DE hEILIGE LInIE Of DE GOUDEN DRaaD

(3.)

In Seths nakomelingschap blinkt HENOGH uit als een enig voorbeeld van godzaligheid. Van deze Henoch lezen we het volgende: , , En Henoch leefde 65 jaren en hij gewon Methusalach en Henoch wandelde met God, nadat hij Methusalach gewonnen had, 300 jaren en hij gewon zonen en dochteren. Zo waren al de dagen van Henoch 365 jaren. Henoch dan wandelde met God; en hy was niet meer, want God nam hem weg."

In deze enkele woorden wordt ons het leven van HE-NOCH getekend. Er wordt in de eerste plaats gewezen op Henochs wandel met God. Deze uitdrukking duidt aan een leven in zeer bijzondere verhouding tot God, een voortdurend leven in Gods gemeenschap. Deze woorden worden slechts gebruikt, van HENOCH en NOACH. (Gen. 6:9) HENOCH leefde dus dicht bij God, hij zocht voortdurend Gods gemeenschap.

God openbaarde hem ook Zijn wil en als profeet des Heeren had HENOCH de roeping om Gods Woord te verkondigen. Hij predikte het oordeel Gods over de goddelozen: „Ziet de Heere is gekomen met Zijne vele duizenden heiligen; om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege al de harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben." (Judas 1 vers

14 en 15.) In Henochs dagen nam de zonde der mensen door de vermenging van Kaïnieten en Sethieten toe. Ook de Sethieten werden meegesleept in de zonde en verzetten zich tegen God. Henoch waarschuwde daartegen. Henoch profeteerde en de inhoud van zijn profetie betrof het te wachten oordeel, over de goddelozen. Niet onwaarschijnlijk is, dat al de heilige Vaderen vóór de zondvloed profeteerden en predikten, gelijk de Heere hun gaf te getuigen. Van NOACH lezen we tenminste ook, dat hij een PREDIKER DER GERECHTIGHEID was. (2 Petr. 2:5.)

HENOCH echter profeteert van het OORDEEL. Hij roept het de goddelozen toe, dat God ten gerichte gekomen is met Zijne vele duizenden heiligen! De schrik des Heeren moest hen bewegen tot het geloof! Zozeer is HENOCH doordrongen van het gericht, dat nadert, dat hij zijn zoon noemt: METHUSALACH of METHU-SALEM, dat betekent: Als hy sterft zal er verstoring zijn. Het leven van METHUSALEM zal nog getuigen van Gods lankmoedigheid, maar bij diens dood zal het einde daar zijn. Methusalem sterft in het jaar van de vloed, zodat deze profetie ook werkelijk en letterlijk vervuld wordt.

God heeft door de bediening van HENOCH, zowel als door die van NOACH, door WET en EVANGELIE, door bedreiging met het oordeel en door liefelijke nodiging tot behoudenis met de eerste wereld getwist. Ze heeft geweigerd te horen en is ondergegaan in de

ZONDVLOED. Van HENOCH wordt niet gezegd: „En hg stierf!" Van hem lezen we: „En hij was niet meer, want God

nam hem weg!" HENOCH is dus niet gestorven. God heeft hem tot Zich genomen in de hemel. Henoch verkreeg de zaligheid naar ziel en lichaam beide. PAULUS herhaalt in Hebr. 11, wat MOZES reeds berichtte: namelijk, Hij was niet meer, want God nam hem weg, maar de Apostel geeft nog een nadere toelichting van dat wegnemen. Hij zegt: „HENOCH is weggenomen geweest, opdat hij de dood niet zien zou!'' Zonder twijfel is dus Henoch opgenomen naar ziel en lichaam in eeuwige heerlijkheid. Hij is evenals ELIA ten hemel gevaren en niet gestorven. HOE dit geschiedt is weten wij niet!!!

Er staat, dat hij plotseling weg was. In Hebr. 11 : 5 staat, dat hij niet werd gevonden! Dat houdt misschien in, let wel, ik zeg misschien, dat hij werd gezocht, dat de goddelozen hem wilden doden, omdat zijn voortdurende prediking, zijn altijd weer oproepen tot bekering, hen hinderde.

Misschien, ik herhaal, misschien werd hij met de dood bedreigd; toen nam God hem tot Zich in de hemel, want, en dat is zeker, Henoch had door zijn geloof Gode behaagd. Zie Hebreeën 11 : 5 en 6.

Opmerkelijk is, dat hij juist zoveel jaren leefde, als er dagen in het jaar zijn. Het innige verkeer en de nauwe omgang of het wandelen van HENOCH met GOD eindigde in zijn heengaan tot GOD. Gelijk ABEL de eerste der MARTELAREN was en ADAM, de stamvader van alle mensenkinderen, zijn leven eindigde in de natuurlijke dood, zo was HENOCH de eerste, die door wondervolle opname de heerlijkheid is ingegaan.

Welk een onderscheid! De zevende van ADAM, uit KAÏN, LAMECH, zingt het lied der wraak, de zevende van ADAM, uit SETH, HENOCH, predikt Gods gerechtigheid en God neemt hem weg.

Uit de beperking van Mozes aangaande HENOCHS wandel met God zouden we kunnen besluiten, dat dit niet altijd Henochs wandel geweest is. Immers er staat

ZO uitdrukkelijk: „NADAT hij METHUSALACH gewonnen had", zodat duidelijk blijkt, dat Henoch deze wandel ook NIET VAN ZICHZELF had. 65 jaren muntte Henoch niet uit in godzaligen wandel, eerst bij Methusalems geboorte kreeg hij die souvereine genade, die hem zo bijzonder in Gods gemeenschap liet delen. Waar genade valt, daar valt ze vrij!!!

genade valt, daar valt ze vrij!!! De geboorte van zijn eerste zoon schijnt de Heere als middel gebruikt te hebben, om Zijn heil te vervullen. Zo kon HENOCH getuigen met JOHANNES: „Wij hebben U lief, omdat GIJ ons eerst hebt liefgehad!"

Die wandel met God was een wandel in Christus door het geloof. Alleen in HEM kon Adams nageslacht, waartoe ook Henoch behoorde, uit genade met God verzoend worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen