Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jongeren · W(ij) M(oeten) O(ndersteunen)?!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jongeren · W(ij) M(oeten) O(ndersteunen)?!

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tegen de maatschappelijke trends van individualisering en de afname van het aantal vrijv^illigers en mantelzorgers in, zal per I januari 2007 de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) worden ingevoerd. Nadat het door de overheid gevoerde beleid vele jaren deze trends in de hand heeft gewerkt, probeert men deze nu te keren. Een juiste richting of mosterd na de maaltijd?

Aanleiding

Burgers die door een beperking minder goed i< unnen functioneren in de samenleving stuiten bij hun zorgvraag op tal van schotten tussen verschillende wetten en voorzieningen. De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) groeit uit haar financiële jas en regelt al lang niet meer waarvoor ze oorspronkelijk in het leven is geroepen. Langzaam maar zeker drong het tot Den Haag door dat deze samenleving niet is gebaat bij een onbetaalbare AWBZ, een sterk geïndividualiseerde samenleving en een gefragmenteerd zorgaanbod.Tegen deze achtergrond lanceerde onze staatssecretaris enige tijd geleden het wetvoorstel voor de WMO.

Kern van de WMO

De WMO vervangt de Welzijnswet, Wet Voorzieningen Gehandicapten en een deel van de AWBZ (te weten de huishoudelijke verzorging). De beoogde ingangsdatum is I januari 2007. Het uitgangspunt van de WMO is dat iedere burger zorg draagt voor het welzijn van zijn of haar medeburger. In de eerste plaats zal een burger met een beperking dan ook een beroep moeten kunnen doen op zijn familie, vrienden of kennissen. Een principe dat de SGP alleen maar van harte kan ondersteunen.Waren het immers niet de SGPers die vanouds naastenliefde en zorg voor elkaar op grond van de Bijbel hoog in het vaandel hadden staan als het ging om het bevorderen van een gezonde samenleving? Wanneer de burger geen hulp kan krijgen van directe naasten, komen sociale instanties en welzijnsorganisaties in beeld. Buurthuizen, vrijwilligersorganisaties en ook de kerken krijgen een belangrijke rol in het bieden van ondersteuning aan de medemensen.Wanneer ook deze ondersteuning ontoereikend blijkt, kan de burger zich tot de lokale gemeente wenden. Deze is verantwoordelijk voor het bieden van voldoende ondersteuning aan haar burgers, zodat deze in staat worden gesteld mee te doen in de maatschappij. Concreet kan hierbij gedacht worden aan huishoudelijke verzorging, rolstoelen, woningaanpassingen of maaltijdservice. De WMO heft de schotten tussen eerder genoemde wetten op.

Onduidelijkheid

De komst van de WMO wordt nog steeds met veel onzekerheden omringd. Een tweetal veel gehoorde opvattingen zijn de volgende. Er zouden onacceptabele verschillen kunnen ontstaan tussen verschillende gemeenten en gemeenten zouden kunnen besluiten WMO-gelden te gaan gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor ze oorspronkelijk bedoeld waren. Uiteraard zullen verschillen tussen gemeenten kunnen ontstaan. Door goede communicatie van de centrale overheid richting de burgers over de mogelijkheden die de WMO biedt, zal dit moeten worden ondervangen. De centrale overheid zal door middel van haar geijkte communicatiekanalen (reclamespotjes, etc.) de burgers moeten informeren over de wijzigingen naar aanleiding van de invoering van de WMO en de mogelijkheden aangeven waarvan ze bij hun gemeenten gebruik kunnen maken. In de eerste ruwe versies van de WMO was er sprake van een beperkte zorgplicht voor gemeenten. Door middel van het nu in de WMO opgenomen compensatiebeginsel zijn gemeenten verplicht om burgers met beperkingen voorzieningen te bieden die het normaal functioneren in de samenleving mogelijk maken.

Kansen en uitdagingen

De WMO biedt gemeenten en gemeentebestuurders enerzijds kansen, anderzijds lasten. Het vergt een verandering en verbetering In het proces. Momenteel zijn veel gemeenten gewend voornamelijk uitvoerende taken te verrichten. Nu zullen ze pro-actief op zoek moeten gaan naar de meest efficiënte oplossing voor hun hulpbehoevende burgers. Door tijdig in gesprek te gaan met alle op het gebied van de WMO belangrijke instanties, zal de invoering soepel kunnen verlopen.Vooral de identiteitsgebonden zorginstanties zullen hierop moeten inspelen omdat ze vaak door het willen bieden van zorg aan een kleine(re) doelgroep niet de goedkoopste oplossingen voor de gemeenten zullen zijn.Als oplossingsrichting voor lokale politici willen wij aangeven dat het Persoons Gebonden Budget (PGB) meer bekendheid moet worden gegeven. SGP-raadsleden moeten zorgen dat de gemeente duidelijke informatie verschaft over de mogelijkheden van het PGB en begeleiding biedt aan hulpbehoevende burgers bij het aanvragen en beheren daarvan.

Grote bedreigingen zijn de afname van het aantal vrijwilligers en de overbelasting van de mantelzorgers. Dezelfde overheid die vele jaren via diverse redeneringen en regelingen getracht heeft zoveel mogelijk personen op de arbeidsmarkt te laten participeren, doet nu een beroep op de weinige personen die tijd vrij (kunnen) maken om te zorgen voor anderen in de samenleving. Wij willen SGP-politici aanbevelen de handen ineen te slaan met kerken die ondersteuning kunnen bieden in tijden van overbelasting. Hiernaast moet men blijven aandringen op het scheppen van voldoende mogelijkheden voor respijtzorg en ondersteuning van (overbelaste) vrijwilligers en mantelzorgers.

Conclusie

De invoering van de WMO en de hiermee gepaard gaande toenemende verantwoordelijkheid voor gemeenten en maatschappelijke instanties is in de aard positief. Wel moet sterk worden toegezien op een juiste en rechtvaardige uitvoering. Hiervoor dient de centrale overheid de lokale overheden van voldoende budgetten te voorzien om van de WMO ook daadwerkelijk een succes te maken en geen verkapte bezuinigingsmaatregel.Voor de SGP-politici biedt deze ontwikkeling bijzondere kansen en unieke uitdagingen. De verantwoordelijkheid voor anderen in de samenleving wordt immers breed gedragen binnen de achterban. Ook de kerken komen in beeld als instanties die mensen met beperkingen en ouderen via de WMO kunnen ondersteunen. De raadsleden zullen tijdig met de maatschappelijke instanties in gesprek moeten gaan om hiermee de invoering van de WMO per I januari 2007 soepel te laten verlopen en deze kans te gebruiken om de plaats van de aan onze identiteit verbonden zorginstellingen en de kerken te versterken.

drs.Jos Lukasse, voorzitter commissie Sociaal-Economische-Zaken Maaike Verhoeks, lid commissie Sociaal-Economische-Zaken

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 juni 2006

De Banier | 24 Pagina's

Jongeren · W(ij) M(oeten) O(ndersteunen)?!

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 juni 2006

De Banier | 24 Pagina's