Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De draak en de vrouw rond Christus hemelvaart

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De draak en de vrouw rond Christus hemelvaart

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

En toen de draak zag dat hij op de aarde geworpen was, zo heeft hij de vrouw vervolgd. En aan de vrouw zijn gegeven twee vleugels van een grote arend. Openb. 12 : 13a en 14a.

De hemelvaartsdag valt dit jaar samen met de bevrijdingsdag. Al weer zestig jaar geleden is de Tweede Wereldoorlog voor Nazi-Duitsland op een nederlaag uitgelopen. De ideologie van het Nationaal Socialisme vertoonde demonische trekken. Maar Gode zij dank kwam er een einde aan de afschuwelijke terreur van die donkere oorlogsjaren. In de bevrijding erkennen we Gods krachtige hand. Christus bleek sterker te zijn dan de machten van de duisternis.

Nu, Zijn macht blijkt ook in Openbaring 12. In een visioen krijgt Johannes een bijzonder aspect van de hemelvaart te zien. Na Jezus' opneming in de hemel is er een geweldige strijd uitgebroken. Twee legers staan tegenover elkaar. Aan de ene kant een grote rode draak. De aanblik van dit bloeddorstige monster moet een verschrikkelijk gezicht geweest zijn. De draak is de belichaming van de satan die een heel leger boze engelen heeft gemobiliseerd. Aan de andere kant de engel Michael die eveneens aan het hoofd van een schare (goede) engelen staat. De beide legers raken slaags in een grimmig gevecht op leven en dood. Maar de afloop is dat de draak op de aarde geworpen wordt! Ondertussen wordt de boze de toegang tot de hemel voorgoed ontzegd.

Voorheen kon de duivel op één of andere manier toch voor God verschijnen. Waarom? Om de gelovigen aan te klagen. In vers 10 heet hij 'de verklager van onze broeders'. Als zodanig heeft hij bijvoorbeeld het geloof van Job bij God verdacht willen maken. We kunnen ook denken aan de hogepriester Jozua uit één van de nachtgezichten van Zacharia. De satan deed een poging om hem bij God in ongenade te laten vallen. Hij wordt met recht een aanklager genoemd. Maar sinds de hemelvaart is het met dit boze spel van de duivel gedaan. In Romeinen 8 : 33 roept Paulus bijna triomfantelijk uit: ie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? Niemand, bedoelt de apostel. En wel omdat de Heere Jezus plaats heeft genomen aan Gods rechterhand. Hij pleit de gelovigen vrij door de Vader Zijn doorboorde handen voor te houden. En daarom is er geen enkele ruimte meer om Zijn volgelingen te beschuldigen. Vandaar dat de draak uit de hemel is gewoipen. Jezus' troonsbestijging betekende een nederlaag voor de oude slang.

Het betreft een wat minder bekend aspect van de hemelvaart. Maar het is wel een troost voor het levende geloof. In de hemel kan de boze mij niet meer aanklagen. Ondertussen kan hij het ons op aarde nog wel moeilijk maken met zijn aanvechtingen. We lezen het in de tekst die boven deze meditatie staat. Nadat de draak met een doffe dreun op de aarde is terechtgekomen kijkt hij loerend om zich heen. Er vindt in zijn boze brein een heroriëntatie plaats met als gevolg dat hij al zijn aandacht op de gemeente van Christus richt. De duivel wordt gedreven door een diepe haat jegens de Heere. Hij zal tot aan de jongste dag (de definitieve Bevrijdingsdag) alles op alles zetten om de komst van het Koninkrijk van God tegen te werken. Zoals God één en al liefde is, zo is de satan één en al haat. Vandaar dat Hij het op de kerk heeft voorzien om in haar Christus Zélf te treffen.

