Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VERSCHILLENDE METHODES 1.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VERSCHILLENDE METHODES 1.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer men iets wil bereiken, kan men dat doen op verschillende manieren, verschillende methodes. Om een voorbeeld te noemen - , wil men van de stad A naar het dorp B gaan, dan kan men dat doen per trein, bus, motorfiets, bromfiets, fiets, te voet enz. Welke manier van reizen men ook kiest, allen leiden ze naar hetzelfde doel: het dorp B.

Bij opgravingen hebben we hetzelfde. Om iets uit vroegere eeuwen te weten te komen, gaat men graven, in de grond naar oude gebouwen, fundamenten, kleitafeltjes, aardewerk enz. Dat graven nu kan men op verschillende manieren doen en dat heeft men in de loop der tijden dan ook op verschillende manieren gedaan, al of niet met resultaat. In dit hoofdstuk stellen we ons voor, de verschillende methodes, die gevolgd werden of nog worden, na te gaan en te bespreken. Om niet te uitvoerig en te onoverzichtelijk te worden, zullen we de volgende methodes behandelen:

a. de schatgraverij; b. tunnelgraven; c. proefgrachten; d. loopgravensysteem; e. afschilferingsmethode.

a. De schatgraverij.

Deze methode is misschien wel de oudste, maar bestaat nu nog en wordt bedreven door schatgravers, avonturier-archeologen en amateurs dikwijls. Men trekt er eenvoudig met een schop of ander graafwerktuig op uit naar plaatsen, waarvan men vermoedt, dat er oudheidkundige vondsten in de bodem kunnen liggen. De bedoeling zit dan voor, niet om de wetenschap te dienen, maar wel zijn eigen portemonnaie. Een eventuele vondst, een kruikje b.v. wordt zorgvuldig verborgen gehouden en later aan een museum verkocht voor enkele piasters. Dit is vooral het werk van de schatgravers. Een dr in de archeologie zegt hiervan: „Mooiere vaasjes en kruiken, dan ik soms van onder de mantel van een fellah of bedouïen zag te voorschijn komen, heeft nog geen opgraver mij kunnen tonen. Maar een dergelijke schatgraverij heeft geen ander effect, dan dat de ..onderzoeker" een paar piasters meer in zijn gordel kan steken, terwijl de wetenschap voorgoed het verlies moet betreuren van wie weet welke kostbare gegevens. Immers ieder voorwerp, waarvan de juiste plaats van herkomst met details van diepte en omgeving niet vaststaat, verliest meer dan de helft van zijn wetenschappelijke waarde. De avonturier op dit gebied zal ook zijn vindplaats zorgvuldig geheim houden met het oog op ongewenste concurrentie, als ook om uit handen van de politie te blijven, want het onderzoek in de grond naar verborgen oudheden is thans in het Oosten bij de wet geregeld, waardoor alle opgravingen van particulieren buiten de van een concessie voorziene expedities strafbaar is.

Even erg als de schatgraver is vaak ook de amateur, die dikwijls zonder voldoende kennis van zaken het meent te kunnen klaarspelen. Om enkele museumartikelen te bemachtigen, zal hij cykwijls veel kostbaarder materiaal verwoesten.

En toch is het eerste opgravingswerk vroeger

bijna uitsluitend door amateurs verricht. Hun betrekkelijke waarde blijkt wel hieruit, dat men het door hen weggeworpen puin thans weer zorgvuldig nagaat op wetenschappelijke manier met zeef, pennemes, fijne borstel en allerlei speciaal voor dit werk uitgedachte instrumenten om zo mogelijk toch maar niets van het wetenschappelijke goud te laten verloren gaan. Men staat er vaak versteld van, hoeveel kleitafeltjes op deze manier nog uit het als waardeloos beschouwde puin tevoorschijn komen.

Samenvattend kunnen we dus concluderen, dat deze methode van opgraven niet gevolgd moet worden om behoorlijk wetenschappelijk verantwoord resultaat te bereiken en zelfs, zoals we gezien hebben, thans verboden is.

b. Tunnelgraven.

Is deze methode wellicht beter? We zullen zien. Bij dit systeem wordt b.v. op een te onderzoeken teil een loodrechte schacht in de grond gegraven. Van de bodem van deze schacht af graaft men vervolgens horizontale gangen of tunnels, vandaar de naam. Deze methode lijkt dus heel veel op het delven van steenkolen. Men heeft het tunnelgraven o.a. toegepast bij het zoeken naar het oude tempelplein in Jeruzalem en bij de vijver van Siloam, maar nergens buiten Jeruzalem op grote schaal. Dit houdt reeds in zich, dat ook deze methode allerminst aan te bevelen is. Noodgedwongen gaat men er nog wel eens toe over, maar indien mogelijk, zal het verstandiger zijn in zo'n noodgeval betere omstandigheden af te wachten. De nadelen bij tunnelgraven zijn dan ook zeergroot. De schacht is zeer kostbaar en het ophijsen van het puin kost veel tijd en is gevaarlijk gebleken, want men voorziet een tijdelijke schacht nu eenmaal niet van zo'n degelijke en kostbare outillage als b.v. onze Limburgse kolenmijnen. Bovendien is het ondoenlijk gebleken, al de werklieden nauwkeurig en voortdurend bij dit systeem te controleren, zodat iets wat ten koste van ontzaglijke inspanning gevonden wordt, nog niet eens altijd cle opgraver onder de ogen komt.

Het grootste bezwaar tegen deze methode is wel haar noodzakelijk gering resultaat. Men graaft immers min of meer willekeurig zijn tunnels, waarbij het heel gemakkelijk kan gebeuren, dat men precies langs zeer waardevolle voorwerpen en gegevens schiet, zoals later bleek. Men wèèt immers van te voren niet, wat de teil in haar binnenste verborgen houdt! De vondsten met deze methode gedaan, zijn alle min of meer „toevalligheden". Zij geven geen houvast voor een algemeen cultuurbeeld van een stad. Ieder bouwwerk, dat de tunnel op zijn weg ontmoet, kan slechts op een enkel punt onderzocht worden, want het zal meestal technisch onmogelijk zijn om de onderaardse gangen tot grote, wijde ruimten, die een geheel gebouw doen zien, uit te breiden.

We zullen D.V. een volgende keer de andere methoden bespreken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 maart 1953

Daniel | 8 Pagina's

VERSCHILLENDE METHODES 1.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 maart 1953

Daniel | 8 Pagina's