Superblij met een voldoende

‘Volgende week een wiskunderep, ‘oh nee hè’ denk je met een zucht. Dat wordt weer een middag stampen voor een mager cijfertje. Had ik maar zo’n wiskundeknobbel als m’n buurman, die leert een kwartiertje en haalt nog een goed cijfer ook.’ Bij de een komt alles aanwaaien, terwijl de ander stevig moet blokken. Als je jezelf met iemand uit de klas vergelijkt, zie je overeenkomsten en verschillen. God heeft elke mens gaven en talenten gegeven. Die kunnen bij iedereen weer anders kunnen zijn. Toch hebben we wel allemaal dezelfde opdracht gekregen om trouw onze gaven en talenten te gebruiken. Salomo waarschuwt er in de Spreuken voor om lui te zijn. Kijk eens naar de mier, zegt hij, de hele zomer is dat kleine diertje ijverig aan het werk. Ze werkt hard om een voedselvoorraad aan te leggen. Voor de winter, als er geen eten te vinden is. De Bijbel leert dat je de kantjes er niet bij af mag lopen. Vanuit Gods Woord komt tot iedereen de opdracht om inzet en ijver te tonen.

Tevreden met een zesje?
Hans: “Nou, dat ben ik niet hoor! Als ik een acht kan halen, dan wil ik dat ook. Dat zit gewoon in me, ik ben niet zo van laat maar zitten. Ik kan het, dan wil ik het ook goed doen. Je hebt er gewoon gemak van als je goed je best doet.” Henriët: “Het afgelopen jaar was eigenlijk te makkelijk voor me. Ik hoefde weinig voor school te doen en toch haalde ik voldoendes. Dan heb je weinig uitdaging. Nu ga ik een niveau hoger, dus moet ik waarschijnlijk meer doen.”
Marjanne: “Als ik voor een moeilijk vak goed geleerd heb, ben ik superblij met een voldoende. Maar ik vind niet dat je de kantjes erbij af moet lopen. De talenten die je hebt gekregen moet je ook gebruiken.”
Bart: “Tjsa, het ligt eraan welk vak. Een zes vind ik prima voor vakken die ik niet leuk vind, maar voor een mooi vak als Techniek bijvoorbeeld kan ik makkelijk een hoog cijfer halen. Toch kun je beter maar gewoon goed je best doen. Ja, je hoort het iedereen zeggen, maar ik heb nu al spijt dat ik het niet gedaan heb. Als ik beter m’n best had gedaan, had ik nu een niveau hoger kunnen doen. Dan was ik sneller met m’n opleiding klaar geweest en had ik meer mogelijkheden gehad.”

Tips bij je studiekeuze:
Bedenk voor jezelf:
- Wat wil ik?
- Wat kan ik?
- Wat mag ik?
- Doe een meeloopstage
- Bezoek open dagen
- Denk na over een alternatief: wat doe je als niet overgaat of je examen niet haalt?

---
Bart van Rijn
“Ik ben vanmorgen om zes uur opgestaan om te werken. Dat doe ik bij m’n vader in de zaak. Hij maakt machines. Ik doe allerlei dingen. Gisteren heb ik bijvoorbeeld iets gelast. Ik kan nu al vast oefenen voor straks, dan ga ik op school leren voor bankwerker en lasser. Ik volg nu de opleiding vmbo-metaal. Ik houd er van met m’n handen bezig te zijn. Later wil ik automonteur worden. Dat is mijn vader ook geweest en mijn mentor trouwens ook. Zij hebben me geholpen bij de keuze voor een opleiding. Ik wil nu al vast proberen een baantje te vinden bij een autobedrijf, dan kan ik kijken of ik de vervolgopleiding ook echt wil gaan doen. Misschien ga ik later een eigen bedrijf beginnen.”

Marjanne van Dijk
“Ik wil straks graag kraamverzorgster worden. En dan niet bij mensen thuis, maar in een ziekenhuis, dus als verpleegkundige. De zorg heeft me altijd al getrokken, en ik vind het erg leuk om met baby’s om te gaan. Ik zit in de derde van het Gl/Tl en doe nu de richting zorg en welzijn. Mijn zus volgt op dit moment ook de opleiding voor verpleegkundige. Als ik mijn diploma heb wil ik die opleiding ook gaan doen. Ik kan van alles aan m’n zus vragen, dat is wel handig. Ik wil me wel echt gaan specialiseren in de kraamzorg.”

Henriët Jansen
“Later wil ik graag gaan werken als fysiotherapeut in een revalidatiecentrum. Het trekt mij om mensen te helpen die ziek zijn. Het lijkt me bijvoorbeeld heel mooi om te zien dat mensen weer opnieuw kunnen lopen doordat ik ze geholpen heb. Ik weet nog niet precies welke vervolgopleiding ik ga doen. Op school hebben we pas een voorlichtingsbijeenkomst gehad waarbij studenten van het Hoornbeeck College iets over hun opleiding kwamen vertellen, je kon ook allerlei vragen stellen. Door zo’n bijeenkomst krijg je een duidelijker beeld van een vervolgopleiding.”

Hans Beens
“Ik zit nu in de derde klas van het vwo en heb nog niet echt een idee van wat ik graag wil worden. Accountant, laborant, leraar, restauranthouder, het lijkt me allemaal wel wat. Aan het eind van dit jaar moet ik een profiel kiezen. Ik denk dat het cultuur en maatschappij gaat worden. In dat profiel zitten allemaal vakken die ik goed kan.”

Waarom doe je vwo met Grieks en Latijn?
“Ik kan het, dus dan vind ik dat ik het ook moet doen. Ik heb de talenten ervoor gekregen. Met een vwo diploma kun je alle kanten op. Wat ik precies met Grieks en Latijn moet doen, weet ik nog niet, maar het kan goed uitkomen.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen