Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ALLE BEGRIP TE BOVEN (67)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ALLE BEGRIP TE BOVEN (67)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

16. Samuel Hughes, een mijnwerker van Shropshire (5).

De dag na nieuwjaarsdag was de dag, die vastgesteld was voor de vertegenwoordiger van de dominee om de tienden op te halen en er werd altijd gezorgd voor een maaltijd voor de boeren in de herberg. Philip Morris, een boer aan de oever voorbij Sukey’s huis, werd als een groot geleerde beschouwd en dacht eens, dat hij alles wist, wat er te weten viel. Hij kwam vorige zondag naar mij luisteren, toen ik over deze woorden sprak: „Waarbij zal ik weten, dat ik het beërven zal ?” Hier viel al zijn godsdienst weg en hij gevoelde, dat hij een betere godsdienst moest hebben of verloren gaan. Deze man was verplicht om naar de maaltijd te gaan om zijn tienden te betalen en na de maaltijd vroegen de mannen hem, wat hij in de preek gehoord had. Dus vertelde hij hun in grote eenvoud precies, wat hij voelde, waarop zij allen hem begonnen te beledigen en ze staken de pook in het vuur om hem er mee te treffen toen die rood-gloeiend was, maar hij wist te ontsnappen.

Voor het gemak van de mensen worden de diensten op zondag en woensdag nu in het huis van William Morris (geen familie van Philip Morris) dichtbij Black Lion in Wrenthall gehouden. Er kwam nu een veel groter getal op. De mannen en ikzelf bevinden ons op de waranda, en de salon, de keuken en het kookhuis zijn overvol. Ook staan er sommigen buiten en zij zeggen, dat ze het kunnen horen. Velen van hen zijn mijnwerkers, die met grote aandacht luisteren. Het verbaast mij, dat alle zes bedienden van de pastorie komen, behalve de kleine jongen, die moet wachten ingeval hij iets moet hebben. Mevr. Morris is zeer edelmoedig en niets is haar te veel, al lopen de mensen in allerlei weersomstandigheden haar huis in en laten ze veel werk voor haar achter om alles weer schoon te maken. De jonge Mr. Freme is hun landheer en toen hij zag, dat er zovelen uit dat huis kwamen, zei hij, dat hij er gauw een einde aan zou maken. Dit verwekte grote vrees en zij waren er zeker van, dat zij een waarschuwing zouden krijgen, om mij. Maar Mevr. Morris zei: „Nu is het de tijd om te bidden. Mr. Freme is maar een mens en het zou erger zijn om God te beledigen”. Later vroeg deze jonge edelman: „Waar is het over, dat deze man preekt ?” Dus vertellen zij hem in alle eenvoud de leerregels en de wijze van onze diensten en hij eindigde in een rustiger toon: Wel, wel, hij heeft het recht om te preken waar hij wil, net zoveel recht als een ander”, en vertrok. Deze familie, de heren van de plaats, hadden Thomas Overton in hun salon geroepen en de arme bevreesde man ondervraagd, maar, hoewel zij gedurende mijn eerste bezoeken erg tegen mij waren, zijn zij allen te samen kalmer. De oude heer hield Sukey op en zei: „Ben ik je niet nog wat geld schuldig, Sukey ?” Kom morgen om half tien naar het huis”. „Ik kan niet, meneer, ik moet naar Mr. Bourne op The Grove”. „Kun je dat niet uitstellen ?” „Neen, meneer, de Heere beveelt mij te gaan tot baat van mijn ziel, meneer.” „Dan kom je na die tijd op weg naar huis.”

