Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het nieuwe jaar

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het nieuwe jaar

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Zij zijn alle morgen nieuw, Uw trouw is groot." (Klaagliederen 3 : 23)

Het oude jaar is voorbij met zijn lief en leed, verdriet en vreugde. Het is een groot wonder dat wij de jaarwisseling in dit heden mochten beleven. Velen is dat niet gegund. Velen zijn in hun jeugd of in de kracht van het leven weggenomen. Het wordt bevestigd: men kent en vindt hun standplaats zelfs niet meer. Gcds volk is afgelost en eeuwig verlost van alle zonden en ellenden. Wat een gelukkig volk. Ze behoeven nooit meer te zondigen. Dat is voor hen het grootste: het lichaam der zonde te mogen afleggen en eeuwig daar te zijn, in die Kerk die voor Gods kinderen éénmaal aangaat en nooit meer uitgaat. Daar is de Bruidegom en de bruidskerk in de bruiloftszaal, daar beginnen ze vrolijk te zijn !

Nieuwjaar 1971. Jeremia zegt: Uw goedertierenheden zijn alle morgen nieuw, Uw trouw is groot. Jeremia neemt het ter harte: „daarom zal ik hopen" (vers 21) en „het zijn de goedertierenheden des Heeren dat wij niet vernield zijn, dat Zijn barmhartigheden geen einde hebben" (vers 22). Wat is dat weer overduidelijk gebleken in het afgelopen' jaar en op verschillende manieren betoond door de getrouwe God des verbonds. Jeremia weet dat allemaal wel. Daarvan is hij zo doordrongen, dat hij uitroept: ze zijn alle morgen nieuw, Uw trouw is groot. Nee, Jeremia is er niet door afgestompt geraakt, maar er is een grote verwondering in zijn hart. Iemand die vele schatten bezit, ziet op de duur de rijkdom en de pracht er niet meer van. Hij is er gewoon aan geraakt. Iemand die voor het eerst al die schatten ziet is er verrukt over; hij gaat die man benijden. Wat een schatten heeft die man! Dagen' kan hij er over praten. Als u dit beeld nu eens toepast op Jeremia zien we dat Jeremia er niet gewoon aan kon raken; lees maar vers 20: mijn ziel gedenkt er wel terdege aan en zij bukt zich neder in mij, en vers 19: gedenk aan mijn ellende en ballingschap. Het is voor Jeremia een groot wonder dat hij en zijn volk niet vernield waren.

Jeremia is een man die ellende gezien en doorleefd heeft, maar ook weldaden heeft ontvangen. Hij beseft het en zegt: De Heere is mijn deel, daarom zal ik op Hem hopen; de Heere is goed degenen die Hem verwachten, der ziel die Hem zoekt (vers 24, 25). Jeremia had bevindelijk kennis aan de drie stukken ellende, verlossing en dankbaarheid in het onderwerpelijke leven. Hij was niet een mooi-weer-christen. Ook onder de oordelen bleef hij zijn geloof belijden en raakte niet gewoon aan de zegeningen en weldaden. Bij hem was het: „Geloofd zij God rnet diepst ontzag. Hij overlaadt ons dag aan dag met Zijne gunstbewijzen". Vandaar: de Heere is mijn deel, ik zal op hem hopen (vers 24). Vandaar de uitgangen van zijn hart: de Heere is goed degenen die Hem verwachten, der ziel die Hem zoekt.

In het rechte klagen ligt een verenigd zijn met de weg des Heeren, die Hij nuttig en nodig acht. „Uw wil geschiede", domineerde bij deze trouwe boetegezant.

Lezer(es), oud of jong, het nieuwe jaar mochten we ingaan; dat is een groot wonder. Dit jaar kan ons sterfjaar worden. Wanneer nu alles bij het oude is gebleven in onze onherboren staat, clan zullen alle zegeningen en ontvangen weldaden in ons leven geschonken, tegen ons getuigen. Dat nieuwe leven dat uit God is, des Heeren trouw en grote goedheid, dat alles mocht ons eens brengen in die ware vernedering des harten, betuigende: Heere, nu maakt Gij het zo wel voor de tijd, maakt Gij Uw bemoeienissen nu ook voor het heil van mijn arme onbekeerde ziel. Waardig zijn we het niet, maar wat een wonder dat God in Christus Zich in een onwaardige wil verheerlijken' door Zijn Geest. Dan geen rusten in de weldaden, maar het meer en meer benodigen van de grote Weldoener. Dat was Jeremia's leven en ook dat van een Hiskia: Heere bij deze dingen leeft men en in clit alles is het leven mijns geestes, want Gij hebt mij gezond gemaakt en genezen.

Dat schenke de Heere uit genade voor ons persoonlijk leven in het nieuwe jaar.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 januari 1971

Daniel | 16 Pagina's

Het nieuwe jaar

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 januari 1971

Daniel | 16 Pagina's