Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een talrijk nageslacht

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een talrijk nageslacht

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Ze was zo verlegen. Ze zei altijd maar: Doe maar net alsof ik er niet bij ben. De 89-jarige J. Bronkhorst-Vermeer kan zich de bezoeken van de jeugdige prinses Juliana aan Uddel nog goed herinneren. De krasse Uddelse is in haar dorp waarschijnlijk de inwoner met het grootste nageslacht: ze kreeg vijftien kinderen, 112 kleinkinderen en tot op heden tweehonderd achterkleinkinderen en vijf achterachterkleinkinderen. „Met de aangetrouwden erbij zijn het er 418. Ze hebben ze voor mij allemaal op een lijst gezet. Maar ik ken ze zelf niet allemaal.

Het leven van mevrouw Bronkhorst speelde zich af op drie aan elkaar grenzende straten in het Veluwse dorp: ze werd geboren aan de Harderwijkerweg, woonde met haar man aan de Uttilochweg en trok in 1994 in bij haar dochter aan de Veenkamp.
Zelf was ze ook afkomstig uit een gezin van vijftien kinderen. Daarvan overleden er twee in 1918 tijdens de Spaanse griep, een epidemie die in Nederland aan ruim 31.000 mensen het leven kostte. In heel Europa overleden twee miljoen mensen aan de ziekte en wereldwijd zelfs 25 miljoen. Op sommige plaatsen konden de doodgravers het werk niet aan, zodat de kisten op de begraafplaats werden opgestapeld, in afwachting van een graf. In het gezin Vermeer overleden in die tijd een dertienjarig meisje en een pasgeboren baby. „Het was een wonder dat mijn moeder er het leven afbracht, want er overleden toen veel vrouwen tijdens of na een zwangerschap.

Hoog bezoek
Helder staat mevrouw Bronkhorst haar jeugd nog voor de geest. „Ik heb gelukkig een goed geheugen. k Zie het allemaal nog zo voor me: Toen ik vijfenhalf was, ging ik naar school. Het schooljaar begon in die tijd in april. Daar ging je, de klompjes aan en een schort voor. Je kreeg een griffeldoos en een sponsdoos mee en op school kreeg je een lei. Papier hadden we niet. Als je jarig was, mocht je je zondagse kleren aan en een strikje om, en van de meester kreeg je dan een griffel. Tijdens het zingen moest je je handen op de rug doen, dan was je borst vrijer. We zongen vaak tweestemmig, ik altijd de tweede stem. Er was hier alleen een openbare school, dus bijbelles kreeg je niet, en we zongen ook geen psalmen.
Na zes jaar was het welletjes en kwam Hanna van school. „Toen ging ik mee het bos in, dennetjes poten. Als het regende, maakten de jongens een vuur, maar we konden nergens schuilen. k Was net dertien toen ik bij meester Boelen, het hoofd van de school, in de huishouding ging werken. Die woonde achter het Uddelermeer, op de plaats waar prinses Margriet pas een gehandicaptentehuis van Adullam heeft geopend. Koningin Wilhelmina kwam weleens bij Boelen op bezoek. Zij betaalde ook de naaischool waar ik naartoe ging, richtte de wijkverpleging op en zorgde dat een aantal mensen een stukje grond kreeg. We hadden het hier toen erg arm, daarom heeft de koningin veel voor ons dorp gedaan.
Koningin Wilhelmina kwam vaak even op de naaischool kijken en prinses Juliana kocht samen met de naai-juf de stof die we nodig hadden. We kregen ook kookles, van de dochter van een doopsgezinde dominee. Als prinses Juliana daar op bezoek kwam, keek ze in alle pannetjes wat erin zat.
Wilhelmina en Juliana kwamen ook elk jaar Kerstfeest met de Uddelenaren houden. Eén keer gebeurde dat in een schuur op t Hof, de andere keren in het theehuis bij het Uddelermeer en later in het verenigingsgebouw hier in het dorp. Dan werd er een verhaal voorgelezen en we zongen ook samen. Koningin Wilhelmina liet ons in het theehuis dias zien van haar reis naar Alaska. Ze was altijd zo heel gewoon als ze hier was. Er kwamen weleens Hagenaren bij ons en die konden zich dat niet voorstellen; die kenden haar heel anders.
De Koningin kwam veel bij Jannetje Bosch, een bekeerd vrouwtje hier in het dorp. Ze kwam altijd in een auto met een oranje vaantje erop; zonder politie of andere soesa erbij. De Koningin en de Prinses zijn ook wel eens met de arrenslee gekomen.
Prinses Juliana kwam wel eens bij twee oude vrouwtjes in Uddel, van wie er een bijna 104 geworden is. Speciaal voor de prinses werd er een witte zakdoek over de stoof gelegd. Zet daar je voetjes maar op, wicht, zeiden ze dan. Gemoedelijk informeerden ze naar de welstand van de Koningin: Hoe is t met je moer? Bij de kerstviering reed de hofauto met vlag en al bij de vrouwtjes voor om hen op te halen.

