Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een gebed uit de diepten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een gebed uit de diepten

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Een lied Hammaaloth. Uit de diepten roep ik tot U, o Heere! Heere! hoor naar mijn stem: laat Uw oren opmerkende zijn op de stem mijner smekingen". Psalm 130: 1, 2.

Het is reeds meer dan 25 jaar geleden, dat in Engeland een mijnramp plaatsvond. De mijnschachten waren in elkaar gestort. Meerdere mijnwerkers zaten tientallen meters onder de grond. Zij waren totaal van de buitenwereld afgesloten. Naar de mens gesproken was redding nagenoeg uitgesloten. Maar door een wonder Gods zijn ze toch gered! Op de vraag hoe ze de tijd daar in de diepten hadden doorgebracht zeiden ze dat ze hadden zitten kaarten! Aangrijpend! Dat is nu een mens!

Psalm 130 spreekt ook van iemand, die in de diepten verkeert. Maar hij brengt de tijd door in gebed. Meerdere malen spreekt Gods Woord van diepten. Denk ook aan Psalm 40. Daar wordt gesproken over de ruisende kuil. Daarmee wordt aangeduid de geestelijke nood van de dichter. Het gewicht der zonde drukt zijn schouders naar beneden. Het is niet een soort algemeen gevoel van zonde en schuld zoals elk mens dat wel eens heeft; nee, hij is zeer bedroefd tegen een goeddoend God te hebben gezondigd.

We moeten denken aan een grote oosterse kuil. Deze werden gegraven om het water in te verzamelen. Wanneer de kuil leeg was, bleef er ««« 1rt.^cT oUilr or"Vit»: »r nr\ Af» \^rtApm Iemand die in zo'n kuil terecht kwam, kon onmogelijk zelf er weer uitkomen. Steeds verder zakte hij weg in het slijk.

De psalmen 120-134 behoren tot de liederen Hammaaloth. Tot de bedevaartsliederen. Wie ze gedicht hebben is niet bekend. Ze werden gezongen wanneer de kinderen Israels optrokken van hun woning op de 3-jaarlijkse feesten naar de tempel te Jeruzalem.

De dichter zit in de diepten. Al verder zinkt hij weg in het slijk. Door eigen schuld is hij in deze diepten terechtgekomen. Het is onmogelijk er zelf uit te komen. Hij moet er uitgehaald worden door een ander! De mens van nature houdt niet van diepten. Men wil wat aan de oppervlakte blijven. Vooral tegenwoordig. Ach, zegt men, het schuldbesef bij de moderne mens is ongeveer helemaal uitgesloten. Je moet dart ook niet aankomen met zonde, schuld en diepten en al die soort zwaargeladen woorden meer, want echt dat doet het vandaag niet meer. Ik wil het geloven! Een gestroomlijnd, gepolijst, horizontalistisch, kort, inhoudloos preekje met veel liturgie. Een ontdekkende prediking wordt gemijd.

Hier is geen sprake van een bespreken van de nood, maar een roepen uit de nood. Het roepen gaat over in smeken. Er zit nood achter. Hij gaat zichzelf veroordelen. In vers 3 zegt hii immer"! niet vnor God te kunnen bestaan wanneer de Heere zijn ongerechtigdheden gadeslaat. Kijk, als ik mijn geestelijke nood beleef, dan kan ik zelf niet meer uit de put komen. Heel veel mensen spreken wel over hun geestelijke nood, maar de beleving wordt gemist. Dat blijkt ook wel, want ze kunnen er zelf weer uitkomen! Maar dat kan de dichter van Psalm 130 niet. Gods beloften worden vervuld door de onmogelijkheid heen. Hier is het echte pleiten op Gods beloften. Hij heeft goedertieren gedachten van den Heere. Hij kent de naam Heere. In die naam ligt de Christus besloten en het evangelie. Iemand zei: de naam Heere is het korte begrip van alle heilsweldaden.

Het is de Heere Zelf die in de diepten leidt. Hij ontdekt aan schuld en verlorenheid. Maar niet om hem te doen omkomen. Maar om hem er uit te halen. Om hem te redden. Het verblijf in de diepten kan een hele tijd duren. Maar de Heere geeft wel eens een bemoediging. Met eerbied gezegd, de Heere buigt Zich wel eens over de rand van de put om te bemoedigen. „Gij, die God zoekt in al uw zielsverdriet, Houdt aan, grijpt moed, uw hart zal vrolijk leven". Maar hoe bang ook kunnen de aanvechtingen en de bestrijding zijn. Hoe menigmaal vreest men in de diepten van verlorenheid te zullen wegzinken. Zij vallen het recht toe. Maar zij zullen niet omkomen. De Heere zal hen redden. Uit redenen ontleent aan Hemzelf. Omdat Christus op Golgotha geen antwoord kreeg. „Gij antwoordt niet, 't zij Ik des nachts moog' kermen. Ook heb Ik geen ontfermen, In Mijn verdriet".

De Heere heeft Zijn eigen Zoon niet gespaard, om zondaren te redden. Wanneer de Heere hen uit de put gehaald heeft, wat dan? Dan kunnen ze het wonder niet op! Dan wordt een nieuw lied geboren. Tot eer van God. Want zij eindigen in den Heere. Het is niet verdiend. Verdiend is om in de put om te komen. Wat een wonder van vergevende liefde!

Psalm 130 is zeer geliefd bij al Gods kinderen. Het is hun geestelijk eigendom. In meerdere of mindere mate zal ieder daar iets van moeten kennen. Leef daarom niet zorgeloos voort zoals die mijnwerkers. Of als een oppervlakkig christen. Maar vraag den Heere naar de beleving van zonde en genade. Dat komt in deze Psalm zo goed uit. Luther noemde hem daarom een paulinische Psalm.

Gods kinderen hebben hun leven lang met de diepten te maken. Alles wat ik meer ben dan een arme zondaar, dat ben ik teveel! Genade is het eerste waarom een ontdekte zondaar leert vragen, het is het laatste waarop hij blijft hopen. „Mijn God, U zal ik eeuwig loven; omdat Gij 't hebt gedaan".

Rotterdam-Kralingen

Ds. P. Beekhuis.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 augustus 1981

De Banier | 8 Pagina's

Een gebed uit de diepten

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 augustus 1981

De Banier | 8 Pagina's