Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gods macht in de dierenwereld

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gods macht in de dierenwereld

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Wie bereidt de raaf haar kost, als haar jongen tot God schreeuwen, als zij dwalen, omdat er geen eten is?" Joh 39 vers 3

God is aan Job verschenen en toont hem dat Hij de almachtige is, Die regeert over mens en beest. In deze tekst wordt gehandeld van de raaf. Het Hebreeuwse woord voor raaf is oreb, dat betekent: het is zwart. Van kop tot staart is deze vogel wel 60 cm lang en zijn vleugels meten ongeveer een meter. De raven voeden zich met dode lichamen. Ze zijn in staat om op kilometers afstand hun voedsel te ruiken. Ze vergaderen zich bij de dode lichamen, maar ze eten ook wel vruchten en malse scheutjes van planten. De raaf was de eerste vogel die uit de ark werd losgelaten en niet terugkwam. De raven brachten voedsel bij Elia. Nu spreekt God tot Job. Tevoren heeft God aan Job diverse vragen gesteld om hem te overtuigen van Zijn grootheid in de natuur en in de voorzienigheid, maar ook om Jobs onwetendheid te tonen. Deze moet bekennen: God is groot. Nu vraagt de Heere van Job: „Wie bereidt de raaf haar kost, als haar jongen tot God schreeuwen?" Hier wordt gesproken van de jonge raven, waarvoor de ouden niet meer zorgen, en daarom schreeuwen ze, ze hebben honger. Het krassen van deze vogel is een schor, raspend, krijsend, onaangenaam geluid. God heeft in de beginne alles goed geschapen en toch zijn de raven onrein. Horen we niet hetzelfde in de prediking wanneer onze kinderen gedoopt worden? De mens was het pronkjuweel der schepping, maar is onrein geworden door de zonde. We worden ontvangen en geboren in zonde en daarom zijn we kinderen des toorns. Dit is niet geschreven van de raven, maar van ons. Hebben we dit al geleerd door de bediening van de Heilige Geest? De bruid getuigt: Ik ben zwart.

Wanneer het de Heere behaagt om ons de ogen te openen, dan zien we ook onze zwartheid door de zonde. De raven zijn zwart en dat zijn wij ook van nature, tenzij we gewassen zijn in het bloed van de Heere Jezus. De raven eten het vlees van dode dieren en mensen. Wij hebben ons hart verpand aan de wereld. Wij hebben geen behoefte aan het Brood des Levens en met Israël verachten we dit lichte brood. Als de jonge raven maar net kunnen vliegen, worden ze al uit het nest gestoten. Dit komt omdat de oude raven zo onbarmhartig en gulzig zijn. Nu dwalen ze van de ene plaats naar de andere, op zoek naar voedsel. Ze schreeuwen tot God, Die hun noden kent. De mens gaat de vogels ver te boven. De raven roepen tot God in hun noden, zo behoren ook wij tot God te roepen (Jer. 3:22, 23). Hoe moet het dan? We weten dat de raven een onaangenaam geluid geven, zo kunnen wij van nature niet bidden, maar toch moeten we blijven vragen. Van iemand hoorde ik eens: „Ik bid niet meer, want God hoort de onbekeerden niet." Dit is een leugen van Satan. De Heere hoort ook de jonge raven. Kunnen we nog bekeerd worden? Dat is mogelijk, want voor de Heere is niets onmogelijk en het is vrije genade als het gebeuren mag. Helaas zien we dat vele jonge mensen dwalen gelijk de jonge raven. Ze verlaten de ouderlijke woning en gaan de wereld in. Ze voeden zich met wat geen spijze is. Ze brengen de kostelijke tijd der genade door in hetgeen geen waarde heeft.

Bij velen zijn de jonge raven niet gezien, omdat ze zo schreeuwen. God veracht de jonge raven niet, maar zorgt voor hen. Zo zal de Heere voor Zijn kerk zorgen in dure tijd en hongersnood. Christus is de ware Spijs voor zijn kinderen. Aan het einde van het leven wacht de zaligheid. Die heeft Christus verworven voor Zijn kerk in de weg van lijdelijke en dadelijke gehoorzaamheid. Christus betaalde de prijs. Hij stelde de Vader volkomen tevreden met Zijn genoegdoening en de Heilige Geest past deze verdienste toe aan de uitverkorenen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 september 2001

Terdege | 104 Pagina's

Gods macht in de dierenwereld

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 september 2001

Terdege | 104 Pagina's