Lied 9: Zo rijdt die Held

E. Kooijmans

Zo rijdt die Held op wolk en wind Om nu te zegepralen Ja Zijn triumfe nu begint Hij zal de kroon behalen Daar vaart Hij naar de hemel heen Verlaat Hij nu Zijn volk? Ach neen! Hij scheidt maar van de aarde en aard' en hemel paarde.

2. Daar vaart Hij naar Zijn loon en kroon Heeft alles overwonnen; Daar erft Hij nu des Vaders troon Veel hoger als der zonne; Daar vaart Hij op de wolken heen, Daar zal Hij op de sterren treên. Zijn troon daar boven stellen, Geen vijand zal Hem vellen.

3. Daar gaat Hij naar Zijn Vaderland F.n in Zijn eeuw'ge ruste. Om aan des Vaders rechterhand. Zich eeuwig te verlusten. Daar gaat Hij naar de heerlijkheid; Om al Zijn volk in eeuwigheid Daar woning te bereiden. Die nu de tijd verbeiden.

4. O weent niet volk van Galileên, Schoon Jezus van u scheidde. Hij gaat toch naar de Hemel heen, Het past niet dat gij schreide. En hebt g' Hem lief, wel weest dan blij. Dat Jezus in de Hemel zij. Hij zal u bij zich halen. Om ook te zegepralen.

5. Och, was mijn wandel boven 't stof, O Jezus zend eens neder Uw Geest, opdat wij prijs en lof. U mogen geven weder. Zend Uwe Geest tot onderpand. Uit dat gezegend Vaderland, Opdat wij ons verblijden, En altijd moedig strijden.

Verlaat ons niet in 't vreemde land. Daar wij nu droevig zwerven. Gij zit aan 's Vaders rechterhand. Om uwe loon te erven. Wees onze voorspraak bij de troon Wij gunnen U de Hemelkroon, Wij wachten ook dat leven. Door liefde aangedreven.

Johannes Groenewegen.

Uit; De lofzangen Israëls.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen