Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vraagt naar de oude paden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vraagt naar de oude paden

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

UIT DE GESCHIEDEN

Als één ding duidelijk is, is het dat John Charles Ryle (1816-1900) de reformatische beginselen voorstond. In zijn laatste schrijven aan de geestelijken in Liverpool - zijn geestelijk testament zouden we kunnen zeggen - roept hij nadrukkelijk bij die beginselen te blijven. Daarin is Ryle op z'n best, in het ontvouwen van de leer die naar de godzahgheid is. Als het gaat om een heldere omschrijving van bijbelse begrippen, kunnen we bij hem terecht. Ook vandaag. In één van zijn werken die klassiek mag heten (Old Paths of wel Oude Paden) heeft hij een aantal pamfletten gebundeld, die de hoofdwaarheden van het christelijk geloof bevatten. Waarheden die noodzakelijk zijn tot zahgheid. Ryle doelt daarbij op onder meer de verdorvenheid van de menselijke natuur, het werk van Christus voor ons als onze Verlosser, het werk van de Heilige Geest in ons, vergeving, rechtvaardiging, geloof, bekering, verkiezing, volharding enz. Hij laat er geen misverstand over bestaan: hij is geen man van nieuw licht. Hij merkt op dat hij de eenvoudige, ouderwetse bijbelse theologie voorstaat. In dit artikel willen we op enkele aspecten wat nader ingaan.

Het blijvende Woord

Daar is om te beginnen de betekenis, de waarde en het gezag van de Bijbel als het Woord van God. De Bijbel was voor Ryle het onfeilbare Woord van God. We wezen daar al op. Het was voor hem de enige regel voor wat waar is in het geloof en wat goed en recht is in het leven. Ryle merkt ergens op dat wij niet bedrieglijk moeten handelen met het Woord van God. Het is zo dat wij het Woord van God zeer gevaarlijk verderven wanneer wij enige twijfel opwerpen aangaan de inspiratie van enig deel van de Heihge Schrift. Eens mis op dit punt en de gehele religie is in gevaar. Het is een breuk in het fundament. Het is een worm die knaagt aan de wortel van onze theologie. Wanneer dat wordt toegestaan, zijn de gevolgen niet te overzien. Als de worm knaagt aan de wortel zullen de takken, de bladeren en de vruchten stuk voor stuk vallen.

De Bijbel bevat een overstelpende rijkdom. Het werpt meer hcht op een groot aantal van de belangrijkste onderwerpen, dan al de andere boeken bij elkaar. Wie over de geestelijke en eeuwige dingen hebben geschreven, zonder het Woord van God, hebben weinig minder gedaan dan hun eigen onwetendheid laten zien. Hoe schimmig waren de inzichten van Socrates, Plato, Cicera en Seneca! Een goed onderlegde zondagsschoolonderwijzer weet meer van de geestelijke waarheid dan al deze heidense schrijvers bij elkaar.

Natuurlijk kunnen we niet alles wat in de Bijbel staat bevatten. Ons verstand is beperkt en bovendien verduisterd. Het is waar, veel dingen zijn voor ons te hoog gegrepen. Neem bijvoorbeeld de wonderen. Maar alle wonderen zijn noodzakelijke mysteriën. En als we niet geloven wat we volkomen kunnen verklaren, dan zijn er inderdaad maar weinig zaken die we kunnen geloven. Ryle noemt het een arme filosofie als men zegt niets te willen geloven, tenzij men het kan begrijpen. We moeten de inspiratie van de Heilige Schrift niet prijsgeven vanwege de dingen die moeilijk zijn om te verstaan. Er blijft meer dan genoeg over wat voor ieder te verstaan is.

We hoeven bovendien niet bang te zijn voor al de aanvallen en de kritiek die door ongeloof uitgeoefend wordt op de Bijbel. Vanaf oude tijden is het Woord beproefd en het is waar bevonden. Evenmin hoeven we bang te zijn voor enige ontdekking van de wetenschap. Astronomen mogen de hemel met hun telescopen afzoeken en geologen mogen diep graven in het hart van de aarde. Nooit zal daardoor de autoriteit van Gods Woord bewogen worden. Ryle stelt vrijmoedig dat het Woord van God de enige regel is voor geloof en leven.

Zonde en genade

Ryle onderstreept de totale verdorvenheid van de menselijke natuur. Dat is, zo zegt hij, bepaald geen geringe zaak. De persoonlijke zondigheid, hulpeloosheid, geestelijke nood van de mens. Het is niet ten dele of een gebrek, maar een radikale, algemene verdorvenheid. Wij zijn niet alleen arme, ellendige zondaars voor Gods aangezicht, maar we zijn eerst en vooral schuldige zondaars, strafwaardige zondaars. Wij verdienen rechtvaardig Gods toorn en verdoemenis. Ryle merkt op dat er naar zijn inzicht maar weinig dwalingen en valse leringen zijn waarvan de wortel en het begin niet is in meerdere of mindere mate de totale verdorvenheid van onze menselijke natuur. Geen voldoende kennis van de kwaal, zal altijd tot gevolg hebben dat er een verkeerd medicijn wordt toegepast. Onze zonden en onze zondigheid te kennen is de eerste letter in het alfabet van de zaligmakende genade. ledere zoon en dochter van Adam is een grote zondaar in het oog van God. Op die regel bestaat niet één uitzondering. Noch de man in de hoogst denkbare positie noch de bedelaar, noch de dominee op de kansel noch het kind in de klas van de zondagsschool, allen staan schuldig in het oog van God. Het is volstrekt nutteloos dat te ontkennen. Wie het beseft, wie enig gevoel heeft van zijn eigen verdorvenheid, moet God daarvoor danken. De eerste voorbereiding voor de hemel is het besef dat we de hel hebben verdiend. Voordat we rechtvaardig verklaard worden en vrijgesproken, moeten we onszelf kennen als ellendige zondaren.

Wij kunnen onszelf niet bevrijden van de last van de zonde. Maar het bloed van Jezus Christus Gods Zoon reinigt van alle zonden.

Daarom is het nodig bijbels te denken over de verzoening en het priesterlijk ambt van Christus. Over de genoegzaamheid van Zijn offer. We moeten, aldus Ryle, nadrukkelijk en vrijmoedig volhouden, dat de dood van de Heere Jezus aan het kruis geen gewone dood was. Het was niet de dood van een martelaar; niet de dood van één, die slechts stierf om ons een machtig voorbeeld te geven van zelfopoffering en zelfverloochening. De dood van Christus was een offer van Zijn eigen lichaam en bloed, dat Hij Gode opofferde om voldoening te geven voor de zonde en de overtreding van de mens. Het was een offer tot verzoening. Zonder bloedstorting geen vergeving.

Er is de vergeving van de zonde door het geloof in de gekruisigde Zahgmaker, Die altijd zit aan de rechterhand van God om tussen te treden voor allen die door Hem tot God gaan. De vrede met God, eens verworven door het geloof in Christus wordt niet ontvangen middels uiterlijke ceremoniële kerkelijke handehngen, zoals bijvoorbeeld de viering van het Heilig Avondmaal. Het Avondmaal kan de vergeving niet schenken. Het wordt ontvangen door gelovig op Christus te zien. Ryle haalt in dit verband John Owen aan, die ooit verklaarde dat als er enige zaak was die de satan omver wenste te werpen, dat dat dan zeker was het priesterlijk ambt van Christus. Satan wist wel dat dit het grote fundament was van geloof en vertroosting voor de kerk.

De Heilige Geest en Zijn werk

Bij dit alles benadrukt Ryle dat het geloof absoluut noodzakelijk is, om ons te doen delen in Christus' offer. Daarom is het ook dat we nauwkeurig acht moeten slaan op de leer van de Heihge Geest. De Bijbel kent aan dat werk van de Geest een prominente plaats toe. Denk maar aan de geboorte van de Heer e Jezus. Onze Heiland is ontvangen van de Heihge Geest. De Heere Jezus Zelf was gezalfd met de Heihge Geest. Hij offerde Zichzelf Gode op door de eeuwige Geest. Hij had Zijn Geest beloofd aan Zijn discipelen: de Vader zou de Trooster zenden in Zijn Naam. Zijn discipelen werden op de dag van Pinksteren dan ook vervuld met de Heilige Geest.

Een zondaar zal zich dan ook nooit tot God wenden, zich bekeren, geloven en gehoorzaam zijn, dan door de Heilige Geest. De werking van de Geest is onnaspeurbaar als de wind. Dat zegt Jezus Zelf tegen Nicodemus. Die werking is ook souverein. God is immers vrij! Er waren twee misdadigers met Christus gekruisigd. Ze zagen dezelfde Zaligmaker, stervende. Ze hoorden dezelfde woorden van Zijn lippen. De één werd overtuigd en bekeerde zich, terwijl de ander stierf in zijn zonden. Die werking van de Geest is ook onweerstaanbaar. Waar Hij begint, zet Hij door, maakt Hij af. Hij doet dat door het gebruik van de middelen. Hij onderwijst, past toe niet anders dan wat is geschreven in het Woord. Gods waarheid is het zwaard van de Geest. Zo werkt de Heilige Geest het geloof in Christus. Die band wordt van boven gelegd en wordt ook van boven onderhouden. De weg van de eenheid tussen Christus en de ziel is het geloof. De zondaar wordt door het geloof alléén vrijgesproken van de verdiende straf. Dat geloof echter blijft niet alleen.Het gaat vergezeld van bekering en persoonlijke heiligheid.

Daar waar de Heilige Geest werkt is dat dan ook niet onzeker, niet verborgen of onopgemerkt. Wij geloven niet, zegt Ryle, dat de dauw, wanneer die valt, niet kan worden gevoeld of gezien. Het werk en de aanwezigheid van de Geest blijkt uit de vruchten. Waar de Geest werkt, is dat altijd overtuigend. Hij werkt herscheppend. Daarin is de droefheid naar God, het berouw over de zonde, de hartelijke schuldbelijdenis, het vluchten tot Christus. De Geest maakt tot een nieuw schepsel, een nieuwe mens. Waar de Geest is, daar zal altijd zijn: kennis, geloof, heihgheid, vruchten in het leven, in de famihe, in de wereld, in de kerk. Het is dat leven van sterven en minder worden. Breken met en strijden tegen de zonde. Het afstand bewaren tot deze tegenwoordige boze wereld. Het afstand nemen van ijdele gewoonten, van hol en leeg vermaak. Het zich in alles onderwerpen aan de wil van God. Waar deze dingen niet zijn en niet worden gezien, daar mogen wij met vertrouwen zeggen: daar is géén werk van de Heihge Geest.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 november 1996

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's

Vraagt naar de oude paden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 november 1996

Gereformeerd Weekblad | 16 Pagina's