Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In het verleden ligt het heden …

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In het verleden ligt het heden …

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Geschiedenis is verleden tijd
Sommige lezers zullen in de woorden die boven deze bijdrage staan het eerste deel van een bekende uitspraak herkend hebben. De bedoelde uitspraak, afkomstig van de Nederlandse dichter en geleerde Willem Bilderdijk (1756-1831), luidt in haar geheel: ‘In het verleden ligt het heden, in het nu wat worden zal.’ De bedoeling zal duidelijk zijn. Het heden is niet te begrijpen of te verklaren zonder kennis van het verleden. Gebeurtenissen van korter en langer geleden blijken hun doorwerking te hebben tot op de huidige dag. Tegelijkertijd zijn daden, beslissingen en gebeurtenissen van vandaag van betekenis voor de toekomst.

Het woord van Bilderdijk kwam bij mij boven naar aanleiding van een bericht in de pers, dat de kennis van de vaderlandse geschiedenis bij de Nederlanders gebrekkig is. Duizend mensen werden ondervraagd op hun kennis van de vaderlandse geschiedenis, zoals de leerlingen van de basisscholen zich die eigen moeten maken. Wat bleek? De gemiddelde score was een 5,2. Om een indruk te geven: slechts 17 procent van de ondervraagden wist dat Nederland pas in de 19de eeuw een koninkrijk werd, terwijl ongeveer 50 procent van de ondervraagden niet wist welke eeuw bekend staat als de Gouden Eeuw. Ouders haalden voor de test een 6, de mensen tussen de 16 en 34 jaar slechts een 4,4. Tenslotte teken ik nog aan dat de test louter uit meerkeuzevragen bestond …

Hoe zal het gesteld zijn met het verstaan en doorgronden van het heden, als het verleden zo’n grote onbekende is? Is er wellicht een verband tussen de huidige publieke en politieke verwarring enerzijds en de vervreemding van de eigen geschiedenis anderzijds? Zijn we, zonder besef van het verleden van ons volk en vaderland, niet te meer overgeleverd aan de waan van de dag? Dat is trouwens niet de voornaamste reden om in deze rubriek aandacht te vragen voor dit probleem. Want een probleem is het. Denkelijk ook in de eigen kring. Neem het geschiedenisboek van een van de kinderen er maar eens bij. De voornaamste reden is dat juist in het boek van de geschiedenis de hand van de Heere op te merken is. We horen de Nederlandse Geloofsbelijdenis toch uitspreken dat die hand is in ‘de schepping, onderhouding én regering der gehele wereld’ (art.2)? Iets waarvan in de Schrift zelf de geschiedenis van Esther een prachtig voorbeeld is. Zonder dat Gods Naam in het kleine boekje te vinden is, zal het geloofsoog Zijn hand op elke bladzijde ervan opmerken! Groen van Prinsterer had goede redenen om de geschiedenis te noemen ‘het vlammend schrift van den heiligen God’. Trouwens, bezingt ook Psalm 78 niet ‘des HEEREN lof uit ’s lands historieblaân’?

Heilsgeschiedenis
Uiteraard wordt daar in Psalm 78 in de eerste plaats de geschiedenis van Gods oude volk, van Israël, mee bedoeld. In 72 verzen doet Asaf daar een geschiedenisboekje over open. Hij vestigt oog en hart op de grote werken van de Heere in het verleden van dat volk. Tot lering. Tot bekering. Wanneer we op deze plaats een pleidooi voeren voor meer kennis van de geschiedenis, willen we dan ook dáármee beginnen. Het blijkt nog wel eens - en dan niet enkel bij de jeugd - dat het ook met de kennis van de heilsgeschiedenis niet altijd even best gesteld is. Wanneer we de Schriftlezing opgeven, komt er voor sommigen heel wat geblader aan te pas eer het te lezen gedeelte voorligt. Als de plaats van het boek al zo weinig vertrouwd is, hoe zal het dan met de inhoud ervan zijn? Mogen we ieder uitnodigen te graven in de Schriften? Die zijn het immers, die van de Zaligmaker getuigen?! Het ware geloof behelst immers een hartelijk vertrouwen, dat gevoed wordt door de kennis?

Kerkgeschiedenis
In het verlengde van de heilsgeschiedenis vragen we vervolgens aandacht voor de kerkgeschiedenis. Voor we meewarig het hoofd schudden over zo weinig kennis van de vaderlandse geschiedenis bij de gemiddelde Nederlander, mogen we ons eerst wel afvragen hoe het staat met onze kennis van de gang van de kerk der eeuwen. Ook dienaangaande is het woord van Bilderdijk behartenswaardig: ‘In het verleden ligt in het heden, in het nu wat worden zal.’ Al was het maar omdat gedachten die zich als nieuw aandienen, bij nader inzien al van heel oude datum blijken te zijn. Uiteraard evenzeer om, beseffend wat de Heere in het verleden werkte en schonk, het pand te bewaren dat ons is toebetrouwd.

Vaderlandse geschiedenis
Tenslotte komen we daar uit, waarmee we het artikel ook begonnen zijn: de kennis van de vaderlandse geschiedenis. Die kennis is belangrijk omdat we ook in de vaderlandse geschiedenis de hand van de Heere hebben op te merken. Over dit onderwerp schreef de zeventiende-eeuwse predikant Abraham van de(r) Velde, tijdgenoot en vriend van Voetius en Van Lodenstein, het bekend geworden boek De wonderen des Allerhoogsten. In de inleiding van zijn boek schrijft hij dat de wondere werken van God juist in de leiding en regering van Zijn volk, Zijn gemeente en erfdeel zo heerlijk openbaar komen. Een enkele zin nemen we hier over: ‘Indien enig land of volk deze genadige wonderwerken Gods heeft ondervonden; zo enig volk is gebracht in water en in vuur, en door een hoge hand, buiten en boven alle verwachting, in een overvloedige verversing; indien bij gevolg enig land of volk oorzaak heeft om dienaangaande de grote God te verheerlijken; het is dit ons lieve vaderland.’ Volgens Van de(r) Velde is het dan ook de plicht van ieder huisvader om deze wonderwerken Gods, aan de Nederlanden bewezen, zijn huisgenoten te leren en in te scherpen. Hiervoor verwijst hij de lezer naar Deuteronomium 4:9: ‘Alleenlijk wacht u en bewaar uw ziel wel, dat gij niet vergeet de dingen, die uw ogen gezien hebben; en dat zij niet van uw hart wijken al de dagen uws levens; en gij zult ze uw kinderen en uw kindskinderen bekendmaken.’

Afronding
De lezer van ons blad wordt gevraagd dit artikel als een aanbeveling van grondiger kennis van de geschiedenis ter harte te nemen. Anders is de kennis van de geschiedenis straks verleden tijd. Iets, wat bijzonder schadelijk zal blijken te zijn. Wie de lessen van geschiedenis niet leert, is gedoemd ze over te doen. Afrondend voegen we daar nog het advies aan toe de bronnen ter hand te nemen. De kennis van en de liefde voor de geschiedenis, ook als schoolvak, worden niet vooral met audiovisuele hulpmiddelen overgedragen. Al kunnen ze behulpzaam zijn. Om de stemmen uit het verleden werkelijk te verstaan, zullen we ons de inspanning moeten getroosten met hun spraak vertrouwd te zijn. Bovenal zal het gaan om ‘des HEEREN lof uit ’s lands historieblaân’. Om niet te vergeten. Verwonderd en dankbaar vanwege dat wat de Heere in deze lage landen werkte. Tot verootmoediging. Beschaamd vanwege het verlaten van het heilspoor. Verlangend naar, verlegen om de wonderen des Allerhoogsten.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 mei 2008

Kerkblad | 12 Pagina's

In het verleden ligt het heden …

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 mei 2008

Kerkblad | 12 Pagina's