Gods Geest om te getuigen

Volle stromen
Maar gij zult ontvangen de kracht des Heiligen Geestes, die over u komen zal…

Vóór Pinksteren werkte de Heilige Geest voornamelijk onder Israël, maar daarna komt de hele wereld in het vizier. Het werkterrein van de Geest wordt dus veel breder. Ook de heidenwereld komt onder het bereik van het Evangelie. Vóór Pinksteren werkte de Geest spaarzamelijk, ‘druppelsgewijs’ en daarna kwam de Geest met ‘volle stromen’. De Bijbel gebruikt daarvoor het woordje ‘uitgieten’ of ‘uitstorten’. Onder het Oude Testament kwam de Geest vooral op de profeten, priesters en koningen. Daarna woont de Geest in rijke mate in alle gelovigen.

Toegerust tot getuigen
De komst van de Geest stelde de discipelen in staat om getuigen van hun Meester te worden. De Heilige Geest zou de woorden van Jezus heel duidelijk in hun herinnering brengen. Hij gaf hen ook de vrijmoedigheid, de bezieling en de kracht om getuige te zijn. En zou ook zorgen voor de vrucht op hun getuigenis. Veel mensen zullen tot bekering komen.

Gods Geest op jongeren
De belofte van de Heilige Geest gold niet alleen de discipelen op het Pinksterfeest. In Joël 2: 28 kun je lezen dat de Geest ook op jongeren zal worden uitgestort. Er staat dat God in het laatste der dagen Zijn Geest zal uitgieten. Daarmee wordt de periode bedoeld tussen de hemelvaart van de Heere en Zijn wederkomst. Ook in deze eeuw zullen jongens en meisjes God leren kennen en van Hem getuigen. In gedachten zie ik jongelui tijdens een Bijbelstudie zich buigen over Gods Woord. Ze zoeken hartstochtelijk naar de Heere. Ze gaan graag naar de kerk. Ze hebben een droefheid over hun zonden leren kennen, maar ze mogen ook rijkdom zien in Christus en Zijn werk. Rond de Paas- en Pinksterdagen doen jongelui openbare belijdenis in de gemeente. Ze spreken uit dat ze de Heere willen dienen en dat ze hun gaven willen besteden in de gemeente. Ik mag zien dat er jonge mensen zijn, die door de Heilige Geest zijn aangeraakt. Dat zie je in de vrucht: een nieuwe levenswandel. En je merkt het als ze er – soms heel vrijmoedig – over spreken. Gode zij dank gaat God door met Zijn werk.

ds. C.G. Vreugdenhil

---
Belijdenis
…En gij zult Mijn getuigen zijn…

Ik hoop Tweede Pinksterdag belijdenis te doen. Dat is bijzonder als je let op de betekenis van deze dag.
Het Pinksterfeest was oudtestamentisch het feest van de eerste oogst. Zo ook nu: vaders en moeders en de gemeente hebben gebeden voor uitbreiding van Gods Koninkrijk en mogen nu zien dat hun kinderen en doopleden hun leven in de dienst van de Heere willen besteden.
Want wie belijdenis doet, spreekt als het goed is toch uit dat hij de Heere wil dienen en bij Gods volk wil horen? Net als Ruth zei: Uw God is mijn God, en uw volk is mijn volk. Met dit verlangen in mijn hart hoop ik mij door Gods
genade tweede Pinksterdag te verbinden aan de Heere en Zijn gemeente.

Navolgen
In de toerusting voor mijn werk als groepsbegeleider bij Stichting Ontmoeting kreeg ik de woorden van de Heere Jezus zelf mee om over na te denken: Volgt Mij na! In mijn werk word ik geroepen om Gods handelen te spiegelen. Dat is een onmogelijke taak en daarom bid ik of de Heilige Geest mij vervult met de liefde die de Heere Jezus Zelf had tot zondaren. Alleen dan kan ik, ondanks al mijn tekortkomingen, iets van Gods handelen spiegelen. Christus zelf heeft dat gezegd: Want zonder Mij kunt Gij niets doen!

Teun Vermeer

---
Getuigen in Nederland
…Zo te Jeruzalem, als in geheel Judéa en Samaria…

Lies greep me bij de arm en zei: ‘Ik ben al zo oud, maar ik heb nooit eerder begrepen wat het Pinksterfeest betekent. Vanmiddag begreep ik het opeens.’ Lies is opgegroeid in de Pinkstergemeente en vertelde me dat daar veel drukte is, maar dat het inhoudelijk leeg blijft.
‘Maar nu begrijp ik dat het gaat om de Heilige Geest in je hart. Dat Hij daar mag wonen en werken. Denkt u dat het voor mij nog zou kunnen?’
Zo’n gesprekje in het Inloop- en Bijbelhuis laat zien hoeveel mensen in onkunde leven wat het geloof betreft. Wat zijn wij dan bevoorrecht met Gods Woord. We kunnen er uit horen en lezen. Maar het is niet genoeg!
We kunnen een ander niet in gevaar laten. De opdracht gij zult mijn getuigen zijn, geldt ons allemaal. Dat is niet alleen voor vrijwilligers of evangelisten op een evangelisatiepost.

Levende getuige
Ben jij voor jouw omgeving een levende getuige? Een getuige op je werk of school waar vaak geen plaats meer is voor de Heere en zijn Woord? Probeer allereerst het vertrouwen te winnen van je vrienden. En dan kun je uitleggen waarom je naar de kerk gaat, voor je eten bidt en dankt.
Nog belangrijker is het als je mag getuigen wie de Heere voor jou wil zijn. Als de Heere Zelf ons de vrijmoedigheid geeft om te getuigen van het grote wonder dat Hij Zijn Heilige Geest heeft uitgestort op het droge, in ons hart. Dan mag je mond open gaan en kun je niet meer zwijgen. Ook niet tegenover andersdenkenden. Spreek maar vanuit de wetenschap dat je het zelf ook zo nodig hebt! De ene bedelaar kan toch tot de andere bedelaar zeggen waar hij Het Brood kan halen!
Wat zou het dan groot zijn als we mochten horen: Wat moeten wij doen om zalig te worden?

K. Bel, coördinator Inloop- en Bijbelhuis ‘In de Gouwstraat’ te Rotterdam

---
Bijbel
…En tot aan het uiterste der aarde…

De Heilige Geest werkt op het zendingsveld allereerst door de Bijbel. Want de Bijbel is Gods Woord. Dat betekent dat het de Boodschap is van God die door de Heilige Geest is geïnspireerd. Dat Woord is op zichzelf een kracht Gods tot zaligheid. Omdat God de Heilige Geest door de Bijbelschrijvers sprak én spreekt. De boodschapper van het Woord waar ter wereld moet daarom dichtbij die goddelijke Boodschap blijven.

Boodschapper
De boodschapper heeft de verlichting door de Heilige Geest nodig om de inhoud en de bedoeling van Gods Woorden te begrijpen en over te brengen. Daarvoor is niet alleen bekering en geloof nodig, maar ook een intieme omgang met de Heere en Zijn Woord. Voor je het weet, breng je anders je eigen boodschap.

Luisteraar
Niet alleen de boodschapper maar ook de luisteraar wordt sterk beïnvloed door de omstandigheden. Van zichzelf, de eigen godsdienst, achtergrond, cultuur. Niemand luistert blanco naar de Bijbel. Een voorbeeld uit het Tibetaanse boeddhisme maakt dit duidelijk. Enkele boeddhisten hoorden eens over de wonderbare visvangst (Lukas 5). Petrus zegt daarbij: Heere, ga uit van mij, want ik ben een zondig mens. De kanttekening bij Petrus’ uitspraak legt uit dat hij door dit wonder de Godheid van Christus erkende. Dat liet hem op de knieën vallen. De boeddhistische luisteraars zeiden ook goed te begrijpen waarom Petrus dit uitriep: hij had immers net een menigte vissen gedood! In hun geloof en cultuur is het een zonde om een dier te doden omdat er een gereïncarneerde ziel in woont.
Dit voorbeeld maakt duidelijk dat het nodig is om de Bijbel te léren lezen en oog te léren krijgen voor kerninhouden, zoals de Godheid van Christus. De Heilige Geest is niet alleen nodig om zondaren in te winnen, te overtuigen en hun hart te openen, maar ook om het verstand te verlichten zodat de inhoud van Gods Woord begrepen wordt. Op het zendingsveld aan het uiterste der aarde valt ons dat op, maar in Nederland geldt dat evengoed.

P. Eikelboom, directeur Zending Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen