Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christus gewillig sterven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christus gewillig sterven

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

En Jezus roepende met grote st^m, zeide: Vader, in Uwe handen beveel Ik Mijn geest. En als Hij dat gezegd had, gaf Hij de geest. Lucas 23:46.

Christus' sterven is een gewillig sterven geweest. Hoe geven de laatste woorden, door Christus aan het kruishout gesproken, ons daar een overtuigend bewijs van; Wel was de zoen- en kruisdood van Christus noodzakelijk ter voldoening aan Gods recht, maar dat zegt ons nog niet dat deze dood als door overheersende dwang Hem was opgelegd. Integendeel, de Borg en Middelaar had Zich tot zulk een dood van eeuwigheid vrijwillig verbonden. De liefde van Christus tot de volkomen verheerlijking van Zijns Vaders deugden, deed hem van eeuwigheid Zich Borg stellen voor de verkorenen Zijns Vaders, opdat in hen, naar het eeuwig welbehagen des Vaders, de glans en luister van de goddelijke deugden zou uitblinken. Zou 'nu nooit de gerechtigheid Gods volkomen bevrediging vinden en het uitverkoren Sion Gods door recht verlost worden, dan was het noodzakelijk dat Christus Zich ter voldoening aan die geschonden gerechtigheid Zijns Vaders in de plaats van Zijn volk in de dood gaf. Noodzakelijk was dus de dood van Christus, omdat Gods gerechtigheid met niets minder was te voldoen, maar desniettegenstaande, is dit sterven van Christus een daad Zijner liefde geweest tot Gods volmaaktheden en tot Zijn volk. De gewilligheid des Middelaars in het brengen van het offer. dat alleen Gods toorn stillen kon, ontsluit op zulk een volheerlijke wijze de ruime mogelijkheid der verlossing in Hem voor een verloren Adamskind. Wanneer in 't natuurlijke leven enig werk door iemand gedwongen moet worden verricht, dan is het te betwijfelen of dit werk wel getrouwelijk in alle delen tot. het einde toe zal worden volbracht. Maar bij Christus laat het geen twijfel over of Hij de beker van Gods toorn wel tot de bodem toe zal hebben geledigd. Zijn eigen lippen hebben het geuit, als Hij aan het kruishout uitriep; „Het is volbracht!" Hoe geeft dit aan Gods knechten de vrijmoedigheid om Christus als een volkomen Zaligmaker te prediken. Voor een zich gans verloren kennend mensenkind ligt in Christus de ruimte van eeuwige verlossing en behoudenis der ziel. Nooit, nooit kan de rijke overvloed der genade door Christus voor een in waarheid zich gans doemwaardig kennend volk verworven, " te ruim worden voorgesteld. Aan hen kan het onuitsprekelijke heil en de eeuwige zaligheid door Christus zo gewillig voor hen verdiend^ met alle nadruk welgemeend gepredikt worden. Voor een volk dat buiten de verheerlijking van Gods gerechtigheid geen zaligheid voor hun ziel meer zoeken wil en vinden kan, is in Christus een nooit genoeg te bewonderen verlossing te verkrijgen, gepaard gaande met de volheerlijkste opluistering van de Goddelijke deugden.

Door Hem is het een zalig worden uit genade alleen. Maar juist dat zalig worden uit genade, houdt Gods volk zo lange tijd van dat vertroostend leven uit de dóór Hem zo gewillig verworven zaligheid vreemd. Zolang de aan schuld ontdekte zondaar zijn zaligheid nog meent te kunnen zoeken buiten Christus om, zal hij het niet laten, Hoe noodzakelijk is het toch dat Gods volk met alle beweegoffers en wettische plichtsbetrachtingen in de dood terecht komt, opdat er op grond van al dat wettisch werk geen hope overblijft om ooit nog Gods gerechtigheid te kunnen bevredigen. Dan zal er geen ontkoming van het oordeel voor de mens meer overschieten en de teneinde raad gebrachte zondaar zich voor de poorten des doods gesteld zien. Gods gerechtigheid vraagt geen betaling meer met eigengerechtigd werk, maar eist een ondergaan van het vonnis des doods.

Hier ziet de zondaar zich red- en radeloos verloren. Maar hier ligt juist de behoudenis in Hem, Die 'gewillig aan het vloekhout des kruises Zijn ziel in de handen Zijns Vaders gegeven heeft.' O hoeveel omvattend is toch de uitroep van Christus aan het kruis die we in bovenstaande woorden uit Zijn mond beluisteren. In deze aanbeveling van Zijn ziel in de handen Zijns Vaders, gaf Christus de uitspraak van het recht geheel en al aan Zijn Vader over. De rechter moet uitspraak doen, zal de verlossing waarde hebben. Nadat Christus de volkomen voldoening als Borg gegeven had, gaf Hij het verder aan Zijn'Vader over. Hierin schittert weer zo heerlijk de liefde uit, die Christus had tot het recht Zijns Vaders. Alles volbracht hebbende, begeert Hij nu niats anders meer dan dat Zijns Vaders veriustiginy'oujken zal in de volkomen verheerlijking van Zijn gerechtigheid in het door Christus gebrachte offer. Zo ging de Borg en. Middelaar gewillig de dood in, opdat de gerechtigheid Zijns Vaders daardoor tevreden gesteld zijnde, in haar heerlijkheid te meer zou uitstralen in Zijn opstanding waarin de Vader de uitspraak vallen liet. O, dat toch Gods volk er de lering uit trekken mocht om niet eerder rust te vinden voor hun ziel dan dat God de Vader, als Handhaver van het recht, die uitspraak in hun hart liet horen. Zovelen zijn bij gevolgtrekkingen gaan leven en stellen zich gerust op grond van hetgeen hun ziel wel eens uit de waardij van Christus' Middelaarsverdiensten is ontdekt geworden. Zij hebben Christus gevolgd tot aan het kruis, maar zijn niet begerig geworden om de uitspraak van het recht in hun hart te horen. Zo zijn ze .gaan leven uit hun beschouwing en daaruit gaan spreken voor dat God gesproken heeft. Hoe moet toch de lering die voor Gods volk in dit sterven van Christus ligt, velen tot beschaming leiden. Hier aan het kruis, waar de Goddelijke gerechtigheid het uitgesproken vonnis voltrok, ging Christus de dood in, , gewillig, opdat Hij zwijgen zou totdat thans Zijn Vader het eerste aan het woord zou gekomen zijn. Er moet eens een ogenblik in het leven van Gods volk aanbreken waarin zij zwijgen zullen in de goddelijke gerichtshandelingen in hun ziel, totdat de uitspraak van het recht in hun ziel weerklonken is. Gods volk mocht het in de stand van hun bekommering eens inzien dat zij nog steeds aan het woord zijn met al hun wettische klachten, waardoor hun ziel van die zalige verlossing door Christus voor Zijn volk teweeggebracht, wordt afgehouden. Die verlossing heeft Christus Zijn kerk bereid in Zijn gewillig sterven aan het vloekhout des kruises. Die verlossing wordt welbewust het deel van Gods volk, waar Gods gerechtigheid haar volvoering krijgt in hun harten en zij op al de vloekspraken van Ebal niets meer hebben in te brengen. Wat wordt hier het plaatsbekledend, borgtochtelijk werk van de Middelaar hun ziel dierbaar als het hun wordt toegepast. De Vader spreekt Zelf hier hun ziel vrij. Op grond van Christus' zoen- en kruisdood wordt de zondaar met God verzoend en mag hij barmhartigheid op grond van recht van God ontvangen. Het kruis van Christus wordt de grond en het voorwerp van de roem des geloofs van Gods volk. , , Want ik heb niet voorgenomen iets te weten onder U, dan Jezus Christus en Die gekruist, " zo zegt Paulus in 1 Cor. 2 : 2. En in Gal. 6 : 14: „Maar het zij verre van mij, dat ik zou roemen anders dan in het kruis van onze Heere Jezus Christus." Dit deed Da Costa zingen: In het kruis zal 'k eeuwig roemen! En geen wet zal mij verdoemen; Christus droeg de vloek voor mij! Christus is voor mij gestorven, Heeft geiia voor mij verworven! 'k Ben van dood en doemschuld vrij!

