Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

THE PRESENTDAY CHRISTOLOGICAL DEBATE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

THE PRESENTDAY CHRISTOLOGICAL DEBATE

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Klaas Runia, THE PRESENTDAY CHRISTOLOGICAL DEBATE, Issues in contemporary theology, 120 p., £ 4, 50, Inter-Varsity Press, Leicester, 1984.

De titel geeft de inhoud van dit boek exact aan: de huidige stand van zaken in de discussie over de christologie. Daarbij dient de belijdenis van Chalcedon als criterium. Volgens de auteur blijft Karl Barth binnen de grenzen van Chalcedon. Een duidelijke grensovergang is te constateren bij Wolphart Pan-

nenberg en Jürgen Moltmann. Met de positie van Chalcedon hebben gebroken de R.K. theologen P. J. A. M. Schoonenberg S. J. (Hij is een God van mensen), E. Scbillebeeckx (Jezus, het verhaal van een levende), Hans Küng (Christ sein), en de protestantse theologen Ellen Flessmen-van Leer (Geloven vandaag), John A. T. Robinson (de auteur van Honest to God, 1963, en The Human Face of God, 1973), en vooral H. Berkhof (Christelijk geloof). Een apart hoofdstuk is gewijd aan de discussie in Engeland over de bundel The Myth of God Incarnate (1977).

Hoewel de terminologie van Chalcedon ('één Persoon, twee naturen') niet is terug te vinden in het N.T. wordt toch duidelijk - tegenover allerlei controversiële standpunten - uitgesproken wie Jezus Christus is. Elke historisch-critische benadering van het N.T. die van 'Jezus van Nazareth' geen ander beeld overhoudt dan dat Hij een bijzonder mens moet zijn geweest, loopt stuk op het feit dat hier Joden in Jezus Gód zien. Wanneer wij goed naar het N.T. luisteren, moeten we over Jezus altijd 'met twee woorden' spreken: Hij is waarachtig God én waarachtig mens. Tot die erkenning zal men steeds weer moeten komen, of men nu bij het opbouwen van een christologie uitgaat 'van beneden' of 'van boven'.

Chalcedon is niet het laatste woord (105). Dat heeft de Schrift. De vraag is echter hoe men de Schrift ontvèngt: als het Woord van God of als de weerslag van wat mensen van God hebben ervaren. Daar ligt de kern van het probleem (111).

Dit boek biedt veel in kort bestek en kan daarom goed gebruikt worden als een inleiding op de christologie. Graag maak ik van de gelegenheid gebruik om een paar vragen te stellen:

1. Is de waardering van Barth's christologie niet te positief? Leidt het 'christomonisme' niet tot theopaschitisme?

2. Prof. Runia heeft geen fundamenteel bezwaar tegen een christologie 'van beneden' (37). Als daarmee bedoeld is het vere homo op de wijze van Chalcedon, lijkt mij dat correct. Men komt dan toch uit bij het vere Deus, zoals men - omgekeerd - bij een christologie 'van boven' moet uitkomen bij het vere homo. Zo opgevat spreekt prof. Runia m.i. terecht van een vals dilemma (99). Maar wordt deze vraagstelling niet telkens doorkruist door een andere? De keuze voor een christologie 'van beneden' kan namelijk samenhangen met of het gevolg zijn van een hermeneutische beslissing. Wanneer men immers stelt dat men in onze moderne cultuur slechts op een wereldlijke manier over God kan spreken, dan vervalt de mogelijkheid van een christologie 'van boven' en is van een dilemma geen sprake meer.

3. Wordt door het aanbrengen van het schema 'beyond Chalcedon' - 'Chalcedon abandoned' de afstand tussen de christologie van Pannenberg enerzijds en die van Berkhof anderzijds niet groter dan deze in werkelijkheid is?

4. Komt het verschil tussen de R.K. en protestantse dogmatici die onder de categorie 'Chalcedon abandoned' vallen wel voldoende tot uitdrukking? Bij de eerste groep is de christologie niet los te denken van de eucharistie en dus omgeven van mysterie, wat daaronder ook verstaan mag worden, bij de tweede groep resteert een •wereldlijk geloof dat op allerlei wijzen kan worden ingevuld. Politieke en maatschappelijke keuzes spelen daarbij een belangrijke rol.

5. Wat wij meer dan ooit nodig hebben is m.i. een christologie 'naar beneden'. Zou het niet goed zijn in 'the present-day Christological debate' ook Kohlbrugge te betrekken als een belangrijke Nederlandse bijdrage in dit steeds meer internationaal gevoerde gesprek?

Het Woord is vlees geworden en zó is God met ons.

Nogmaals: een boek dat tot verdere bezinning stimuleert, sympathiek geschreven is en daardoor uitnodigt het 'debat' voort te zetten.

H.

H.d.B.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1986

Theologia Reformata | 142 Pagina's

THE PRESENTDAY CHRISTOLOGICAL DEBATE

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1986

Theologia Reformata | 142 Pagina's