Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HUE DENKEN WIJ OVER HET WERELDDIAKONAAT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HUE DENKEN WIJ OVER HET WERELDDIAKONAAT

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De bootvluchtelingen hebben ons weer eens met onze neus op de problematiek van het werelddiakonaat gedrukt. De hele wereld (in beginsel arbeidsveld voor de prediking, Matth. 28 : 19) is ook werkveld voor het diakonaat. I-Iet diakonaat mag niet beperkt blijven toe de eigen gemeente (I. A. Kole in bijlage Daniël, 22 sept. '78).

Je kunt het ook omschrijven op een wijze, zoals ik die aantrof in een studie uit Gereformeerde Bondskring, genaamd „Bijdrage aan diakonaal beleid": „De diaken (het diakonaat) vraagt van de gemeente allereerst aandacht voor de noden van de gemeente, vervolgens van de wereld. Een eerste verantwoordelijkheid voor de eigen gemeente betekent géén kerkelijk egoïsme, maar het zuiver funktioneren van haar eigen organisme. Na de plaatselijke gemeente komt ook de regionale en de landelijke kerk. Eerst binnen, dan ook buiten de gemeente gaat de diakonale zorg bijzonder uit naar personen die in nood zijn".

Hierbij wordt als bijbelse fundering verwezen naar Galaten 6 : 10: Laat ons goed doen aan alle mensen, maar meest aan de huisgenoten des geloofs". Dit duidt niet op een voorkeursbehandeling voor de gemeente in de zin van „het hemd is nader dan de rok". Nee, het gaat om het volgende: De gemeente als broederschap, huis Gods, verzorgt allereerst de huisgenoten. De gemeente zou een aanfluiting voor de wereld zijn, als het anders was. Deze broederlijke liefde is eerder bevorderlijk voor de vervulling van haar wereldomvattende taak. De gemeente dient te handelen vanuit het rekenen met de door God gelegde verbanden".

In diezelfde studie trof ik de volgende stelling aan: „Waar en wanneer het mogelijk is, verdient het een zekere voorkeur, dat de gemeenten hun diakonale roeping zelf via hun diakonale organen vervullen in plaats van bepaalde takken van hulpverlening over te laten aan partikuliere (christelijke) organisaties. Afhankelijk van de situatie kan daarom van geval tot geval bezien worden of de gemeente haar leden moet stimuleren op persoonlijke wijze deel te nemen aan organisaties of aktiviteiten die gericht zijn op hulpverlening óf dat de gemeente zelf een bepaalde taak ter hand moet nemen, al dan niet samen met andere christelijke (of niet-ehristelijke) gemeenschappen."

Stichting Z.O.A.

Wellicht vraag je: Maar wat heeft dit nu met de bootvluchtelingen te maken? Mijn antwoord luidt: Alles.

Immers toen wij werden gekonfronteerd met de immense problemen die de opvang van de duizenden vluchtelingen met zich meebracht, ontstond bij velen, ook binnen de kring van onze gemeenten, de vraag: „Wat kunnen wij doen? " De nederlandse regering stelde zich terughoudend op. Ook ons kerkelijk deputaatschap „Hulpverlening

in bijzondere noden" kon op vragen vanuit onze gemeenten, o.a. van diakonieën, over mogelijkheden tot hulpverlening aan deze bootvluchtelingen niet onmiddellijk reageren, hoewel zij reeds vanaf 1975 aan Vietnamese vluchtelingen in Thailand hulp bood.. Alleen de Stichting Comité Hulpverlening Zuid-Oost Azië (Z.O.A.) en het evangelische Tear Fund zijn vanaf het. moment dat er iets van deze problematiek bekend werd, bezig hulp in deze nood te verschaffen. Dat konden deze organisaties ook doen, daar zij al jaren, samen met de C.A.M.A., een amerikaanse zendingsorganisatie, in Zuidoost Azië bezig zijn met hulpverlening.

Gelukkig werd zowel van de kant van de nederlandse regering als vanuit ons deputaatschap vlak voor de vakantie het nodige gedaan om de hulpverlening te mobiliseren, zodat in september een aktie werd' ondernomen. Deze werd o.a. gepresenteerd in het informatiebulletin „De Noodklok", een uitgave waar we als Geref. Gemeenten blij mee mogen zijn.

Wat ik evenwel jammer vind, is dat de deputaten geen kontakten hebben opgenomen met de Stichting Z.O.A. Mijns inziens is dit een organisatie waar we onze giften met een gerust gemoed aan kwijt kunnen. Met name omdat de Stichting Z.O.A. samen met de C.A.M.A. rechtstreeks hulp verleent aan vluchtelingen in nood. Ik mag aannemen, dat ook het deputaatschap gebruik maakt van de enorme ervaring van de C.A.M.A. in dit gebied. Ik kan mij voorstellen, dat wij niet deelnamen aan de algemene aktie van de Stichting Hulpverlening Nederland, maar de stichting Z.O.A. besteedt de gelden ongetwijfeld even verantwoord als wij dat zouden doen.

Slichting „Woord en Daad" en andere christelijk stichtingen

Eenzelfde problematiek speelt ten opzichte van de stichting „Woord en Daad", die een koördinerende funktie t.a.v. de reformatorische kerken verricht in het kader van het werelddiakonaat. In hoeverre is er bij de hulpverlening in het verleden sprake geweest van afspraken met deze stichting? Wellicht zijn er projekten overgenomen? Natuurlijk dienen wij als Geref. Gemeenten ons beleid zelf te bepalen, maar dit betekent toch ook in diverse gevallen, dat bepaalde projekten van andere organisaties door onze gemeenten kunnen worden geadopteerd? Dat betekent, dat het wordt aangekondigd als een projekt van b.v. de stichting „Woord' en Daad", dat door ons wordt gefinancierd.. Waar het mij om gaat (en daar heeft de problematiek van de hulpverlening aan de bootvluchtelingen ons op geattendeerd), is de vraag: Is het niet gewenst dat we ons bezinnen op het werelddiakonaat binnen onze gemeenten? In hoeverre dient er met bestaande reformatorische stichtingen die zich op het terrein van het werelddiakonaat bewegen, geregeld overleg gepleegd te worden over akties, te verlenen hulp, afgrenzing van gebieden waar de ander zich reed's op beweegt, etc.? Natuurlijk ligt het in de eerste plaats op het terrein van het deputaatschap om zich hier op te bezinnen. Toch ligt hier voor de gemeenten en in het bijzonder de diakenen een opdracht. Onze Generale Synode heeft uitgesproken, dat we ons niet aan een of andere aktie blijvend zullen verbinden, maar dat in bepaalde gevallen overleg over akties dient plaats te vinden. Ik zou hier een sterk pleidooi willen houden voor geregeld overleg met een aantal binnen onze kringen op het terrein van het werelddiakonaat werkzaam zijnde organisaties. Laten we er voor oppassen, dat ook in deze materie door ons niet wordt geroepen, dat des Heeren tempel deze zijn.

Dat een zekere voorkeur dient te worden gegeven aan hulpverlening via eigen organen, is buiten kijf. Maar laten we onze beperktheid bij het lenigen van wereldnoden duidelijk voor ogen houden. Laten we blij zijn met een bundeling van krachten ook op het terrein van het werelddiakonaat. Het kan toch ook op het gebied van de politiek, het onderwijs en het Bijbelverspreidingswerk?

Werelddiakonaat en zending

Niet alleen het deputaatschap Hulpverlening in Bijzondere Noden beweegt zich, vooral sedert haar mandaatswijziging in 1974, op het terrein van het werelddiakonaat, ook de zending is nauw verbonden met dit werk. De ziekenhuizen, klinieken, landbouwscholen en het weeshuis, dit alles behoort tot de diakonale kant van het zendingswerk. In de bezinning op de diakonale hulp in de wereld dient daarom ook zending betrokken te zijn. De zendingsdeputaten hebben het diakonale aspekt' van het zendingswerk ook ingezien en daarom wordt vanaf 1977 een beroep op de diakonale kassen gedaan d.m.v. de najaarskollekte.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1979

Daniel | 24 Pagina's

HUE DENKEN WIJ OVER HET WERELDDIAKONAAT

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1979

Daniel | 24 Pagina's