Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bij het verschijnen van het Jaarboek 1973

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bij het verschijnen van het Jaarboek 1973

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elk jaar wordt door velen weer met enige spanning uitgezien naar ons nieuwe kerkelijke Jaarboek.

Om verschillende redenen is de datum van verschijning in de loop der jaren wat verschoven.

Dit geschiedt met name om zo up to date mogelijk te zijn en daar heeft natuurlijk elke belangstellende lezer (gebruiker) belang bij.

Toch blijkt telkens weer dat direct na - of zelfs al bij het verschijnen van het nieuwe boek, een groot aantal mutaties heeft plaats gevonden en het wil mij voorkomen dat dit euvel met verschuiving van de datum niet verholpen wordt. In verschillende bladen is reeds meer of minder aandacht geschonken aan deze nieuwe uitgave. De daarbij gemaakte opmerkingen zal ik niet herhalen.

Evenals andere jaren heb ik zelf „en velen met mij” bijzonder veel waardering voor het vele werk dat aan het verstrekken van al deze gegevens vooraf gaat.

Vergis ik mij niet dan is het papier iets dunner dan voorheen, hetgeen voor hen die gebruik maken van een „wit doorschoten exemplaar” voor het maken van aantekeningen minder prettig is.

In het redactionele gedeelte wordt vermeld, dat de gegevens tot 1 april zijn bijgewerkt. Dat zal natuurlijk niet betekenen dat alle kerkeraden de situatie in hun gemeente per die datum ook hebben opgegeven.

Zo las ik b.v. onder Thesinge „zie Delfzijl” en bij „Delfzijl” „(behoort kerkelijk onder Thesinge)”. Dat is wel juist. Oók dat Delfzijl niet meer onder Midwolda wordt vermeld, maar dààr lezen we nog wel dat leden van Midwolda in Delfzijl wonen. Toekomstige inwoners van Delfzijl zouden daaruit kunnen opmaken dat zij òf in Thesinge òf in Midwolda hun attestatie kunnen inleveren en dat is, dacht ik, niet de bedoeling.

Ik vraag me trouwens af of het vermelden van deze gegevens n.l. wèlke kerk - wààr leden heeft wonen wel enige zin heeft. Dat heeft het m.i. alleen als met die plaatsnamen ook de grens van de gemeente wordt aangegeven en dat is allerminst het geval. Wie enigszins bekend is in ons kerkelijk leven weet dat het nl. met die grenzen maar een moeilijk geval is, zowel in grote als kleine plaatsen.

Een voorbeeld: zowel de kerk van Delft als die van Den Haag-Rijswijk hebben leden (volgens de opgave) in Nootdorp. In Rotterdam-Alexanderpolder wonen leden van o.a. Rotterdam-C. en Oost. Wie Katwijk, Leiden en Rijnsburg vergelijkt komt tot dezelfde conclusie en zo zijn er veel meer plaatsen te noemen óók al zijn ze in het jaarboek niet vermeld, b.v. Den Haag.

Wat moet dit alles het pastorale werk toch bemoeilijken, en wat een onnodige afstanden moeten worden afgelegd voor huis- en ziekenbezoek. Theoretisch is het zelfs mogelijk dat in één plaats in dezelfde straat door drie of vier verschillende kerkeraden bezoeken worden afgelegd. Grondige bestudering en bespreking c.q. vaststelling van grenzen lijkt mij geen overbodige weelde al is het mij maar al te duidelijk, dat er heel wat problemen aan verbonden zullen zijn.

De praktijk leert echter dat door deze, ik noem het: versluiering van grenzen, het „opzicht” steeds moeilijker wordt en het kwaad van „onderduiken” toeneemt. Dit is een zaak die alle ambtsdragers ter harte moet gaan en bezig moet houden.

Overigens zijn dit opmerkingen naar aanleiding vàn - en niet óver het jaarboek.

Een belangrijk voordeel is het …

dat men nu weer, althans per 1 april, over de juiste adressen der kerkeraden beschikt alsook die van kerkelijke organisaties enz. Het veel voorkomende en soms irriterende verkeerd adresseren kàn daardoor beperkt worden.

Het lijkt erg moeilijk te zijn zèlfs voor administraties die daarop ingericht dienen te zijn om de mutaties zoals die steeds in de Wekker worden vermeld direct te „verwerken”. Zelfs komt hel, voor dat 1½. à 2 jaar na aftreding van de scriba nog stukken aan dat adres worden gezonden tot zelfs officiële, vertrouwelijke stukken toe. Dat is toch niet correct. M.i. zou elke kerkeraad aan de scriba een „doorschoten” exemplaar van het jaarboek moeten verstrekken zodat hij of één van zijn huisgenoten direct veranderingen kan aanbrengen. Het komt een juist onderling verkeer ten goede.

In dit verband een vraag: waarom wordt bij niet-vacante kerken naam en adres van de voorzitter wel vermeld en bij vacante kerken niet ? Juist bij die kerken kan het een voordeel zijn als men twee adressen kan bereiken vooral wanneer het om telefonische berichten gaat. Namen en adressen van predikanten, telefoon enz. worden immers al in een aparte lijst opgenomen ?

Tot slot nog een enkele opmerking over het „jaarverslag”. Het lijkt mij een enorme opgave om, zonder al te uitvoerig te zijn, toch een juist beeld te geven van het „reilen en zeilen” onzer kerken.

Jammer dat de drukker een ander lettertype gebruikte hetgeen, naar ik hoorde, het lezen voor oudere mensen niet gemakkelijker maakte.

Wie ons „kerkvolk” kent weet dat een uitgave als het jaarboek zeker niet het minst door de, laat ik het noemen „eenvoudigen” gelezen wordt en daarom ben ik bang dat althans de eerste acht pagina’s van het verslag wat „over de hoofden heengaat” mee door de soms erg lange zinnen. Verder zouden wat meer „kopjes” het lezen ook vergemakkelijken. Bepaald jammer vind ik het dat aan het vormingswerk in onze kerken weinig of geen aandacht geschonken is.

Bij de gehouden vergaderingen mis ik b.v. die van het comité dat belangstelling probeert te kweken voor het maatschappelijk werk en daartoe alle maatschappelijk werkers(sters) uit onze kerken en allen die daar belangstelling voor hebben eenmaal per jaar samenroept. De cursus Vormingswerk en de conferentie voor Ouderlingen die in ’72 gehouden werden zijn toch wel de moeite van het vermelden waard temeer daar er nog altijd ambtsdragers zijn die zich v.w.b. het laatste afzijdig houden.

Deze misschien wat kritische opmerkingen doen aan waardering zowel voor het boek in z’n geheel als voor het jaarverslag niets af. Integendeel, laat het door de redactie gezien worden als een voorzichtige bijdrage om het geheel nog beter tot z’n recht te doen komen.

Wanneer onder de „teleurgestelden die dit jaar geen jaarboek meer konden verkrijgen” zich ook ambtsdragers bevinden (hetgeen mij onwaarschijnlijk voorkomt) laten zij er dan voor zorgen voor een volgende uitgave op tijd hun bestelling te doen want U hebt het zéker nodig.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 augustus 1973

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's

Bij het verschijnen van het Jaarboek 1973

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 augustus 1973

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's