In dit visioen heeft de gemeente de gestalte van een vrouw, weerloos en kwetsbaar. Ze is op de vlucht geslagen voor de draak, de woestijn in (vers 6). In de verte ziet de draak haar verdwijnen. Een steeds kleiner wordende stip. Maar hij gaat er achteraan. Zoals Farao de achtervolging inzette toen het volk Israël ook de woestijn introk. De satan bedreigt Gods kerk. Wel eens gemerkt? Want dat gaat nog altijd door. De gemeente van Christus wordt achterna gezeten. Nu eens in de vorm van openlijke vervolgingen, dan weer op een meer verborgen wijze. In vers 15 werpt de boze de vluchtende vrouw een rivier achterna, een sterke stroom, bedoeld om haar mee te sleuren. Volgens sommige uitleggers zou deze rivier kunnen slaan op de welvaart waarmee de duivel ons wil inpakken. Welvaart kan ons verblinden en van God aftrekken. Dat is helaas herkenbaar. Zeker in de naoorlogse jaren die worden gekenmerkt door grote welvaart. Maar in geestelijk opzicht zinken we als land en volk steeds dieper weg. Juist rond de vijfde mei is het een klemmende vraag wat we met onze vrijheid hebben gedaan? Vrijheid is maar al te vaak ontaard in losbandigheid. Uiterst geraffineerd weet de boze mensen te bedwelmen, en dat gaat de kerk bepaald niet voorbij. Ook wij worden door de tijdgeest beïnvloed. Zijn we waakzaam in geloof en gebed?

In Openbaring 12 lijkt het een ongelijke strijd. Die grote draak en die kleine, zwakke vrouw. Hoe loopt het af in dit visioen? Kan ze zich tijdig uit de voeten maken om de draak voor te blijven? En nu het wonder: de vrouw mag zich uit de vleugels (!) maken. Want ze ontvangt twee krachtige vleugels van een grote arend, de koning van de vogels. Met krachtige slagen vliegt ze weg de woestijn in. En de draak heeft het nakijken. De vrouw wordt door God Zelf in veiligheid gebracht. In de woestijn! Nee, dat is hier geen geografisch gebied maar een aanduiding van de bestaanswijze van de kerk in deze wereld. De weg naar het Koninkrijk voert door de woestijn. De navolging van Christus betekent kruis dragen. Maar juist fn de woestijn laat de Heere op een wonderlijke wijze Zijn zorg ervaren. Hij onderhoudt de Zijnen. Met Zijn Woord en ook met brood en wijn.

Zouden we die vleugels een naam mogen geven? Ik denk van wel. Het geloof en het gebed. Dat zijn de vleugels waarmee de kerk de satan kan ontvluchten. Het geloof dat God sterker is dan de boze. En het gebed dat zich aan de Heere vastklampt. Hierdoor wordt de draak op een afstand gehouden. De satan schudden we niet van ons af. We kunnen hem alleen van ons af bidden. De vleugels van geloof en gebed hebben oefening nodig. Bij wie van ons zijn de vleugels verslapt? Bij wie is de gang, de vlucht er uit geraakt? Het geloof leeft zo weinig de laatste tijd. En het gebed is zo zwak en ingezonken. Uw bidden is meer een vorm dan een hartstochtelijk aanroepen van de Heere. Kan het anders worden? Ja, want we hebben een levende Christus Die aan Gods rechterhand is gezeten en Die alle macht bezit. Laat u vanuit dit visioen uitdrijven tot Hem, juist rond de Hemelvaartsdag als we de kroning van de Koning gedenken. Heerlijk om Hem te kennen en te dienen. Opdat we niet worden ingehaald door de draak maar veilig en geborgen zijn in Gods hoede. Eenmaal komt de grote Bevrijdingsdag bij Jezus' wederkomst. Dan zal de duivel voorgoed verdwijnen in de vuurpoel van het oordeel. En allen die Christus hebben liefgekregen, zullen altijd met de Heere zijn.

J.C. Schuurman, Ridderkerk

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 mei 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

De draak en de vrouw rond Christus hemelvaart

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 mei 2005

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's