Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BRIEFWISSELING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BRIEFWISSELING

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Beste luid jes,

Zolang we nog jong zijn, en ons oordeel nog niet zo gefundeerd is als in een worstelende samenleving nodig is, moeten wij vooral voorzichtig zijn met onze lectuur. Rijp en groen moet maar niet dooreen gelezen. Want het jeugdig hart is zo ontvlambaar voor wat bepaald slecht is, maar, en dat is de andere zijde, ook voor wat op het eerste gehoor goed, schoon, zachtaardig is. En daarom is het zo groot, dat er een Wvord des Heeren is, een onbcdriegelijk kompas op onze reis door dit leven. En naast en op dat Woord gegrond dc belijdenis der kerk, onze Ned. Gel. Belijdenis, met de kostbare verklaringen der Gereformeerde leer, die ons door de vaderen zijn overgeleverd en onder ons nog gelezen worden. Want heus, de leer is beslissend voor ons leven.

Er is immers voortzetting in de leer der Schriften. Er valt zo maar geen nieuw leerstuk in d, c kerk, zie dat maar eens na. Er is continuïteit in de ontwikkeling en bewaring der leer, de Heere heeft beloofd dat Hij door zijn Geest zijn volk in de waarheid leiden zal en tot den einde met zijn kerk zal blijven. Uit het aanvaarden van deze voortzetting der waarheid, die zo belangrijk is, om niet heen en weder geslingerd te worden, volgt ook, dat het zeer verklaarbaar is, dat ivij aanknopen bij de reformatorische vaderen, dat wij dus in het verleden ons uitgangspunt nemen.

Het is niet bepaald een eigenschap van de jongelui om veel bij het verleden stil te staan. Toch is dat nodig om het tegenwoordige te kunnen waarderen. Dat er dus in prediking en catechisatie op de leer der gereformeerde vaderen wordt teruggegrepen, is niet „hopeloos ouderwets" maar zeer logisch, zeer verklaarbaar. En dat teruggaan strekt zich zo ver uit tot ge bij Adam terecht komt. Adam zondeloos, Adam gevallen, Adam verlost. Ellende, verlossing en dankbaarheid. Zeg niet, dat is weer saai» want in deze drie stukken, ik bedoel in onze kennis er van, ligt de leer der zaligheid. Tegenover de heidense ivijsgercn moest de eerste christenkerk haar leer verdedigen en zij vond in zich de door de H. Geest gewrochte kennis van deze drie stukken. Het ligt in zijn wezen zo: de kennis van God, de kennis van de mens als zijn schepsel en dan dc verhouding tussen die beide. Of zo als de Heidelberger het formuleert: van God de Vader en onze schepping, God de Zoon en onze verlossing. God dc II. Geest en onze heiligmaking.

Om deze drie pilaren of punten groeperen zich de leerstellingen van een gereformeerd volk. Dat moeten wij vasthouden en er ons nooit voor schamen. Bovenal, de Heere plant een weinigje van de kennis er van in het hart van zijn kinderen; dat behoedt voor afdwalen, want die Geest werkt herscheppend en verlichtend en verbindt onlosmakelijk aan God en Zijn dienst.

Onze leer gaat dus, als zij schriftuurlijk is, tot het Paradijs terug. Tot de beschrijving van wat die staat der rechtheid geweest is, begiftigd met Gods beeld, maar ook tot de diepe, vreselijke zondeval. Ook die moet in haar ontzettende gevolgen gepredikt worden. Het is zo ivaar wat ik van de „stoel" eens hoorde: als wij slap zijn in het preken van de val, zijn wij ook maar slap in het preken van de verlossing die in Christus is. — En is het niet troostrijk, uitzicht openend, dat wij in het Woord van Genesis voortgaande, vjéér een Adam ontmoeten, maar dan de laatste Adam, de Heere Christus zelve, die geworden is tot een levenmakenden Geest? Lees dat eens na in dat schone hoofdstuk, 1 Cor. 15.

Waarmede ik maar zeggen wil, dat de gereformeerde leer een troostleer is. Zij is ontdekkend, niets verbloemend, zij waarschuwt voor ons verderf. Is dat niet een kostbaar goed, die waarachtigheid? Maar ook, zij troost verslagen harten met overvloeiende genade. Vernedert de zondaar, maar verhoogt God boven alles!

Verontschuldig mijn langdradigheid. Ik wil iets schrijven over het lezen van verkeerde lectuur aan de hand van een ernstig voorbeeld uit de kerkgeschiedenis. Het zal dan gaan over enige theologische heren, over Duijfhuijs, Uitenboogaert, Simon Goulart en Acontius. In een volgende brief zal ik dat proberen te doen. Het is voor mij altijd maar probeerwerk, dat merkt U wel.

Met beste groeten,

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 juli 1951

Daniel | 8 Pagina's

BRIEFWISSELING

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 juli 1951

Daniel | 8 Pagina's