Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Doelwit · Sturen op hoofdlijnen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Doelwit · Sturen op hoofdlijnen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het wordt nog wel eens gezegd in een raadsvergadering: 'De raad dient op hoofdlijnen te sturen'. En het is waar. belangrijke doelstelling van de invoering van het dualisme op lokaal niveau is het vergroten van de efficiency van de besluitvorming door een heldere afbakening van taken en verantwoordelijkheden van enerzijds het college en anderzijds de gemeenteraad. De raad moet zich beperken tot het sturen op hoofdlijnen en het achteraf controleren van het gevoerde beleid door het college. Het college moet binnen de door de raad gestelde kaders het gemeentelijk beleid vormgeven en uitvoeren en daar aan de raad verantwoording over afleggen. Als de raad een goed gebruik maakt van haar kaderstellende en controlerende functie, kan het college slagvaardig en effectief optreden.

Tot zover de theorie. Maar hoe gaat het in de praktijk? Het sturen op hoofdlijnen blijkt lastig te verwezenlijken. Een raadslid is immers volksvertegenwoordiger! Daarom is het belangrijk dat hij de noden en zorgen van de gemeenschap kent en weet te vertalen naar politieke beslissingen en overheidsbeleid. In veel gemeenten grijpen de raadsleden alle gelegenheden aan om het college te bevragen op specifieke details en concrete cases. Raadsleden zijn dan vooral een doorgeefluik van wensen en verlangens uit de lokale samenleving, van burgers, het maatschappelijk middenveld en bedrijven.Voor het college is het moeilijk, zo niet onmogelijk om op deze ratjetoe van geluiden algemene beleidskaders te formuleren. Maar om nu de gemeenteraad haar verbindingsrol tussen gemeenschap en gemeentebestuur te ontzeggen, dat gaat toch ook te ver? Er zijn immers goede redenen om ervoor te pleiten dat ook de gemeenteraad - als gekozen volksvertegenwoordiging - op enigerlei wijze betrokken is bij de interactie tussen bestuur en samenleving.

De vraag is dan hoe de gemeenteraad ontsnapt aan een spagaat tussen enerzijds het op hoofdlijnen formuleren van beleidskaders en het overlaten van het invullen van de details aan het college en anderzijds het vervullen van een spilfunctie tussen het gemeentebestuur en gemeenschap. In dit artikel wordt nader uitgewerkt hoe het toch mogelijk is dat de gemeenteraad én op hoofdlijnen stuurt (kaders stelt en controleert) én de brugfunctie vervult tussen gemeentebestuur en samenleving. Daarbij heeft de gemeenteraad vooral tot taak om de betrokkenheid van de lokale gemeenschap bij de totstandkoming, uitvoering en evaluatie van beleid vorm te geven. Deze verbindende rol krijgt praktisch vorm door zich als gemeenteraad te concentreren op een aantal momenten in besluitvormingsprocessen en daarbij de rol van verbinder prak­ tisch in te vullen. Deze momenten zijn achtereenvolgens: - agendavorming; - het formuleren van kaders voor beleidsvorming; - het vaststellen van beleidsvoorstellen; - het beoordelen van beleidsresultatenen het eventueel bijstellen van beleid.

Agendavorming

Als het goed is, geeft de gemeenteraad actief invulling aan de lokale beleidsagenda.Aan het begin van een raadsperiode is het gebruikelijk dat er een raadsprogramma wordt vastgesteld. Dit is bij uitstek het moment dat verkiezingsprogramma's en collegeakkoorden worden vertaald in een politiek spoorboekje voor de komende periode. De kernthema's voor de komende jaren worden geformuleerd met daarbij de belangrijkste te realiseren doelstellingen. Daarmee kan het college en het ambtelijk apparaat aan de slag.

Uiteraard is het ook goed mogelijk dat de raad tussentijds punten aandraagt waarop beleidsvorming dient plaats te vinden. Om te weten wat er speelt in de lokale samenleving en op basis daarvan de politieke agenda te formuleren, is intensief contact met burgers, bedrijven en belangenorganisaties nodig. Deze partijen moeten de raad ook weten te vinden met hun wensen en verlangens. De raad kan dan, passend binnen de door zichzelf gestelde prioriteiten, een opdracht aan het college formuleren.

Uiteraard is het legitiem dat het college zelf thema's op de agenda plaatst. Het past dan wel bij een op hoofdlijnen sturende taak van de raad dat de raad aangeeft of zij akkoord gaat met een verdere uitwerking van deze thema's.

Kaderstelling

Gedurende de raadsperiode wordt er rond vele beleidsthema's beleid geformuleerd, in gang gezet en uitgevoerd. Het gemeentebestuur is hierbij sterk

afhankelijk van de inzet van burgers, bedrijven en maatschappelijk middenveld. Daar zijn vaak niet alleen de middelen (geld, grond, personeel) aanwezig om beleidsbeslissingen daadwerkelijk te kunnen uitvoeren, maar ook veel kennis en kunde die nodig is bij het formuleren van beleid.

Of het nu gaat om het opstellen van een beleidsnota (zoals een sportnota of seniorennota) of om het vormgeven van een ruimtelijke ontwikkeling (de realisatie van een jongerencentrum, het opstellen van een gemeentelijke structuurvisie), het is van groot belang dat het gemeentebestuur in overleg gaat met betrokken burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties. De gemeenteraad is bij uitstek het orgaan dat zich bezighoudt met het formuleren van de inhoudelijke, maar ook procedurele randvoorwaarden voor beleidsvorming. Inhoudelijke randvoorwaarden zijn vaak slechts globaal (de basisvraag, inhoudelijke kaders) omdat vooraf niet is aan te geven hoe een beleidsvoorstel er uiteindelijk uit moet zien. Procedurele randvoorwaarden kunnen strikter zijn. Betrokken partijen moeten weten wat hun rol is en waar zij wel of niet over mogen beslissen. Zij moeten weten of zij er onderling uit moeten komen of dat zij meerdere varianten aan de raad mogen voorleggen. Daarnaast dient de raad erop toe te zien dat met de deelnemende partijen alle relevante belangen zijn vertegenwoordigd.Voorbeeld: als de kerken stelselmatig niet betrokken zijn bij de totstandkoming van het lokale welzijnsbeleid is het goed dat de SGP daar aandacht voor vraagt.

Besluitvorming

Wanneer dat niet aan het college is gedelegeerd, besluit de raad over beleidsbeslissingen. Dit is een belangrijk moment om politieke standpunten te verwoorden en deze te vertalen in concrete besluiten, die door college en ambtenaren uitgevoerd moeten worden. Daarbij past een afweging van het voorliggende beleidsvoorstel in een breder perspectief en het expliciteren van de voorwaarden waaraan de uitvoering dient te voldoen.

Tegelijk past hier een bescheiden opstelling door de raad. Als zij duidelijk heeft aangegeven binnen welke kaders de beleidsvorming moest plaatsvinden en er binnen deze kaders een aanvaardbaar voorstel ligt, gedragen door amb- telijk apparaat, college en andere betrokken partijen, past een marginale toetsing. Zo komt de betrokkenheid van burgers en maatschappelijke organisaties tot zijn recht. Zo komt ook de rol van de raad als sturend op hoofdlijnen tot uiting.Als een voorstel past binnen het raadsprogramma en binnen de vooraf geformuleerde randvoorv»/aarden, is het niet opportuun om daar in de eindfase nog van alles te v/ijzigen. Dat kan het vertrouwen in de gemeentelijke overheid sterk doen verminderen.

Controle

Periodiek legt het college verantwoording af over het gevoerde beleid. Een belangrijke taak van de gemeenteraad is het toetsen van eindresultaten. Zowel de (vaak meer impliciete) verantwoording in een productenbegroting, als de meer expliciete verantwoording over specifieke beleidsterreinen, kan op een zinvolle wijze worden aangevuld met inbreng van betrokken organisaties en burgers.

De raad kan de informatievoorziening door het college verrijken met bijvoorbeeld een hoorzitting waarin betrokken organisaties hun ervaringen met het beleid kunnen weergeven. Ook gebruikers van gemeentelijke diensten kunnen bij een dergelijke evaluatie worden betrokken. In Capelle aan den IJssel wordt op initiatief van de SGP-fractie een jaarlijkse armoededag georganiseerd, waarop het college verantwoording aflegt over de effectiviteit van het armoedebeleid en de raad de verschillende betrokken organisaties hoort over hun ervaringen. Er zijn immers veel organisaties betrokken bij de uitvoering van dit beleid die veel nuttige inbreng kunnen hebben als het gaat om de vraag hoe het beleid beter en efficiënter kan. Er zijn ook instanties die van nabij zien hoe het armoedebeleid werkt en welke effecten het heeft (zoals ouderenorganisaties, welzijnsorganisaties en kerken). Het is van groot belang dat deze organisaties worden gehoord. Op basis hiervan kan de raad komen met voorstellen over de te verdelen middelen in het kader van de armoedebestrijding.