Verleden week kwamen vijf mijnwerkers van de loodmijnen van Snailbeach om mij te horen. Er was zo weinig tijd tussen het einde van hun werk en het begin van mijn samenkomst en de afstand verscheiden mijlen, dat de mannen, naar zij zeiden, het grootste gedeelte van de weg moesten hollen en toen de dienst voorbij was, moesten ze op dezelfde wijze terugkeren vanwege de nachtdienst in de mijnen. Mij werd verteld, dat zij zo transpireerden, dat ze bijna geen droge kleren aan hadden. Ze gingen verblijd naar huis, naar het schijnt, en zij stuurden mij een zeer vriendelijk briefje om te vragen of tien van hen mij na de volgende samenkomst mochten spreken. Zij vergezelden mij op mijn wandeling van anderhalve mijl, en een van hen, John Philpot, vertelde me, dat al kon hun predikant de evangelische leerstellingen uit boeken halen, hij toch nooit sprak van een verborgen geestelijk werk en omdat zij er hem om vroegen, waarschuwde hij hen in het openbaar, dat zij afgesneden zouden worden en spoedig stuurde hij hen weg, zonder hun de kans te geven zich voor de gemeente te verdedigen. Ze hebben nu een klein huisje om jn samen te komen, maar worden zeer veracht. Ze zeiden, dat zij hoopten te komen en me regelmatig te horen voor ik wegging, maar nu is er een zware sneeuwval gekomen en zijn zij in hun heuvelachtige land afgesneden.” Toen ze weer kwamen was Samuel Hughes bij hen. Het is van belang, dat de enige objectieve beschrijving over de preken van Mr. Bourne in de eenvoudige Herinnering van deze mijnwerker voorkomt. Samuel zegt: „Hij opende de waarheden van het Evangelie op een eenvoudige wijze, zodat een klein kind in de genade hem kon hebben begrepen. Ik ging telkens weer en dit leidde tot een onderhoud, dat ik nooit zal vergeten. Zijn diep onderzoekende vragen ! Hij verwarde en verbaasde mij soms, dat ik niet meer wist wat ik hem antwoorden moest, tot ik op weg naar huis was. Toen kwam het vaak en dan had ik hem hebben kunnen antwoorden, maar het was te laat ! Dit was de oorzaak van de briefwisseling tussen ons”.

Mr. Bourne zegt in een andere brief: „Toen ik bij de zaal aankwam en de mensen zag samenkomen, zonk mijn hart en dit bracht mij in ernst tot God en Hij hoorde mijn geroep. Mijn onderwerp kwam van deze woorden: „Want door Hem hebben wij beiden de toegang door één Geest tot de Vader”. De Heere was mij zeer nabij en hielp mij om van deze kostbare leer van de Drieëenheid te spreken. Ik geloof, dat velen het Woord konden ontvangen en ook al zette ik met Gods hulp Zijn eeuwig doel uiteen om in Christus Jezus sommigen zalig te maken en niet allen, schenen zij het toch met geduld te verdragen. Ik sprak ook over de dwaze veronderstelling, die sommigen naar voren brengen, dat als ze uitverkoren zijn, ze mogen leven zoals ze willen, ook al zegt de apostel: „Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus tot goede werken, welke God voorbereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen”, namelijk de vreze Gods, bekering ten leven en zelfverloochening.

Dit onderwerp was zo zoet en zo uitgebreid, dat ik verplicht was om het ’s avonds te vervolgen, toen er meer dan anders aanwezig waren.” Een week later schrijft hij: „Ik denk, dat het aantal mensen steeds vermeerdert. Mevr. Morris denkt, dat er meer dan honderd waren. Arme Winny zei tegen Sukey Harley: „Dit zijn dingen die we nooit eerder gehoord hebben, geen dominee sprak ooit over dit onderwerp tot ons. Ik voel dat dit de rechte weg is en wat een zegen zulk onderwijs te ontvangen”. William Morris leek erg opgewekt”.

In een preek zegt Mr. Bourne: „Ik was in de gelegenheid om vandaag over deze woorden te spreken: „En het geschiedde als de zon onderging en het duister werd en zie, er was een rokende oven en vurige fakkel, die tussen de stukken doorging”.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 maart 1981

Bewaar het pand | 4 Pagina's

ALLE BEGRIP TE BOVEN (67)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 maart 1981

Bewaar het pand | 4 Pagina's