Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het principiële, heldere schrijven van L. Strengholt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het principiële, heldere schrijven van L. Strengholt

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van wijlen prof. dr. L. Strengholt, de christelijke gereformeerde hoogleraar in de Nederlandse letterkunde van vóór 1770 aan de VU, heb ik wel eens horen verluiden dat hij wat aan de pessimistische kant was. Ik kan dat niet beoordelen, want ik heb hem niet persoonlijk gekend. Maar na lezing van de stukjes, die hij onder de titel „Steentje in de vijver" gedurende 7½ jaar heeft geschreven voor het blad van de Bond van Chr. Geref. Vrouwenverenigingen, moet ik tot de conclusie komen dat het woord pessimistisch hier niet op zijn plaats is. Wel heb ik de indruk dat hij erg attent was op de donkere kanten van het leven, resp. op de negatieve ontwikkelingen op het terrein der geesten.

In een van zijn - met hulp van een dochter - postuum gebundelde Steentjes schreef hij „tot de slotsom (te zijn) gekomen dat onze laattwintigste-eeuwse cultuur de trekken van de eindtijd vertoont". Dat verleidde hem niet tot zwartgalligheid. Wel beïnvloedde het zijn prioriteiten. Genieten van het goede der aarde, dat mág, maar men vrage zich wel af of we wellicht niet argeloos blootstaan aan ernstige risico's van onze westerse welvaart, inclusief de diep gewortelde behoefte aan genot.

De laatste publikatie, die ik van prof. Strengholt las, was zijn interessante boekje over de dichter Constantijn Huygens, uitgegeven ter gelegenheid van diens 300ste sterfdag in 1987. Wat de Steentjes betreft, die lagen eigenlijk ver buiten zijn vakgebied, al kwam een enkele keer de neerlandicus wel even om de hoek kijken, bijvoorbeeld toen hij als „taalmannetje" aan onze dominees „een bescheiden advies" gaf: „Toets bij de voorbereiding van de preek eens, hoeveel woorden u bezigt die u nooit eerder in een preek hebt gebruikt. Hetzelfde geldt voor beelden en vergelijkingen. Stilistische variatie is ongelooflijk belangrijk voor iemand die geregeld voor een zelfde groep mensen spreken moet."

De onderwerpen, die hij in zijn columns voor de dames behandelde, waren op uitzonderingen na zeer lezenswaardig. Vaak ging het om principiële zaken. De kwestie van Gods almacht, bijvoorbeeld. Schepping en evolutie, de keuze van onze lectuur, het vraagstuk van de euthanasie, de identiteit van de christelijke school of, dicht bij huis, de gevaren van groepsvorming in onze kerken. Soms waren de stukjes sterk appellerend, en ook wel ontdekkend, bijvoorbeeld dat waarin hij een dichtregel van Henriëtte Roland Holst erboven plaatste: „Het leed der wereld doet mij vaak niet slapen".
Over gewone, praktische zaken schreef Strengholt ook, zoals de cultus van het elkaar bij de voornaam noemen of de rookgewoonte. Maar iets is zelden alleen maar gewoon of praktisch. Achter de mode van het elkaar bij de voornaam noemen, bespeurde hij een niet gezonde drang tot nivellering en met betrekking tot het roken schreef hij: „We zijn niet bepaald een christelijk voorbeeld voor de jeugd als we niet bij machte zijn het roken na te laten", in welk verband hij de kerkeraadsleden, die na een lange avond vergaderen in een beneveld vertrek, tenslotte op huis aangaan, geestig omschreef als „ambtsdragers als doorrookte palingen". In dit verband herinner ik mij dat 40 jaar geleden ds. B. Nederlof, reagerend op opmerkingen, dat Gods volk geen behoefte heeft aan cultuur, deze gedachte pareerde met de vraag of Gods volk dan wel behoefte heeft aan sigaren.
Bij de samenstelling van de bundel Steentjes is er naar gestreefd al te gedateerde stukjes achterwege te laten. De auteur knoopte namelijk menigmaal aan bij iets dat in het nieuws was. In bijna alle gevallen zijn nu de gebundelde schrijfsels nog altijd actueel. Het is een goede gedachte geweest om deze publikaties, destijds verschenen in beperkte kring, nu voor een breder publiek toegankelijk te maken. Het zijn in heldere taal neergeschreven gedachten van een man, die behoudend was maar verre van behoudzuchtig. Iemand die schreef vanuit het besef dat hij was cultuurdrager èn kruisdrager. In november '91 is het twee jaar geleden dat prof. Strengholt, nog slechts 58, zeer onverwacht overleed.
L. Strengholt: Steentje in de vijver. Uitgave Vijlbrief/Haarlem, ƒ 14,50.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 1991

De Wekker | 16 Pagina's

Het principiële, heldere schrijven van L. Strengholt

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 1991

De Wekker | 16 Pagina's