Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De lieflijkheid van Gods huis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De lieflijkheid van Gods huis

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoe lieflijk zijn Uw woningen, o Heere der heirscharen! (Ps. 84 : 2)

Het is een slecht teken in het leven van een mens, als het geen gemis voor hem is, met de gemeente Gods niet te kunnen opgaan naar Gods huis; geen lust te hebben in en betrekking op de dingen van Gods Koninkrijk.

Daartegenover is het een greep uit het vernieuwde hart van Gods kinderen naar Gods huis te wandelen. De Heere heeft het beloofd Zijn volk te verheugen in Zijn huis, want dat huis zal een huis des gebeds zijn.

Door de dwaasheid der prediking wil Hij zalig maken die geloven door genade. Hoe zouden zij geloven zonder die hen predikt? De dienst Gods is het volk Gods naaide nieuwe mens een verlustiging. „Wat blijdschap smaakt mijn ziel, wanneer ik voor U kniel in 't huis, dat Gij U hebt gesticht."

Ja zij verblijden zich in degenen, die tot hen zeggen: Wij zullen in het huis des Heeren gaan. De Heere wil in Zijn huis een verloren volk bekend maken met de éne Naam tot zaligheid. Wie zich als een verlorene kent, heeft behoefte naar Gods huis, om Gods Woord door Gods knecht te horen. Want de Heere openbaart zich door Woord en Geest aan allen die zalig worden. Hij komt daar door Zijn Woord met de stem van lokkingen, trekkingen, ontdekkingen, bestraffingen, verlossingen en vertroostingen. Ja tot planting en vermeerdering en versterking van het zaligmakend geloof. Hij bedient uit de volheid van Christus, in zichzelf ontledigde zondaren. Zulke behoeftige kerkgangers hebben Gods dag, woord, knechten, huis en instellingen lief, omdat zij door de Geest waarnemen en verstaan dat het Gods ordinantiën zijn. Want ofschoon zij alles missen, kan dit door zijn smaak èn hart èn zinnen strelen. Zij hebben Gods huis lief en zingen gedurig:

Hoe lieflijk, hoe vol heilgenot O Heer', der legerscharen God Zijn mij Uw huis en tempelzangen Hoe branden mijn genegenheên Om 's Heeren voorhof in te treên Mijn ziel bezwijkt van sterk verlangen Mijn hart roept uit tot God, Die leeft En aan mijn ziel het leven geeft.

Lezers! zingt deze psalni eens geheel uit in uw gezinnen.

Des Heeren kinderen hebben dit alles lief omdat de liefde Gods in hun harten is uitgestort. Zij hebben de Heere in en om Christus lief, want die getrouwe Heer hoort hun stem, hun smekingen, hun klagen. Zij worden gered en gezaligd uit enkel souvereine liefde. Als dat heil wordt verkondigd, zitten zij daar menigmaal verwonderd en verslagen onder: hoe is dat mogelijk, dat God aan mij gedenkt. Maar het is de opdracht aan Gods knechten: Spreek naar het hart van Jeruzalem. Hierin ligt het geheim, dat zij Gods instellingen liefhebben. Dit komt met de Bijbelheiligen overeen en ook onze vaderen hebben dit zo juist gesteld. Lees Zondag 38 daar eens over na. Wat is het noodzakelijk en ook een weldaad, dat de ouders mèt hun gezinnen getrouw opgaan, zonder daarvan een grond te maken. Als het een waar genot en een liefdedienst wordt, dan worden wij ervoor bewaard om dode, eigengerechtige formalisten te worden. Het wezen van God en Zijn dienst moet de vorm uitmaken.

O, wat is het een voorrecht, dat wij boven millioenen heidenen en valse religiën op mogen gaan.

Want David zingt deze 84e psalm niet met Remonstranten of welke oppervlakkige Christenen ook, maar met de ware Christenen, uit hart en ziel voor de ware Eredienst van Jehova. Dit is de ware religie van Gods Woord en Volk door alle eeuwen heen.

Het is dan: Kom ga met ons en doe als wij, Psalm 122. O, het is een ontmoeting Gods met Zijn volk en van dat volk met God. Het is als het ware met Mozes op de berg in Gods tegenwoordigheid. Het is een ingaan in Gods heiligdommen met een: Komt laat ons samen Israëls Heer, de Rotssteen van ons heil met eer, met Godgewijden zang ontmoeten. En zie nu, ook onder velen van de jeugd en ouderen eens een verslapping en verflauwing en verwaarlozing.

Dit is zeker, als wij zó de Heere zaligmakend mogen ontmoeten in Zijn huis, dan zullen we eens eeuwig toeven in Zijn huis, om daar Gods lieflijkheden eeuwig te aanschouwen.

Maar wacht U voor een valse religie. Gaat onder Gods zo getrouwe wachters op en de grote ontzaggelijke lichten: de oudvaders. O, wij kunnen de Heere niet dienen en de wereld gelijk. Onze bede is bij aan-en voortgang: En zie of er bij mij een schadelijke weg is en leid mij op de eeuwige weg. In de dienst Gods wordt de gemeenschap met God en Zijn heiligen geoefend. Grote voorrechten hebben we nog. Konden wij eens zien en weten hoe het in Rusland, China, Japan, Indië en bij de Mohammedanen en Heidense volken ging. O wij weenden ons moe. Wat waarderen wij weinig. En hoeveel martelaren hebben alles, ook hun leven gegeven voor deze woorden: Hoe lieflijk zijn Uwe woningen o Heere der heirscharen. En dit alles gegrond en gefundeerd op het ganse Middelaarswerk. Gode tot eer en tot handhaving en verheerlijking van Gods deugden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1951

Daniel | 8 Pagina's

De lieflijkheid van Gods huis

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1951

Daniel | 8 Pagina's