verkiezingen gehouden in Nicaragua. Daarbij heeft dus de samenwerkende oppositie, de centrumrechtse UNO-coalitie bestaat uit vijftien samenwerkende partijen, de Sandinisten een gevoelige nederlaag toegebracht. In een poging om een stabiel bestuur te vormen, maakten de UNO-leden de afspraak dat de door hen te vormen regering van „nationale redding" geregeld zal overleggen met een te vormen „politieke raad" waarin elke partij twee vertegenwoordigers zal hebben. Verder streeft het UNOprogramma naar scheiding van partij en staat, vermindering van de macht van de president en tenslotte naar liberalisering en privatisering van de economie. De particuhere sector zal dus ten koste van de staatsmacht worden versterkt. Ondertussen heeft president Bush het Amerikaanse handelsembargo tegen Nicaragua opgeheven en driehonderd miljoen dollar voor hulp aan dit land uitgetrokken.

Toch zal de machtsovername in Nicaragua nog wel voor de nodige problemen gaan zorgen. De door de nederlaag verraste Sandinisten hebben dan wel hun tegenstandster, mevr. Chamorro, gefeliciteerd, maar of ze van hun maatschappijvisie zo gemakkelijk afstand zullen doen valt te betwijfelen. Er ligt toch een groot verschil tussen het door het UNO-partijen beoogde en datgene wat Ortega voor ogen staat. Veelzeggend is bijvoorbeeld het antwoord dat Ortega aan een journalist gaf op een vraag naar zijn visie op de vrijheid: „Als ik aan vrijheid denk, denk ik altijd in het meervoud: de vrijheid van het volk. Niet aan individuele vrijheid." De vrijheid in het Westen typeerde hij in dat gesprek als „een monster". De verkiezingsuitslag heeft duidelijk gemaakt dat de meerderheid van het Nicaraguaanse volk Ortega en de zijnen niet heeft „gevolgd" in de achterliggende jaren in hun o.a. door het marxisme geïnspireerde koerswending.

Leusden

drs. H. Lenselink

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 maart 1990

De Banier | 20 Pagina's

Buiten onze grenzen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 maart 1990

De Banier | 20 Pagina's