Het hoort bij de kaderstellende functie van de gemeenteraad dat zij de met college en gesubsidieerde instanties afgesproken prestatie-indicatoren periodiek toetst en zonodig aanscherpt. Dat kan niet evenwichtig en transparant gebeuren als de betrokken instanties niet

zelf verantwoording afleggen over hun prestaties. Daarom heeft de SGP-fractie van Capelle in haar verkiezingsprogramma het voorstel opgenomen om te komen tot een jaarlijkse verantwoordingsdag waarop gesubsidieerde instellingen en raad met elkaar praten over de taken van deze instanties, hun prestaties en de subsidie die daar tegenover staat.

Betrokken gemeenschap

Een gemeentebestuur dat in samenspraak met de gemeenschap beleid wil vormgeven, uitvoeren en evalueren, heeft de actieve betrokkenheid van deze gemeenschap nodig'. Hier ligt ook een taak voor de achterban van de SGP Het is van groot belang dat kerken, welzijnsinstellingen, schoolverenigingen en welke organisaties er ook mogen zijn, openstaan om het contact met de gemeente aan te gaan om mee te denken. Het welzijn van de hele samenleving kan er mee gebaat zijn!

De plaatselijke SGP-fractie kan daarbij een bemiddelingsrol vervullen. Als er een platform wordt opgericht dat de invoering van deWMO begeleidt, is het zaak dat daar ook de kerken, de plaatselijke NPV-afdeling en andere christelijke zorginstellingen aan tafel zitten. De SGP- fractie kan zich daar voor inspannen. Daarnaast is het van belang dat zij zich inspant om mensen uit de eigen achterban te enthousiasmeren om zitting te nemen in de vele verbanden die onze lokale samenleving rijk is.Voorbeelden zijn er legio: het recreatieschap, het bestuur van de bibliotheek, de wijkraad, het seniorenplatform et cetera. Ook het actief participeren in concrete projecten in de wijk of in de gemeente kan worden aangemoedigd. Op die wijze kan het staatkundig gereformeerde

geluid veel breder en vaak ook veel sterker doorklinken dan wanneer dit alleen in de raad wordt vertolkt. Een betrokken achterban kan op deze wijze een op hoofdlijnen sturende fractie aanvullen en ondersteunen.

Reflectie

Door zich te positioneren tussen lokaal bestuur en lokale gemeenschap en actief te werken aan een goede verhouding tussen beide, kan de raad daadwerkelijk op hoofdlijnen sturen. Daarbij lijkt het alsof zij inhoudelijk een stapje terugdoet. Maar dat is slechts schijn. Een raad die zich op de cruciale momenten bemoeit met de gemeentelijke besluitvorming kan genoeg invloed uitoefenen om aan haar taak als 'hoogste orgaan in de gemeente' te blijven voldoen. Maar nog meer kan zij betekenen wanneer zij een goed samenspel tussen bestuur en gemeenschap weet te realiseren en waarborgt dat beleidsvorming plaatsvindt in een transparant verkeer tussen bestuur en samenleving, met daarbij een meer afstandelijke maar tegelijk centrale rol voor de gekozen volksvertegenwoordiging.

drs.Arwin van Buuren

Drs. M.W. van Buuren is verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en kandidaat gemeenteraadslid in Capelle aan den IJssel (vanbuuren@fsw.eur.nl; 010-4082635).

' In een binnenkort bij het Studiecentrum teverschijnen nota wordt nader ingegaan op dewijze waarop overheden in samenspraak methet maatschappelijk middenveld beleid kunnenvormgeven. Daar wordt ook meer in het bijzonder ingegaan op de rol die de SCP daarin kanvervullen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 2006

De Banier | 24 Pagina's

Doelwit · Sturen op hoofdlijnen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 2006

De Banier | 24 Pagina's