Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hoeveel verbonden zijn er? (5)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoeveel verbonden zijn er? (5)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

We willen nog enkele bekende oudvaders noemen, die duidelijk hebben aangegeven twee verbonden te leren.

In "Twintig keurstoffen" door ds. Joh. Beukelman zegt hij in zijn leerrede over de bekende woorden: "Hoewel mijn huis alzo niet is bij God, nochtans heeft Hij mij een eeuwig Verbond gesteld..." enz. onder andere het volgende:

"... gelijk het dus ook is in opzicht van ieder waar begenadigde; te dien aanzien wordt dat Verbond, waarbij de Heere Zich aan Abraham, als de vader aller gelovigen, en aan al zijn gelovig zaad, verplichtte tot een God te zijn, ook een eeuwig Verbond genaamd...".

In de "Toepassing" waarschuwt hij hen die nog onbekeerd verder leven door op te merken:

"Gijlieden allen zijt in den grond nog buiten het Verbond. Bewijzen daarvan zijn, wat gij u ook inbeelden moogt: Dat gij uw verbond met de wereld, met de zonden, en met uw vlees nog nooit in waarheid verbroken hebt. Dat uw verloren staat nog nooit zo onder een levendige overtuiging op uw hart is gezonken, dat gij buiten uzelven gedreven raakte. Dat de Borg van dit Verbond nog nooit recht in Zijn dierbaarheid aan uw gemoed ontdekt en bekend geworden is. Dat gij nog nooit in enige personele onderhandeling voor uzelven met de Heere Jezus, noch in Hem met God geweest zijt.

Arme mensen die dus gesteld zijt, be-driegt toch uzelven niet. Gij staat zekerlijk nog buiten het verbond. En Paulus merkt het aan als een allerellendigste staat, hij noemt u vreemdelingen van de verbonden der beloften, als die geen hoop hebben, en zonder God in de wereld zijn, Efeze 11 : 12. En voorzeker, uw staat is ook de allerellendigste; Christus is u onnut, gij leeft nog onverzoend en in vijandschap met God. Gij ligt nog onder het Verbond der werken, dat niet dan vloek en verdoemenis tegen u uitspreekt".

Zo zien we dat ds. Beukelman duidelijk het werkverbond en het genadeverbond leert: dus de twee verbonden. Het werkverbond omvat alle mensen van nature en het genadeverbond Abraham en zijn geestelijk zaad.

In de "Verzameling van veertien uitgezochte en stichtelijke predikatiƫn van ds. Joh. Groenewegen staan ook twee preken over de tekst: "Hoewel mijn huis alzo niet is bij God" enz. Ook in deze predikaties horen we hetzelfde geluid als bij ds. Beukelman. Zo lezen we: "Het verbond, waar David hiervan spreekt is zekerlijk niets anders als die zalige en nauwe wederzijdse verbindtenis, onderhandeling, betrekking en gemeenschap, die er plaats heeft tussen God en Zijn gezaligd volk. Derhalve niet het werk-, maar het genadeverbond". En wat verder: "Maar Abraham en David stonden niet alleen met God in het genadeverbond tot hun eeuwige zaligheid, gelijk alle ware gelovigen", enz. En weer wat verder: "Dit verbond dan tot zaligheid van de uitverkoren en nochtans verloren zondaar... heeft heerlijke beloften, ja is eigenlijk in enkele beloften bestaande". En dan gaat Groenewegen het hebben over de verbondsweldaden die Gods kinderen in de tijd ontvangen. Dit verbond der genade is een eeuwig verbond "ten opzichte van Gods raadsbesluiten, die volstrekt eeuwig zijn: vast... in alle eeuwigheid".

In de toepassing zegt hij, dat zij die niet uit genade in het genadeverbond zijn opgenomen, nog liggen onder de vloek van een verbroken werkverbond. Ook in zijn tweede preek over deze tekst, waarin hij spreekt over de welgeordineerdheid van het genadeverbond, merkt hij op dat God in de tijd de uitverkorenen in het genadeverbond overbrengt, ja alleen zulken in dat verbond opneemt voor wie volkomen door de Borg aan Gods gerechtigheid werd voldaan en de uitverkorenen door de Heilige Geest in de tijd bewerkt om hen in dit genadeverbond over te doen gaan. "De goederen des Verbonds zijn in de hand van de Middelaar besteld, om aan al die begerig zijn, alles om niet te geven en Die roept: "Ik zal de dorstigen geven van het water des levens om niet". O zalig Verbond, in alles welgeordineerd" (blz. 146).

Aan het einde van de beide predikaties waarschuwt hij die mensen die menen dat zij in het genadeverbond zijn op grond van doop, avondmaal, uitwendige rechtvaardigheid enz. Al de bondgenoten weten op bevindelijke gronden hoe zij van het werkverbond in het genadeverbond zijn overgegaan.

Zo leert ook ds. Groenewegen de twee verbonden: het werkverbond en het genadeverbond.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 juni 1997

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Hoeveel verbonden zijn er? (5)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 juni 1997

De Wachter Sions | 8 Pagina's