Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET SPOOR BIJSTER?

De redactie van 'De Reformatorische School', het orgaan van de Gereformeerde Onderwijzers-en lerarenvereniging (GOLV) verzocht enige aandacht te schenken aan het themanummer "Het godsdienstonderwijs op de reformatorische school." Het nummer, dat 96 bladzijden telt, heeft de volgende hoofdstukken:

Ter inleiding

1. Godsdienstige opvoeding op school - bij ieder vak - door C.J. Meeuse

2. De voorbereiding van de Bijbelse Geschiedenisles en de daarbij ten dienste staande bronnen en leermiddelen - door C. de Bode

3. De Bijbelvertelling - door het team van de as. A. Hellenbroekschool te Zwijnarecht

4. De bijbelvertelling en het sprookje - door G.D. Pas

5. Enkele gedachten over de belijdenisgeschriften bij de Bijbelse geschiedenis in het lager onderwijs - door N.J. Teeras

6. Verwerkingsvormen en - mogelijkheden - door M. Rijnhout en mej. M. Keijzer

7. De aansluiting l.o.-v.o. bij het Godsdienstonderwijs - door G.J. Capellen

8. Het godsdienstonderwijs na de lagere school aan de hand van een aantal methoden - door I.A. Kole

9. Godsdienstonderwijs op een reformatorische scholengemeenschap - door drs. H.G. Leertouwer

10. Brief van een leraar godsdienst op de L.T.S. - door J. Wijnhorst

11. Motivatie van het godsdienstonderwijs in de puberteit - door J. de Jager

12. De taak en de plaats van het godsdienstonderwijs op O.K. en P.A. - door J. Segers.

Het is vanzelfsprekend onmogelijk om in het bestek van een boekbespreking elk hoofdstuk afzonderlijk aan de orde te stellen. Daarom beperken we ons tot een onderzoek naar de behandeling van datgene wat ons inziens het meest wezenlijke der waarachtige

godsdienst is, namelijk de wedergeboorte en bekering.

De heer Meeuse poogt in het eerste hoofdstuk een totaalvisie te geven op het onderwijs, zoals dat, binnen de school die zich reformatorisch noemt, dient gegeven te worden. Treffend in zijn boeiend betoog vonden we de volgende passage.

Ik hoorde een lid van de Schotse Free Presbyterian ChurcW haar mening over het geestelijk leven in de gereformeerde gezindte eens als volgt samenvatten: "Bij jullie is het niet erg om onbekeerd te zijn." En had ze geen gelijk? Het schijnt een geoorloofde, een vanzelfsprekende zaak te zijn om de Heere niet te vrezen, geen oprecht geloof - dus een onoprecht geloof! - te bezitten en onbekeerd verder te leven.

De scribent wijst hier ongetwijfeld een stuk realiteit aan. Al te zeer wordt ook onder ons, als dekmantel voor een ongebonden leven, gezegd: "Ik ben nu eenmaal onbekeerd, " of: "Ik kan mezelf toch niet bekeren? " De oude christenen uit met name de vorige generatie vroegen dan dikwijls: "Heb je het al eens geprobeerd? " of "Hoe ben je er achter gekomen? " Ze konden het niet verdragen als in onverschilligheid gesproken werd over de staat op reis naar de eeuwigheid. Anderzijds waren deze zelfden echter evenzeer beducht voor een geslacht van rijke jongelingen, dat een eigen bekering in elkaar gezet had en met een verandering van levenswandel meende reeds een heel eind op weg te zijn. In dit verband troffen me enkele uitspraken van wijlen as. J. Fraanje in een preek, getiteld "De laatste bazuin."

- Er zijn maar twee wegen, bekeerd of onbekeerd. Er zijn geleerden, die zeggen dat er drie zijn. Maar de Bijbel gaat rechtdoor: er zijn slechts bekeerden en onbekeerden. Ik heb weieens iemand begraven, die afschuwelijk lelijk was en ik heb er weieens een begraven die mooi was, er zijn mooie en lelijke doden. Kunt u dat verdragen?

- Je komt soms op huisbezoek en je vraagt het een en ander. Dan zeggen de mensen: "ik weet het niet". Zij zeggen niet: "Ik ben onbekeerd"; daar zijn ze te vroom voor.

Hoe blijkt uit deze opmerkingen, hoezeer 'het oude volk' ervan doordrongen was dat het in de allereerste plaats voor een mens noodzakelijk is, dat hij uit de staat der geestelijke dood wordt opgewekt, dat hij wordt wedergeboren, en dat in een weg van waarachtige overtuiging van zonde, gerechtigheid en oordeel (Joh. 3 : 3, 16 : 8, Efeze 2 : 1-7).

Dat is nu ook net het punt, waarop mijns inziens het nummer van de

De Reformatorische School teleurstelt. Al te zeer mis ik, met name in de hoofdstukken 2 en 3, de aansporing om in de bijbelse geschiedenis de kinderen voor te houden, dat een mens van nature dood ligt in zonden en misdaden, en dat er in de tijd een werk Gods in de mens zal moeten plaatsvinden, buiten en zonder ons toedoen. Hoe dient met alle ernst de kinderen voorgehouden te worden dat een mens van nature niet anders dan de eeuwige rampzaligheid te wachten staat, doch hoe groot anderzijds het geluk van Gods ware volk is, dat in de tijd voorbereid wordt voor de doorgang tot het eeuwige leven. Weliswaar maakt de heer De Bode de opmerking dat we op kinderlijke wijze de noodzakelijkheid van de waarachtige bekering moeten bijbrengen (cursivering van mij, C.D.), doch, zo vraag je je al lezende af, welke inhoud wordt zo langzamerhand aan deze terminologie gegeven, als ik nauwelijks één regel ervoor lees: "Wij mogen kinderen wijzen op de grote Kindervriend"? Als ik dergelijke opmerkingen uit de school van Jan de Liefde, Anne de Vries c.s. lees, dan huiver ik. O zeker, met nooit genoeg ernst kan de kinderen voorgehouden worden dat er door Christus een mogelijkheid van zaligworaen is, en dat een mens niet alleen verloren gaat vanwege de overtreding der wet maar evenzeer vanwege de verwerping van het evangelie, doch ik meen dat we het spoor bijster zijn als deze heilsproclamatie verworden is tot een wijzen op de 'grote Kindervriend'. Wanneer men, naast het sporadisch gebruik van de bijbelse woorden als wedergeboorte en bekering, meent de toevlucht te moeten nemen tot dergelijke geheel onbijbelse uitdrukkingen, ontstaat bij mij het bange vermoeden, dat men in de praktijk van het lesgeven het vaarwater van de Kuyperiaanse weaergeboorteleer dicht is genaderd, hoezeer men het voor zichzelf en anderen wellicht nog zal ontkennen.

Komt deze zaak in andere delen van het geschrift dan niet helderder naar voren? Het zou onwaarachtig zijn, dat te ontkennen. De hoofdstukken 11 en 12 zijn gelukkig op een heel andere toonhoogte gesteld. In deze hoofdstukken wordt nog duidelijk onderscheiden gesproken. Verheugend is het zonder meer, dat dit met name in hoofdstuk 12 gebeurt. Niet gering moet immers gedacht worden over de invloed van leraren, die ertoe geroepen worden om onderwijzers en kleuterleidsters op te leiden. Verblijdend is het dat van de zijde van de heer Segers geen opmerkingen gehoord worden als: "Je moet voor de kinderen een gids zijn naar de Heere Jezus, " doch dat hij in duidelijke bewoordingen, aan de hand van de Dordtse leerregels, de grondstukken der waarheid vastlegt. Wijlen as. G.H.

Kersten zei in de discussie met as. R. Kok eens, aat je niet ruim genoeg kunt zijn, mits je de grondstukken van de waarheid vast legt. Samenvattend zal het de lezer duidelijk zijn, dat we dit nummer van De Reformatorische School, gezien de divergentie van de artikelen, niet zonder meer kunnen aanbevelen. Wie het evenwel wenst aan te schaffen, leze vooral de laatste twee hoofdstukken.

N.a.v.: Het godsdienstonderwijs op de reformatorische school; themanummer D.R.S., 9e jaargang nr. 4, april 1981; prijs f. 9, 50. Administratieadres: Raadhuisstraat 11, 2751 AT Moerkapelle.

Dit artikel werd u aangeboden door: KOC Visie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 1981

Criterium | 60 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 1981

Criterium | 60 Pagina's