Wie op een andere grondslag bouwt, bouwt evenals de dwazf bouwer, op een zandgrond en zijn huis zal eens bezwijken. We moeten van al onze gemoedelijke gronden eens afgestoten worden, opdat we op de grondslag van Christus' heilsverdiensten gefundeerd worden. Hoe troostvol wordt dan dit gewillig sterven van Christus ook voor het verdere leven. David, die als type van de Middelaar deze zelfde woorden van Christus gesproken heeft in de een-en-dertigste Psaim, heeft ongetwijfeld de rijke betekenis er van verstaan. Hoe gelukkig is dat volk dat op zekere gronden hun geest voor tijd en eeuwigheid in de handen des Heeren mogen overgeven. Hun geheel oprechte geest en ziel en lichaam zullen onberispelijk bewaard worden in de toekomst van onze Heere Jezus Christus. Van de geest des mensen wordt in de Schrift gesproken, zoals daardoor te verstaan is de redelijke werking der ziel. Zo wordt ook het woord hart in overdrachtelijke zin gebruikt. Uit dat hart zijn de uitgangen des fevens, als denken, willen, kennen en begeren.

Welk een voorrecht als nu al die vermogens der ziel gevangen mogen worden gelegd onder de gehoorzaamheid van Christus en in de handen des Heeren overgegeven. Zo zullen we doden de leden die op aarde zijn, in de' gemeenschap aan het lijden en sterven van Christus. Werden deze oefeningen des geloofs in de waarachtige heiligmaking bij Gods volk maar meer gevonden; ze zouden dagelijks sterven aan alles wat buiten God en Christus is en hun leven werd hun Christus verborgen in God. Gods eer werd dan hun hoogste vermaking en zij raakten hoe langer hoe meer met al hun willen en begeren op de achtergrond. Zou Gods volk er niet begerig naar moeten zijn om zo verenigd met de wil en ere Gods te leven? Zijn het niet de zaligste ogenblikken, als zij eens niets meer te vertellen hebben? Maar waar hapert het zoveel bij Gods volk, .waarom ze zulk een leven niet bezitten? Zijn niet velen onder hen tot een afschrikwekkende hoogte in hun bekering en rechtvaardigmaking opgeklommen, waardoor de valleien van ootmoed onbekend blijven? Is dat de oorzaak ^iet waardoor ze voor zoveel afhoereringen blootliggen? Om onze geest in de handen des Heeren dver te geven en Hem over onze geest te laten regeren, moeten we met al onze ervaringen een onbekeerd mens voor God worden en met al onze bevindingen in de dood terecht komen. Want wij die. leven, worden altijd in de dood overgegeven om Jezus' wil, opdat ook het leven van Jezus in ons sterfelijk vlees zoude geopenbaard worden. Welk een zielsprofijtelijk leven is dat, waarin we in Christus onze vrucht tot heiligmaking leren zoeken. Zo zullen we onze geest in de

handen des Heeren overgeven en zoveel gemeenschap aan het lijden en sterven van Christus krijgen, dat we als vrucht daarvan, als onze vijanden ons smaden en lasteren en onze eer omlaag gehaald wordt, het laatste woord aan God overgeven en zelf zwijgen. Gods eer en de kroon op het hoofd van de Middelaar wordt hier het hoogste doel van hen die in deze stand des levens in de volste zin des woord genoemd kunnen worden: armen van geest.

En tenslotte, welk een troost vloeit uit deze overgave van de geest van Christus in de handen Zijns Vaders, voor Zijn volk in de ure van hun sterven. God heeft hun geest in handen en handelt er mee naar Zijn welgevallen. Zo behoeven ze niet te vrezen voor degenen die het lichaam kunnen doden en daarna niet meer kunnen doen. Hun geest is in de hand des Heeren. En als het ogenblik van hun sterven komt, wat zal dan hun sterven veel heerlijker zijn dan van hem die sterft zoals hij geboren is. De mens, door zijn val de dood onderworpen zijnde, en in zijn natuurstaat stervende, moet de geest geven omdat God hem neemt. Dit is geen gewillig geven van zijn geest. O arme mens, die in de ure des doods alle mogelijke moeite doet om zijn geest te behouden! Christus gaf Zijn geest gewillig in de handen Zijns Vaders. En als Hij dat gezegd had, gaf Hij de geest. Nu mag ook Gods volk de geest geven. De dag des doods is hun beter dan de dag waarop zij geboren werden. Volk van God zoudt ge er niet meer naar moeten verlangen? Wat is er dat U nog aan de aarde bindt, daar toch de kwellingen des geestes bij U vele moesten zijn? Zoudt ge er niet naar moeten gaan verlangen, om Uw geest in het sterven eens in de handen des Heeren voor goed over te geven? Is God het niet waardig dat Hij uw geest zo spoedig mogelijk voor eeuwig in Zijn handen heeft? O dat zalig vallen in de stervensure in de handen Gods. Gods volk leert onvoorwaardelijk sterven en de geest ge-willig geven uit de innerlijke betrekking hunner ziel, op dat volzalig Goddelijk Wezen. Bij zulk een geest geven in het stervensuur komt geen hemel of hel in aanmerking. O, gelukkig als God u in het sterven geen kwaad meer doen kan. Dat kan het verlangen bij Gods volk wel eens sterk doen worden om door het sterven God in de handen te mogen vallen. O eeuwigheid, kom ras! 'k Wou dat ik bij U was!

Dat is geen sterven meer. Dat wordt eeuwig in Gods liefde, en Gods wil en in Gods eer verslonden zijn. Onbekeerden van hart, wat zijt ge arm! Naamloos arm! Gij moet straks de geest geven en waar is hij dan? Och stelt uwzelf in alle ernst deze grote levensvraag. Dan zult ge moeten zwijgen in het eeuwig recht des Heeren. Het zal een moeten zwijgen zijn, omdat ge op duizend vragen niet één antwoord geven kunt. Ge hebt maar éne ziel, och, handelt er toch niet roekeloos mee en verkoopt haar niet aan de zonden en ongerechtigheid. Ziel verloren is alles verloren, ja voor eeuwig verloren! God geve U geen rust meer voor dat ge weet te mogen sterven gelijk Gods volk. Volk van God, Christus ging dadelijk bij het sterven de hemel in en de moordenaar volgde Hem terstond. Moordenaars mogen Jezus volgen, zonder een vagevuur gepasseerd te hebben. Heden zult ge met Mij in het Paradijs ^ijn. Welk een vagevuurgedachte is er dikwijls nog bij Gods volk te vinden. Ze zouden nog als een heilige willen sterven. Wat doet dat verbroken werkverbond nog een geweld op dat volk. Wat i^an de waarneming van de overblijfselen der zonden hun ziel nog bevreesd maken voor de dood. En juist moest dat hen naar de dood doen verlangen, want hier raken zij toch nimmer van die overgebleven Kanaanieten verlost. Maar in de dood zal het gelden, „mijn ziel sterve met de Filistijnen!" Dan sterven alle Filistijnen mee. O, onuitsprekelijke verlossing!

B. M.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 april 1949

De Saambinder | 4 Pagina's

Christus gewillig sterven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 april 1949

De Saambinder | 4 Pagina's