Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Persoon des Middelaars

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Persoon des Middelaars

III

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hij is rechtvaardig mens. 1 Petr. 2 : 22. Die geen zonde gedaan heeft, noch daar is geen bedrog in Zijnen mond gevonden. Hebr. 7 : 26: Want zodanig een Hogepriester betaamde ons, heilig, onnozel, onbesmet afgescheiden van de zondaren en hoger dan de hemelen geworden. 
Lucas 1 : 35: En de Engel antwoordende, zeide tot haar: de Heilige Geest zal over u komen, en de kracht des Allerhoogsten zal u overschaduwen, daarom ook, dat Heilige dat uit u geboren zal worden, zal Gods Zoon genaamd worden. Joh. 8 : 46: Wie van u overtuigd Mij van zonde? En indien Ik de waarheid zeg, waarom gelooft gij Mij niet? God en mens in één persoon. 
Joh. 1 : 14: En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijne heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als de Eniggeborene van de Vader) vol van genade en waarheid. 
1 Tim. 3 : 16: En buiten allen twijfel, de verborgenheid der Godzaligheid is groot; God is geopenbaard in het vlees, is gerechtvaardigd in de Geest; is gezien van de Engel en is gepredikt onder de heidenen, is geloofd in de wereld, is opgenomen in Heerlijkheid. 
Christus moest waarachtig God zijn, om de oneindige lont van Gods toorn te kunnen dragen en alzo dit deel der verzoening ten einde te kunnen brengen. 
Hij moest waarachtig mens zijn. De mens had gezondigd, dus moest ook door een mens, een waarachtig mens de straf gedragen worden. 
Het was de ziel, die gezondigd had, die sterven moest, en de vereniging der uitverkorenen met Hem tot één lichaam, zodat Hij voor hen voldoen kon, was alleen daardoor mogelijk, dat Hij Zelf waarachtig mens is. 
In ziel en lichaam was gezondigd, dus moest in ziel en lichaam de straf gedragen worden en Zijn menselijke natuur een volkomen menselijke natuur zijn.

Rechtvaardig mens, omdat Hij anders heel de voldoening voor Zichzelf nodig zou hebben, zonder dat Hij in enig opzicht anderen ten goede zou komen. Wie zelf een zondaar is, kan niet eens voor zichzelf voldoen, veel minder voor anderen betalen. 
God en mens in één Persoon, de Goddelijke natuur kon niet lijden noch sterven, dat moest door de menselijke natuur geschieden, doch daartoe moest de menselijke natuur in het bezit zijn van een oneindige Goddelijke kracht, Gods toorn dragen en een oneindige Goddelijke waardigheid hebben. Daarom moest de menselijke natuur de menselijke natuur zijn van de Persoon des Zoons Gods. Nu was Zijn kracht haar kracht, zodat zij niet bezwijken kon, tenzij de Goddelijke Persoon bezweek, en was Zijn waardigheid haar waardigheid, want Hij was het, die leed en stierf, niet in Zijn Goddelijke natuur, maar in Zijn menselijke. Dit zou echter niet het geval geweest zijn, als de menselijke natuur de natuur ware geweest van een menselijk persoon. 
Wel beweren de wederdopers, dat uit de gevallen menselijke natuur nooit weer iets goeds kon voorkomen, en dat het daarom een nieuwe schepping moest wezen. Dat Christus Zijn menselijke natuur dus niet heeft aangenomen uit het vlees en bloed der maagd Maria, maar haar als een gehele nieuwe schepping of uitvloeisel uit het wezen Gods heelt medegebracht uit de hemel. 
De Schrift leert ons echter, dat Christus onze natuur heeft aangenomen uit Maria door de werking des Heiligen Geestes.

Lucas 1 : 30-31. Matth. 1 : 20 en Lucas 2 : 7.

In al deze teksten wordt van een werkelijk bevrucht worden — ontvangen — baren gesproken. De Schrift noemt Hem dan ook: Zoon des mensen — Maria's eerstgeborene. 
Trouwens wanneer Christus Zijn mensheid uit de hemel gebracht had, dan had Hij niet onze natuur aangenomen, dan had Hij, staande buiten het menselijk geslacht, dat gevallen was, niet de zonden van dat geslacht (altijd alleen van de uitverkorenen) tot zaligheid op zich kunnen nemen en hen daarvan kunnen verlossen. Dit houden wij vol aan de hand van Catechismus zondag 14, Belijdenis des Geloofs art. 10, 18 en 19, daarmede de bestrijders dezer leer, als Socinianen, Remonstranten, Etischen, alsook hetgeen de Roomse catechismus leert, tegenkomende. 

G.   Ds. A. Verhagen

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 februari 1957

Daniel | 8 Pagina's

De Persoon des Middelaars

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 februari 1957

Daniel | 8 Pagina's