Crisisjaren
„Kijk, dit kan ik me ook nog goed herinneren: een os voor de ploeg. De ene na de andere oude foto schuift over tafel. „Mn oudere zussen droegen nog wel klederdracht, maar ik niet meer.
Mevrouw Bronkhorst trouwde tijdens de crisisjaren. „Mn man begon met wat kuikens en ruilde die later met zijn vader voor een koetje. Voor de werkverschaffing moest hij met anderen een grote vijver graven bij Berg en Bos. Daar had hij zon hekel aan dat hij er later nooit meer is wezen kijken.
Uddel had lange tijd geen kerk. In 1910 ontstond een Gereformeerde Gemeente, die aanvankelijk bijeenkwam in een schaapskooi. „Daar zaten de mensen met de voetjes in het zand. Bij een trouwerij knielde het bruidspaar op kussens. Later was er een bankje zonder leuning. Daar is nog een keer een bruid bijna vanaf gerold. Bij het dopen gebeurde het wel dat de ouders vanuit Speuld op de fiets over de hei kwamen, de dopeling in een eiermand achterop.
Eén echtpaar uit Uddel ging naar de Christelijke Gereformeerde Kerk in Apeldoorn. „Die man fietste dan en zn vrouw (nog in klederdracht) zat met één knie op het plankje achterop. Hoe ze dat het hele eind volhield, weet ik ook niet. Wij gingen naar de Hervormde Kerk in Elspeet. Als enige uit ons gezin ben ik rond 1948 overgegaan naar de Gereformeerde Gemeente.
Sinds 1956 behoort mevrouw Bronkhorst tot de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Omdat ze slecht ter been is, beluistert ze de diensten nu via de kerktelefoon. Onlangs kreeg de gemeente in kandidaat A. van Voorden voor het eerst een predikant. Voor de meeste leden een ongekende weelde, „maar ik heb in de Hervormde Kerk altijd dominees gehad, zegt mevrouw Bronkhorst.

Gort met stroopnat
Rouwen, trouwen, voor alles moesten de Uddelenaren vroeger naar Elspeet. „Bij begrafenissen zat op elke hoek van de boerenwagen waarop de kist stond, een vrouwelijk familielid met een zwarte doek over het hoofd. Trouwen deden we in Apeldoorn. Alleen de vier ouders gingen mee naar het stadhuis en aten mee tijdens de bruiloftsmaaltijd thuis: dikke gort met worst, spek en stroopnat. De broers en zussen kwamen de zaterdag erna pas feliciteren en s zondags trouwde je dan in de kerk. Behalve als je een dwanghuwelijk had, dan werd het niet kerkelijk bevestigd. Mn oudste kinderen hebben de bruiloft ook nog thuis gehouden. Dan was je de dag ervoor druk met vlees braden.
Niet alleen de bruiloftsmaaltijd, maar ook het kraamcadeau was altijd hetzelfde: een krentenbrood. „Toen mn jongste geboren werd, kreeg ik er wel 21.
Mevrouw Bronkhorst had vijf kinderen toen haar man in 1939 moest opkomen tijdens de mobilisatie. „Twee maanden later werd de zesde geboren; toen kreeg hij twee dagen verlof. Ik kreeg de bof, dus mn man wilde langer thuisblijven. Hij ging naar de dokter om een papiertje, maar dat kreeg hij niet, dus hij moest weer vertrekken. Hij nam een aantal krentenbroden mee voor de andere soldaten. Die hebben ervan gesmuld.
Bronkhorst was gelegerd in Dodewaard. „In mei 1940 hebben ze van vrijdagnacht tot maandagnacht in de stellingen gelegen. Uiteindelijk konden ze de Duitsers niet langer tegenhouden en moesten ze vluchten. Je weet niet hoe hard je dan lopen kunt, zei hij later. Ze werden vanuit de bomen beschoten. Na de capitulatie zijn ze naar Vianen gebracht en daar zijn ze gaan slapen, slápen. Dat hadden ze natuurlijk in geen dagen gedaan. Alle Uddelse soldaten zijn weer veilig thuisgekomen. In de jaren daarna lag mn man in zijn droom soms heel hoog te schreeuwen. Dan kreeg ik een pets en als ik dan gauw uit bed ging, sloeg hij op het kussen. s Morgens wist hij er niets van, maar ik denk dat hij de strijd opnieuw beleefde.
Tijdens de oorlog is zn broer door SSers opgepakt bij een razzia, maar mn man wist zich nog net te verstoppen. Toen de Duitsers weg waren en hij weer tevoorschijn kwam, was hij spierwit van de spanning. De Duitsers wilden zn fiets ook een keer meenemen, maar mn man had gauw het leer van het zadel gehaald, dus toen lieten ze hem staan.

Veranderingen
Vorig jaar overleed een zus van mevrouw Bronkhorst, 90 jaar oud. Ze heeft nu alleen nog een zus van 87 en twee schoonzussen. „Als je zo oud wordt, valt er om je heen veel weg. Van de mensen op deze oude fotos is nog maar een enkeling in leven.
De armoede heeft plaatsgemaakt voor rijkdom. „En die heeft niet veel goeds gedaan. Wij waren blij als we wat oude schoenen voor een van onze kinderen kregen. Maar nu is er aan geld geen gebrek en de een wil een nog mooier huis dan de ander. Het is echt niet allemaal beter geworden, ook al is er nu welvaart. Er is zoveel onverschilligheid en het ontzag is ook zon eind weg. Vroeger namen de jongens hun pet af voor de meester. Wat een verschil met nu!
Leed is mevrouw Bronkhorst niet bespaard gebleven. Ze is al 24 jaar weduwe en heeft ook vijf kinderen, zes kleinkinderen en een achterkleinkind naar het graf moeten brengen.
Met haar talrijk nageslacht hield ze haar verjaardag weleens in een verenigingsgebouw. „Maar dat werd me te druk. Ze sturen nu wel allemaal een kaart. Dus dan krijg ik er een hele vracht.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 december 2002

Terdege | 164 Pagina's

Een talrijk nageslacht

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 december 2002

Terdege | 164 Pagina's