Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De tabernakeldienst (112)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De tabernakeldienst (112)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is ons uitzien of er een geestelijke opwekking in ons land, in de gemeenten, en overal ter wereld mag plaatsvinden. We zijn ervan overtuigd dat dit alleen door de bediening van Gods Geest en Woord mogelijk is.
Laten Gods knechten en allen die in Gods wijngaard arbeiden niet aflaten om goed van de dierbare Jezus te spreken. U kunt Jezus nooit te hoog verheffen en nooit uw naaste als zondaar recht op zijn diepste ellende wijzen. Hoe meer zij zichzelf door genade als ellendige, verdoemelijke en zondezieke zondaren leren kennen, hoe groter het wonder voor hen wordt wanneer Jezus hen in de oceaan van liefde en zaligheid brengt.
Mochten we van Hem toch meer kennen, opdat we niet alleen de zaligheid voor onze eigen ziel proeven, maar zouden beseffen dat de zaak van de Koning haast heeft. Wijs daarom anderen op Jezus opdat ook zij door genade Hem zouden leren kennen als het hoogste Goed, de dierbaarste Zaligmaker, de veiligste Schuilplaats, de vaste Rotssteen en de enige Fontein van liefde. Weet dat als u en ik het middel mogen zijn van de bekering van één zondaar, onze moeizame arbeid zwaar beloond zou worden. Wat een blijdschap zal het dan zijn als er niet één, niet twéé, maar velen tot bekering zouden komen. Laten onze medebroeders rusteloos hun werk doen op hoop van de beloofde zegen!

Zuivere harmonie
Christus heeft Zijn discipelen na Zijn opstanding op de zuivere harmonie van het Oude en Nieuwe Testament gewezen. Dit blijkt uit Zijn woorden: Dit zijn de woorden die Ik tot u sprak als Ik nog met u was, namelijk dat het alles moest vervuld worden wat van Mij geschreven is in de Wet van Mozes en de profeten en Psalmen (Luk. 24:44). Vervolgens zei Hij tot hen in vers 46 en 47: Alzo is er geschreven, en alzo moest de Christus lijden, en van de doden opstaan ten derden dage; En in Zijn Naam gepredikt worden bekering en vergeving der zonden onder alle volken, beginnende van Jeruzalem.
Christus gaf hen dus opdracht om het Evangelie eerst in Jeruzalem te verkondigden en daarna over de hele wereld. Deze opdracht geldt ook voor al Zijn knechten die Hij roept, uitstoot en bekwaam maakt om op de plaats waar Hij hen zendt met hart, mond en knieën te arbeiden. Niets is meer waard om met en tot anderen te spreken dan over de dierbare Christus en Zijn werk, bloed, gerechtigheid en gemeenschap. Er is geen beter werk op aarde te vinden dan om zondaars publiekelijk in Zijn Naam bekering en vergeving te verkondigen. Ook nu worden Gods knechten opgeroepen om in Zijn Naam zondaars tot bekering en geloof te manen. Behalve dit, is het ook hun taak om zowel voor als na hun prediking en ander ambtelijk werk de Heere te smeken om het gehoorde Woord met Zijn zegen te achtervolgen.
Waaruit blijkt nog meer de zuivere harmonie van het Oude en Nieuwe Testament? We willen Mozes en Ezechiël als voorbeelden noemen, die beiden van de Heere te zien kregen dat de verkorenen uit de Joden en later uit de heidenen tot de zaligheid in Christus zouden komen. Christus heeft aan Mozes op de berg Horeb in de woestijn getoond hoe hij de tabernakel moest laten maken, afbeeldend de zaligheid van zondaren eerst uit de Joden en daarna uit de heidenen. Christus heeft later aan Ezechiël bij de rivier Chebar in Babel het gezicht van de wateren getoond, afbeeldend de zaligheid van zondaren eerst uit de Joden en daarna uit de heidenen.

Zuivere harmonie verklaard in het gezicht aan Ezechiël
We nemen aan dat de lezers ons de vrijheid geven om voor een korte tijd onze gezichtskring niet te beperken tot de tabernakeldienst, maar uit te breiden tot het gezicht van de geestelijke tempel dat aan de profeet Ezechiël getoond werd. Zie het gezicht van de levende wateren uit de geestelijke tempel als een nadere uiteenzetting om de heerlijkheid van God in Christus te benadrukken. De ene stroom water vloeide langs het brandofferaltaar en de andere onder de dorpel van de deur van de geestelijke tempel. Beide stromen beeldden het Goddelijke welbehagen in Christus af (Ezech. 47:1-12). Gelijk water over het land stroomt en dat vruchtbaar maakt, zo zal Gods Geest en Zijn Woord die door wateren worden afgebeeld, onvruchtbare zondaars vruchtbaar maken door de verdiende weldaden van Christus aan hun hart toe te passen.
Dit gezicht van de wateren van vrije genade werd aanvankelijk vervuld op de Pinksterdag tijdens de uitstorting van Gods Geest te Jeruzalem. Dit werd Ezechiël duidelijk gemaakt doordat de wateren als een kleine stroom tot aan de enkels raakten, zodat op de Pinksterdag 120 personen bedeeld zouden worden met Gods Geest om de zaligheid in Christus te verkondigen. Maar Ezechiël zag nog méér. Hij zag de stuwkracht van de wateren van vrije genade hetgeen oorzaak was dat zij tot aan zijn knieën raakten, afbeeldend dat er 3000 zondaren op één dag tot God bekeerd zouden worden. De stuwkracht van het water stuwde de wateren steeds hoger, zodat zij tot aan de lenden van de profeet raakten. Hiermee gaf Christus te kennen dat het Evangelie in het land van Israël door heel Judéa, Galiléa en Samaría verkondigd en gezegend zou worden (Hand. 9:31).
Christus toonde vervolgens de stuwende kracht van de wateren van vrije genade op zulk een wijze dat zij een brede en diepe beek werden waar de profeet Ezechiël niet kon doorgaan: Want de wateren waren hoog, wateren waar men door zwemmen moest, een beek waar men niet kon doorgaan (Ezech. 47:5). Hiermee beeldde Christus af dat Zijn Koninkrijk zich zeer zou uitbreiden. Hij zou Zijn knechten zenden naar Klein-Azië, vervolgens naar Afrika en Europa, en ten slotte zou het Evangelie over de hele wereld verkondigd worden.

Een bijzondere vraag:
1. Aan Ezechiël
Met dat de profeet in de diepe beek van de wateren van vrije genade zwom, stelde Christus hem de vraag: Hebt gij het gezien, mensenkind? Dus toen de profeet zeer verblijd was omdat hij in een gezicht zag dat het Evangelie over de hele wereld zou worden uitgebreid, vroeg Christus hem af of hij het gezien had. De kanttekening leert ons: ’Dat is op alles gelet? Waarmede de profeet vermaand werd, op alles naarstiglijk acht te nemen.’ Christus prentte hem met deze vraag in wat hij had gezien. Hij wilde hem in herinnering houden dat de Bron van de bekering niet de aandachtige hoorders van het Evangelie zijn, noch Gods knechten met al hun inspanningen, maar alleen de Drie-enige Verbonds-God. Vervolgens leert deze vraag ons dat Christus hem niet aansprak met ’gij zeer bevoorrecht mens’, maar mensenkind, ofwel zoon van Adam, gevallen Adamskind.
De reden hiervoor was dat de profeet door dit bijzondere gezicht niet hoogmoedig zou worden. De Heere zal Zijn volk en knechten gedurig bij hun afkomst bepalen, zodat zij zullen weten dat zij alleen zalig worden om de Bron en Oorzaak van de zaligheid, namelijk Gods soeverein welbehagen in Christus.

2. Aan ons
Christus stelt nu óns de vraag: ’Hebt gij het gezien, mensenkind? Hoe ellendig is uw toestand als u nooit de bron van de val en de bron van uw bestaan hebt gezien. Leer toch alles buiten Christus verachten en Hem als de Parel van grote waarde achten. U wilt liever Christus en de zaligheid goedkoop hebben, maar weet dat alleen een schuldige zondaar aan de weet komt dat de zaligheid om niet geschonken wordt. Zie, als u dan net als Ezechiël in de stroom wordt geleid, dan is het een verschil of het voor uw zielenleven tot aan de enkels, knieën, of tot aan de lenden raakt, of dat het zelfs als een diepe en brede beek wordt waarin u alleen met de armen des geloofs kunt zwemmen. Hoe dierbaar wordt dan voor u de zaligheid in Christus! Ezechiël kon vanwege verwondering geen antwoord geven op de vraag: Hebt gij het gezien, mensenkind?
Wie van ons is dit stilzwijgen niet vreemd?
We hopen daar nader op in te gaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 september 2014

De Wachter Sions | 8 Pagina's

De tabernakeldienst (112)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 september 2014

De Wachter Sions | 8 Pagina's